
de Javaansche Torsten zieh reeds in 1812 gedwongen hadden geziea
aan het Britsche tusschenbestuur over te geven '). Maar toen in
1830 bepaald werd, dat de oostelijke Mantjänegärä twee residente
n zouden uitmaken , Madioen en Kediri geheeten, werd Patjitan
aan eerstgenoemde toegevoegd. Deze beschikking maakte echter
reeds den 6den Juni 1832 plaats voor eene regeling, waarbij
Patjitan gesteld werd onder een op zieh zelf staanden adsistent-
resident s). Toen, bij de verordening van 20 Juni 1866 3), de
zelfstandige adsistent-residentien werden opgeheven, werd Patjitan,
hoe klein ook, eene afzonderlijke residentie, doch reeds bij
besluit van 11 Dec. deszelfden jaars 4) werd bierop teruggeko-
men en Patjitan op nieuw tot eene afdeeling van Madioen verlaagd.
Madioen, uit physisch-geographisch oogpunt beschouwd, ish e t
stroomgebied van de Kali Gentoeng, met de hoogste kämmen
van het gebergte dat dit gebied omsluit, tot grens. Genoemde rivier
ontspringt aan de noordzijde van het gebergte dat de afdeeling
Patjitan van het overige der Residentie afzondert en de water-
scheiding vormt tusschen de Kali Gentoeng bf Madioen-rivier en
de Kali Grindoeloe of rivier van Patjitan. Het is dus stelligon-
juist te zeggen dat Patjitan het kustgebied van Madioen is. De
natuur heeft het gevormd tot een op zieh zelf staand gewest, dat
alleen om administrätieve redenen aan Madioen is toegevoegd.
Madioen bevat thans, behalve Patjitan, nog vier regentschap-
pen, die even zoovele afdeelingen uitmaken; Ngawi in het noord-
westen, Madioen in het oosten en noordoosten, Magetan in het
westen, Pänärägä in het zuiden. Het voormalige regentschap
Poerwädadi is thans ingedeeld bij Magetan, evenals Soemärätä bij
Pänärägä. Tijdens de inlijving waren ook nog Djägärägä, thans
behoorende bij Ngawi, Maospati en Tjaroeban, later gevoegd bij Madioen
, Toeloeng, Ardjäwinangoen en Päläredjä, nu deel uitmakende
van Panaraga, afzonderlijke regentschappen; maar het Gouvernement
heeft er steeds naar gestreefd, het getal regentschappen te
verminderen en tot een normaal cijfer terug te hrengen en daar-
voor van elke voorkomende vakature gebruik gemaakt.
3) T an Deventer Bijdr. I. 141.
*) Staatsbl. n°. 144.
De gedaante der residentie Madioen, met inbegrip van Patjitan,
doet denken aan een torso in schuinschen stand, met breede borst
en schouders, dun middellijf en sterk ontwikkelde heupen, de
laatste door Pajitan vertegenwoordigd.
Kediri, in hoog Javaansch Kedinten, is van nature minder
scherp begrensd dan Madioen. Het is in het algemeen de vallei
van de Brantas; maar deze rivier heeft in de residentie noch
hären oorsprong, noch hare uitwatering. Wanneer men zieh de
residentie voorstelt längs hare grenzen zuiver afgeknipt, zooals
zij op de topographische residentiekaarten voorkomt, dan heeft hare
gedaante zulk een treffende overeenkomst met die van Engeland,
dat men op den eersten aanblik meenen zou eene kaart van Groot
Brittanje’s zuiderdeel voor zieh te hebben. Kediri heeft vijf regentschappen
, die te samen slechts vier afdeelingen vormen. Het
noordelijke deel heet Berbek, het daaraan grenzende middendeel
Kediri, het zuidwestelijk deel Ngräwä, het zuidoostelijk Blitar.
Deze namen worden zoowel aan de regentschappen als aan de
afdeelingen gegeven; doch in de afdeeling Ngräwä is ook nog
het regentschap Trenggalek. begrepen.
Beide residentien zijn niet alleen nauw verbonden door hare
lotgevallen, maar komen ook in natuurlijke gesteldheid zeer over-
een. Het zijn twee groote dalen, beide zieh uitstrekkende van
het zuiden naar het noorden, beide van den Oceaan gescheiden
door het Zuidergebergte en beide ten noorden door het tweede
kalkgebergte begrensd. Zij worden van elkander gescheiden door
den mächtigen Goenoeng Wilis, wiens zuidelijke uitloopers zieh
met het Zuidergebergte vermengen.
Wij zullen onze kennismaking met de voornaamste plaatsen
en merkwaardigheden dezer schoone residentien aanvangen met
een bezoek der afdeeling Patjitan, waartoe wjj den grooten weg
van Soerakarta naar Patjitan vervolgen van het grenspunt Glon-
gong, tot waar wij dien in het vorige hoofdstuk leerden kennen *).
Tijf en een kwart paal voorbij Glongong treft deze weg samen
met de tweede verbinding der residentie Soerakarta met Patjitan