
bij het landbouw-etablissement te werk gesteld te worden ').
Yan Poerwakarta loopt een 13 £ paal lange weg, niet ver van
den rechteroever der Tji Kao,naar Wanajasa, de hoofdplaats van
het laatste district in de Gouvernementslanden van Krawang. Zeer
spoedig na Poerwakarta verlaten te heb.ben, bereikt men de grens
tusschen Sindang Kasih en Wanajasa, en rijdt nu, allengs stijgend,
over een door vele steile hellingen bemoeielijkt pad. Diepe sawahs
in de valleien en terrasvormige längs de berghellingen, bosschen
en alang-alang-velden, kampongs en koffietuinen, wisselen elkander
in bonte mengeling af; tot men het, op een hoogte van 640 meters,
in een schoone vallei aan de noordelijke helling van den Boe-
rangrang gelegen Wanajasa bereikt. Wanajasa is een aanzienlijke
negerie, door breede en zindelijke wegen doorsneden, en meteen
aantal vrij goede inlandsche woningen, door hoog geboomte en
sierlijke bamboestruiken beschaduwd. De omtrek is rijk aan na-
tuurschoon en overtreft in dit opzicht alles wat Krawang ons nog
te aanschouwen gaf, behalve het zuidelijkste deel der Tegalwaroesche
landen. Echter dankt Wanajasa zijne bekendheid vooral aan de
gewichtige rol die het bij de invoering der thee-cultuur op Java
vervuld heeft. Het is niet algemeen bekend, dat Java die cultuur
eigenlijk aan den Commissaris-Generaal du Bus verschuldigd is.
Op zekeren dag dat de heer Diard hem op eene wandeling door
den plantentuin begeleidde, werd zijne aandacht getroffen door een
prächtig bloeienden theeheester, en zoodra hij vernomen had, welke
plant het was die daar zoo welig groeide, kwam hij tot het be-
sluit theezaden uit Japan te ontbieden, waartoe de aanwezigheid
van Dr. von Siebold in dat land eene uitmuntende gelegenheid bood.
Aan het verzoek werd onmiddellijk voldaan, en reeds in het
volgende jaar (1827) was een regelmatige plantage van eenige thee-
heesters in den tuin te Buitenzorg aangelegd, waarvan in 1828
door een op Java wonenden Chinees de eerste Java-thee werd
b ereid1). Met de zaden in die plantage verkregen, werd in
Wanajasa de eerste theetuin op groote schaal aangelegd. Reeds
') Buddingh, N. 0. I., I. 114.
a) De Seribre, Mijne loopbaan. Bijl. XXI.
in 1831 telde men daar ruim honderdduizend heesters *).
Ongeveer drie palen ten noordoosten van Wanajasa worden,
nabij de kampong Tji Katjas, op eene hoogte van 1436 voet,
in een door zacht hellende heuvels ingesloten vallei, doorsneden
door een beekje dat zieh op körten afstand in de Tji Lamaja
ontlast, warme en koude minerale bronnen aangetroffen. De warme,
wier water door den heer Maier scheikundig onderzocht is , worden
door de inlanders tegen rheumatisme en huiduitslag aangewend,
en wellen in het diepste van het dal, gedeeltelijk in de beek
zelve, uit een kleiachtigen grond op, waarin koolstofzure en
zwavelzure kalk, kleiversteeningen, hier en daar beddingen van
zacht leisteen en geheele lagen versteend hout en bamboe worden
aangetroffen. De koude ijzerbevattende bronnen komen in de
nabijheid voor in minder kleiachtigen bodem, die, als hij tot eenige
diepte wordt uitgegraven, op een bedding van verbrokkeld bazalt
blijkt te rüsten, dat vele ijzerdeelen bevat5).
De reiziger wien het er vooral om te doen is het schoonste
en belangwekkendste gedeelte van Krawang, de omstreken van
Tenger Agoeng en den vulkaan Tankoeban Prahoe te bezoeken,
kan, als hij zieh te Wanajasa bevindt, zieh rechtstreeks vandaar,
te paard of per tandoe, längs een weg die negen palen lang is,
de Tji Lamaja snijdt en op zijn hoogste punt een verrukkelijk
gezicht op een klein, helder meer en een schoonen terugblik op
de negerie Wanajasa biedt, naar de gelijknamige hoofdplaats van
Segala Herang begeven. Yoor ons, die ons ten doel stellen zooveel
mogelijk een overzicht van de geheele residentie te verkrijgen,
is het beter terug te keeren tot nabij Garoengsang, om vandaar
den weg te volgen die over Tji Peundeui, aan de Tji-Asemsche zijde
der Tji Lamaja, naar Kali Djati voert. Minder aanbevelenswaardig
zou het zijn om terug te gaan tot Tji Kampek, ten einde vandaar
den reeds met een woord vermelden weg naar Tji Lamaja te volgen;
want deze 17 palen lange weg loopt door het oosteljjk deel van
Adiarsa, op geringen afstand van de rivier Tji Lamaja, door een
weinig aantrekkelijke landstreek, en het juist haiverwegen gelegen
') De Serifcre, Mijne loopbaan. 32 w .; van Deventer, Bijdragen, II. 398.
s) Natuur- en Geneesk. Archief III. 453; N. T. v. N. I. , II. 4.