
andere vrouwen, die, als Amazonen met boog en pijlen gewapend,
op eene knie liggen. Het zijn de vrouwelijke lijfwachten van den
vorst, die wij reeds als de wacht houdende bij de binnenste
kratonpoort leerden kennen *); met zeldzame uitzonderingen zijn
bet oude, rimpelige Sibyllen, die haar kostuum, dat hals en schou-
ders bloot la a ta) , niet veel eer aandoen. De boezem is echter
altijd bedekt, daar bij het hof kostuum de tapih steeds gedragen
wordt als p i n d j o e n g , dat is tot onder de armen opgetrokken.
Eondom of tusschen deze vrouwelijke ljjfwachten ziet men ook
een aantal ongelukkige wezens van beide seksen, dwergen en
gebrekkigen, die mede van de keizerlijke staatsie onafscheidelijk
zijn. Of zij, zooals sommigen meenen, aan het hof verpleegd
worden, omdat ze, in hun hulpeloozen toestand, onvermogend
zijn voor zieh zelven te zorgen, zullen wij in het midden laten.
Bjj zulke recepties heerscht een in de hoogste mate omslachtig
en vervelend ceremonieel; alles is stijf, koud, afgepast;. alle
luidruchtigheid wordt zorgvuldig vermeden, men spreekt weinig
en op fluisterenden toon. De vrouwen die den Soesoehoenan
bedienen, mögen hem slechts kruipende naderen, en kruipen,
zoowel in eigenljjken als in figuurlijken zin , kenmerkt alles wat
voor de inlanders, ook van den hoogsten rang, tenzij de Euro-
peesche uniform hun eenige meerdere vrijheid geeft, bij zulke
gelegenheden passend wordt geacht. E r wordt thee gepresenteerd,
die niet mag geweigerd worden; later ook eenige wijnen. Alleen
het vreemde van het schouwspel maakt de plechtigheid voor den
Europeaan, althans voor eenige oogenblikken, dragelijk; zij i s ,
zooals de heer van Rijckevorsel het aardig uitdrukt „interessant
vervelend. “
De Javanen van alle standen zijn groote liefhebbers van feesti)
Boven, bl. 358.
-) Dit aebijnt in strijd met D. I, bl. 605, waar ik de sikepan genoemd
heb als tot het hofkostuum der vrouwen behoorende. De waarheid is dat de
sikepan’s , die door de vrouwen gedragen worden als zij aan de Kratonpoort
de wacht houden, zoodra zij binnen het erf van het hof komen, voor bloote
armen en schouders moeten plaats maken. Zie de aanteekeningen van den
Regent van Koedoes op de aangehaalde plaats en Winter, in T. v. N. I., Y.
1. 736.
vieren; nergens echter zjjn de feesten menigvuldiger en luister-
voller , dan in den Kraton te Soerakarta. Merkwaardig is het dat
ook de Europeesche nieuwjaarsdag, die de Javanen natuurlijk
in het geheel niet aangaat, als een günstige gelegenheid voor
praalvertooning te Soerakarta wordt aangegrepen , — nog merk-
waardiger dat de viering daarvan geheel in overeenstemming
met de Javaansche zeden en gebruiken plaats vipdt. Een Europeaan
die de maanden December en Januari voor zijn gezondheid
te Soerakarta doorbrächt') , was in dien körten tijd getuige van
de viering van ’s Konings verjaardag, van des Soesoehoenans
kroondag, van de verjaring van Prins Mangkoe Negärä, van
den Europeeschen nieuwjaarsdag en van den verjaardag van den
Soesoehoenan. Door de viering van het Chineesche nieuwjaar,
die acht dagen duurt, werd die reeks van feesten op oorverdoo-
vende wijze besloten. Ik zg,l aan dien schrijver een kort verslag
van de nieuwjaarsviering ontleenen. Het zal althans eenigermate
een denkbeeid geven van het volks- en hofleven in de Vorsten-
landen, waaromtrent ieder aandachtig beschouwer zeker met de
ontboezeming van Junghuhn zal instemmen: „ Wie denkt (ja ,
om het welzijn der Javanen zelven, w e n seht ) niet in stilte,
dat dit thans nog altijd prächtige, ofschoon weinig beteekenende,
onbeduidende, zieh dikwijls slechts in uiterlijken pronk en ceremonieel
vertoonende hofleven van de Javaansche vorsten het lot
van al het aardsche ondergaan en ophouden möge te bestaan?
Maar wie wenscht dan ook niet tevens, dat het ten minste in de kro-
nieken möge voortleven, om eene bijdrage te zijn tot de beoor-
deeling van de ontwikkelings-geschiedenis der Indische Volkeren,
wier oorspronkelijkheid, wel is waar, hoe langer hoe meer door
Europeeschen invloed verdrongen wordt, maar wier, zoo al niet
moreele, dan toch politieke en industrieele volmaking steeds
onwederstaanbaar vooruit gaat s).a
Reeds des morgens te vijf uren van den l»ten Januari worden
de bewoners van het Residentiehuis uit den slaap gewekt door de
i) Mr. T. C. T. Deeleman. Zie zijn reeds aangehaald opstel „de nieuwjaarsdag
te Soerakarta,“ in Bijdr. v. d. I. T. L. en Y k., N. V., D. I I , bl. 348.
a) Junghuhn in T. v. N. I., YII. 2. 221.