
evenwel is die gemeente sohier geheel verloopen, en de hoofdzetel
van het Christendom in deze residentie naar Mädjäwarnä verplaatst.
Vier palen voorbij Sidäardjä bereiken wij Tangoelangin in het
district Rawapoelo I. Hier is weder eene halte voor den spoorweg
en eene suikerfabriek en längs de desa Btroomt een rivier zee-
waarts, die Kali Tangoelangin genoemd wordt. üfog 2 \ paal
verder ligt Pörong, het hoofddorp van Rawapoelo I , waar
alweder een spoorweghalte, eene suikerfabriek en een talrijke
Chineesche bevolking te vermelden zijn, en ook eene rivier, die
gewoonlijk de Kali Pörong genoemd wordt. Maar deze laatsteis
van meer beteekenis dan de vroeger genoemde; het is de rechter
mondingsarm van de Brantas, die de zuidelijke grens van
Sidäardjä vormt. Wil men de reeds elders in dit werk beschreven
ruínen van Tjandi P a ri, de eenige belangrijke Hindoe-overblijf-
selen in dit regentschap, bezoeken, dan moet men, even voordat
men Pörong bereikt, den weg inslaan, die westwaarts naar Boe-
lang, het hoofddorp van Rawapoelo I I , voert, en dien volgen tot
Krem bong, waar wij alweder een suikerfabriek aantreffen, en
vanwaar een voetpad naar de desa Tjandi Pari le id t, die hären
naam aan de ruinen ontleent 1). De weg derwaarts biedt prächtige
gezichten aan op den Penangoengan en het Ardjoenä-gebergte,
maar die nog overtroffen worden door den heerlijken aanblik
dien men geniet, midden op de fraaie brug die bij Porong over
de rivier is geslagen, waar men achter een uitgestrekten, op een
meer gelijkenden waterplas, door den bochtigen loop van den stroom
gevormd, den Penangoengan ziet opstijgen als een kegel die zieh
in regelmatige gestalte boven de bultige uitwassen aan zijne helling
verheft, terwijl de met casuarinen begroeide ribben en
ravijnen van het tweemaal zoo hooge Ardjoenä-gebergte zieh in
trotsche lijnen op den achtergrond teekenen, gekroond door de
rookwolk, die nit den Walirang opstggt 2). De brug overgaande
zetten wij te Gempol den voet op Pasoeroeanschen grond.
') Zie D. I I , bl. 129. ; „ „ nl
=) Rengers, Dagboek, bl. 265, vgl. met Bleeker, T.v. N. I., 1849,11.24.
Eerstgenoemde schrgver is echter ten deele onverstaanbaar door de topographische
misvattingen waarin hg bjj gebrek van voldoende kaarten is vervallen-
Wij keeren in gedachten terug naar Waroe, om thans den
weg in te slaan die vandaar westwaarts naar Mädjäkertä voert.
Deze weg loopt ongeveer parallel met de Kali Mas, op eenigen
afstand van hären rechteroever, en doorsnijdt de districten
Djenggälä IV en Djenggälä III. Bij Taman, hoofddorp van Djeng-
gälä IV , 2£ paal van Waroe verwijderd, is het terrein met
kalkheuvelen bedekt; bij Krian, hoofddorp van Djenggälä H I ,
9? paal verder gelegen, treft men weder een groote suikerfabriek
aan. De Mangitan, een rechter-, tot een kanaal vervormde
mondingsarm van de Kali Mas, stroomt dicht längs dat do rp ,
en zijne afwatering is er door een sluis geregeld. Krian is oost-
waarts, door een weg van 12 palen, ook rechtstreeks met
Sidäardjä verbonden; een weg van 1£ paal lengte gaat vandaar,
de Kali Mas snijdende, noordwaarts naar Djerebeng,
waar een zoutpakhuis is , op 4^ paal afstands van Tjangkir,
aan den weg van Wänäkrämä naar Mädjäkertä; eindelijk gaat
een weg van 5 palen lengte van Krian zuidwaarts naar Pram-
bon, in Rawapoelo I I , bij welke plaats de in aanbouw zijnde
spoorweg van Sidäardjä naar Mädjäkertä de Kali Pörong zal
overgaan. Den weg van Krian naar' Mädjäkertä vervolgende,
passeeren wij de suikerfabriek Balongbendä en het dorp Wä-
näsari, en komen wij, na 10£ paal te hebben afgelegd en de
Kali Mas te zijn overgegaan, te Melirip, in het Mädjäkertäsche
district Mädjäkasri, welke plaats onze aandacht vordert, daar zij
juist aan ,de scheiding van de Kali ^Mas en Kali Pörong gelegen
is. Ik moet hier opmerken, dat de naam van Kali Mas strikt
genomen aan den linkerarm eerst gegeven wordt beneden Per-
ning, en dat het bovendeel van dien stroom eerst Kali Melirip
en, na de ontlasting van een deel zijner wateren door de Mangitan,
Kali Singkalan genoemd wordt, terwijl hij den naam
van Kali Mas eerst erlangt na de Kali Gedek en Kali Gedong
Särä, kleine mondingsarmen die zieh hoogerop in het district
Kaboh van de Brantas scheiden, weder te hebben opgenomen '),
’) Van dit riviernet geven de bestaande kaarten verwarde en ouderling
strjjdige voorateUingen, zoodat ik lang niet zeker ben het reohte getroffen
te hebben.
HI. 56