•gen opheft, die naar baren gelyken , en het
hart zichtbaar maken , met het Vlies op te
.heffen dat hen bedekt, iedere maal dat zy '
’er onder doorgaan. Deze golvingen gaan altoos
van de aars naar den kop voort. • Men
heeft, tot noch toe , de aderen niet ontdekt,
die dit vocht ontvangen om het weder in het
hart over te brengen ; dus is het noch onzeker
, o f dit bloed rond vloeit, o f dat het
alleen door een kringswyze beweeging van
het hartevlies vöorcgeltuuwt word, even als
die gene die onze darmen beweegt.
Een der zonderlinglte byzonclerheden ,
en die bewyft hoe hardlevende deze infec-
.ten zyn, is , dat wanneer men de opperfte
.helft van het hart oplicht , met het van het
vel van het Dier los te maken , eh dat men
het als een vioolfnaar op een kam fpant, die
door een kromgebogen fpeide gevormt word,
deze gedwonge ftané echter dé voortvloei-
jirig der vochten niet beletten zal; en men
ziet de beweegingen van uitzetting en inkrimping
van het hart vervolgen die het bloed
naar het hoofd brengen , en dus zeven o f
acht uuren voortduren , na dat het infect is
geopent geworden.
Men vind in den Zyworm geen merkbaar
teken , geen zichtbaar kenmerk van eenige
deelen die gefchikt zyn om het foort voort
te planten: deze werktuigen worden niet
gevormt, en ontwinden zich niet, dan ge-
duurende de g i l l in g d i e in het popje ge-
fchied. Men heeft echter Rupzen in welke
men de eitjes volkomen gevormt vind ,
weinig tyd voor haare verandering in pop-
jes.
r De Zyde is niets anders als een uittr'ek-
zel uit het voedzel waar mede het infeél
zich voed: het bewys' hier van is , dat hare
volmaaktheit van den aart van het voedzel
afhangt. Men merkt o p , dat de bladeren
der zwarte Moerbeziënboomen, de
Zywormen alleen een grove zyde verfchaf-
fen , dat die der witte Moerbeziënboomen
haar een veel fynder doen vootrbrengen, en
dat de Chineefche Zyde de volmaakfte van
alle is.
Vermits de aankweeking der Moerbeziënboomen
noodwendig met de opvoeding der
Zywormen verknócht is , Wiens voortbreng-
zel een zoo gewichtige en fchoone tak van
den Koophandel is , zoo hebben wy getracht
, om volgens de nieuwlle Verhandelingen.
, een verkorte Befchryving te gee.-
ven van de wyze , om deze boómen aan té
kweeken. Zie M o e r b e z i ë n b o o m .
Wanneer de zyachtige ftoffe. uit het lichaam
van het inleét, door het fpinrokken
voortkoömt , zoo is zy een zagte en ge-
fmolten Gom , die om drié hoedanighee-
'den aanmerkelyk is , die men denken zou ,
dat ons , en onze behoefcens alleen , ten
.voorwerp gehad hebben. ' Ten iften, door
die gene , dat z y op het oogenblik droog
word , zoo ras zy in de lucht koomt ; maar
zy droogt echter niet meer als nodig is, om
de draden zich even aan elkanderen te doen
kleven, zonder ons van de middelen te ver-
-fteeken van hen los te m ak en en te haspelen.
Ten éden, door die gene ,'dat zy niet
weder door het water zagt gemaakt kan
worden , wanneer zy eens gedroogt is. Ten
3den , eindelyk, door die gene , die zy
noch heeft wanneer zy droog is , om dooide
hitte niet week te worden: het zyn deze
drie vereenigde eigenfchappen , die dit
vocht zoo gefchikt, tot onze gebruiken
maakt; na dat het door de Zywormen ge-
fponnen is .. Deze drie eigenfchappen zyn
mede die gene , die men in het fchoone
vernis .vordert, dat de Chineezen voor ons
uitgevonden hebben; en dat wy eindelyk
hebben begonnen na te bootzen.
Vermits dus de ftoffe der zyde , en die
van de vernis dezelve is , zoo fchyrien de
Zywormen ons aan te duiden , wanneer
wy hunne zyde fpinnen , dat .wy de vernis
fpinnen, en ’er ftoffen van maken kennen.
Zie hier een Proefneeming, die bewy
ft, dat de Zyde der Rupzen , een waar
Vernis is , en dat men uit de Rupzen volkomen
bereide Vernis bekomen kan.
