
slendang, die gebruikt wordt om het effect te verhoogen der
slanke, bevallige wendingen waaruit haar dansen alleen bestaat.
Ziet men dit voor de eerste maal, dan bewondert men de vol-
koraen gelijkheid in de bewegingen , niet slechts van het lichaam,
maar ook van de ledematen. tot zelfs van de leden der vingers.
De Javanen worden het nimmer moede deze dansen aan te staren;
maar de Enropeaan vindt ze, als de prikkel der nieuwheid ver-
stompt is , eentonig en vervelend ').
Deze dans, die met eerbiedige sembahs begonnen en besloten
wordt, dunrt twee volle uren. Daarop begeeft zieh de Soesoe-
hoenan, gearmd met den Resident, onder het speien vän een militai-
ren marsch naar de voorgalerij, terwijl al de aanwezigen volgen.
Tweemalen wordt dus de zaal in processie rondgewandeld, waarna
de muziek het sein geeft dat het bal voor de Europeesche jeugd
een aanvang neemt. De Soesoehoenan echter begeeft zieh met de
voornaamste hofgrooten en notabelen naar een afz onderlijke kamer
en speelt er zijn partij whist, waarbij hij altijd winnen mo e t ,
terwijl ten slotte een door het Gouvernement bekostigd souper
wordt gegeven, waarop jaarlijks dezelfde officieele toasten door den
Soesoehoenan of den Resident worden ingesteld. Na den afloop
hiervan beginnen de gasten af te trekken en brengt de Resident
den Vorst naar zijn Kraton terug.
i) Ik heb aan de hier beschreven danseressen den naam van serimpi’s
niet durven geven, ofschoon de heer Deeleman ze zoo noemt, omdat hij
tegelijk zegt- dat zij ten getale van negen zijn Zooais reeds gezegd werdD. I, bl. 482,
zijn Bteeds de serimpi’s slechts vier in getal. Intusschen geloof ik thans, dat m
het daar gezegde een misverstand heerscht. Uit Raffles, Jav a , I , 379 w .,
wordt duidelijk, dat s e r i m p i en b e d ä j i t eigenlijk de namen zijn van
dansfiguren, waarvan de eerste v ie r , de andere zeven of negen personen
vordert. De figuur serimpi mag alleen aan het hof, de bedüjä ook in de da-
lams van Pangerans en Regenten, maar dan slechts door zeven danseressen
(aan het hof door negen) gedanst worden. De danseressen zijn in beide gevallen
veelal goendiks van hooge geboorte. Niet het getal der danseressen zelve schijnt
bepaald te zijn, maar wel het aantal dat voor iedere soort van dans ge-
vorderd wordt, maar het is gewoonte geworden op de danseressen zelve de namen
der dansen over te dragen. Die aan de hoven schijnt men serimpi’s te noemen, in
weerwil dat zij ook de bedäjä dansen, en die van de Pangerans en Regenten
bedäjä’s , omdat zij alleen dezen dans mögen uitvderen. Laatstgenoemden
doen dit, in afwijking van wat de stijve hofetiquette eisoht, met allerlei
vreemde bgvoegselen, zooals het schermen met-krissen, het afschieten van
pistolen en dergelijke.
De wijze waarop de groote kerkelijke feesten of zoogenaamde
garebegs op Java gevierd worden, is elders door mij beschre-
ven *); maar reeds toen is opgemerkt dat in de Vorstenlanden
eenige eigenaardige plechtigheden daarmede verbonden zijn. Bij
de beschrijving van Jogjakarta vond ik gelegenheid reeds eenige
bijzonderheden omtrent de viering van het moeloed-feest aldaar
te vermelden, die van raeer plaatselijken aard zijn; maar in het
algemeen worden de garebegs aan de beide hoven in ongeveer
dezelfde vormen gevierd. De Europeesche autoriteiten nemen er
op dezelfde wijze deel aan, de optochten zijn van denzelfden
aard e n , hoe vreemd het ons schjjne, ook op de kerkelijke feesten
wordt, in weörwil van des Profeten verbod, wijn gedronken (ofschoon
enkele zeer nauwgezette personen dien door thee vervangen) bij de
verschillende toasten die, ongeveer op dezelfde wijze, ook bij die
gelegenheden worden ingesteld. Möge de kerkeljjke viering der
drie garebegs eeuig onderling verschil aanbieden, de hoffeesten
Ibij die gelegenheid zijn zoodanig aan elkander geljjk, dat de beschrijving
van een daarvan ook voor de overige kan volstaan.
Daar echter in enkele ondergeschikte punten wellicht eenig verschil
bestaat s) , acht ik het. voorzichtiger, bepaaldelijk de beschrijving
van een der feesten aan eene goede autoriteit te ont-
leenen, dan te beproeven ze in een algemeene beschrijving samen
te vatten, en daar de heer Winter ons in zijn Javaansche sa-
menspraken het moeloed-feest te Soerakarta kort en duidelijk
geschetst h e e ft, wensch ik mij tot de overneming dier beschrijving,
door enkele aan een ander werk van denzelfden schrijver ont-
leende trekken aangevuld 3), te bepalen.
De feestelijkheden worden reeds te voren door het dagelijksch
bespelen der gamelan sekaten binnen den ringmuur der groote
moskee, van den 6den tot den 12den der moeloed-maand, aangekon-
digd 4). Op den feestdag zelven zendt de Soesoehoenan ’s morgens
te tien uren twee hofbeambten naar den Resident, om hem te
') D. I , bl. 393, 395, 397.
2) Ik -vermoed b. v. dat er eenig verschil is in de olferspjjzen , daar het mij
voorkomt dat op de garebeg besar vleeschspijzen niet zullen mögen ontbreken.
Vgl. D. I , bl. 397. 3) T. v. N. I. Jg. V. D. I , bl. 712.
4) Ygl. boven, bl. 624.-
m. 43