Wanneer men verfcheide van deze Dieren
opent, en fppedig.de vaten die de zyachtige
ftoffe bevatten . uit hun lichaam
neemt, die men aanftonds in warm water
werpt , . om te beletten , dat zy niet«verdroegen
, de vaten verplet, om ’er heg
vocht uit te drukken , en de zyachtige zelf-
ftandigheit, door het water, zich verfpreid ,
zoo zal z y ’er alsdan vloeibaar in blyven. Na
dat men vervolgens h,et water genoegzaam
heeft laten ’uitdampen , en door dit midcjel
een kleine hoeveelheit, verz'amelc heeft;
zoo moet men ’er een gedrukt ftuk papier mede
beftryken ; dit zal het mer een geelachtig
, maar echter doorfchynent Vernis bedekt
doen zyn ,„ ’ c geen de letter zoo. zuiver laat
door-
'Soorfchynen , als het fynfte glas , en het
geen het water niet verderven kan. Dit
zou noch een nuttig geheim z y n , om onze
papieren tegens de vochtigheit, befchim-
meling , en de wormen te bewaren ; want
men kent geen infeéfcen die de zyde aantallen.
Echter zeggen verfcheide Lieden ,
dat de Zyde , naar een lang verloop van
tyd, maar vooral de ruwe Zyde ;. dat is
te zeggen , die gene , die men noch> van
-haarè Gom niet ontbloot heeft, onderhevig
is , om' door een klein infeót geknaagt
• te worden, ’t geen vry wel naar een Myt
gelykt. ;l V
Alle ’ de Zyden der verfchillende Rupzen',
hebben dezelve volmaaktheit, noch
dezelve glans niet. Eenige zyn zeer bros;
andere zyn zoo fterk , als die van de Zywormen
; en'weder andere , gelyk die van
de knobbelachtige Rups, is in afgebroo-
ken draaden gefponhen , dié de dikte van
hairen hebben. De Zyden der verfchillende
RupZen hebben mede dezelve kleuren
niet ; men hééft witte, geele, groene,
blaauwe en bruine : die gene van dezelve
Rups, heeft altoos1 geen kleur die volftan-
dig gelyk vormig is. '
Het tonnetje van den Zyworm is , van
alle de bekende tonnetjes der Rupzen, dat
gene , waar van men den draad met het
•grootfte gemak af haspelen kan. Maar zou
men het gedeelte dat men niet fpinnen
kan , niet kaarden konnen , even gelyk
men de wol kaard? het is zeker, dat men
een nuttig gebruik, door dit middel , van
vérfcheide foorten van tonnetjes zou konnen
trékken.
Men hééft redenen om te vermoeden , dat
zoo men de zyde van alle de foorten van Rupzen
wilde beproeven, ’ ézy om haar als- een
•vloeibare Gom te gebruiken , met haar on-
fniddelyk, uit haar lichaam te neemen, ’t zy
om ’ er als draaden gebruik van te maaken ,
die tot het vervaardigen van ftoffen dienftig
zyn , men ’er nuttige, o f ten minften aangename
gebruiken in zou konnen ontdekken.
Men kan met eenige fchyn van re-
■ den denken , -dat het, een der oogmerken
van de Natuur is , om ons met dit koft-
bare vocht te bevoordelen , wanneer men
• *er de groote menigte van b e fc h o uw td ie
■ geheel verlooren gaat. Verfcheide Rupien.,.
gelyk dié van de-Wolfsmelk, die gene,
die de Doodshoófd-Vlinder voorbrengt,
alle die gene ,, die uit hare bewaarplaats alleen
, een enkelvoudige band trekken , onj
zich vaft te hechten, en alle die gene* die
zich aan hare achterfte pooten ophangen ,
hebben alle in evenredigheit, zoo veel zyachtige
ftoffe , als die gene , die tonnetjes
fpinnen, en zy verfpillen ’er echter oneindig
minder ;van. ■ r
Behalve de zeer aanmerkelyke voordee-
len , die de Konften van deze dierlyke
ftoffen hebben weeten te trekken , zoo
heeft ’er de .Geneeskonft noch een geneesmiddel
in. weeten -te vinden $ dat van zeer
veel kracht voor de gezondheit der Men-
fchen , in zekere gevaarlyke omftandighe-
den is: dit zyn de alomme beroemde droppels
, die men Ëngelfche Droppels noemt ,
en niets anders , als een uittrekzel van de
Zyde zyn. De ruwe Zyde , die karmo-
zyn rood geverft is , acht men in ftaat
om de te Overvloedige maandftonden der
Vrouwen te matigen , de fmerten der lyf-
moeder te ftilleh, en de miskramen te bede
eten. . . . .
■■ Wanneer de Zyworm van de bladeren
-der Moerbeziën-boomen- verzadigt i s , en
de tyd van zyne gedaante -verwilfeling nadert
, zoo word zyn, lichaam blinkende,
en is even als doorfchynende : hy zuivert
zich eerft door het vallen.;. hy word flap
en zacht , en zoekt vervolgens een plaats,
alwaar hy aan het zamenftel van zyn tonnetje
arbeiden kan , zonder geftoort te worden.
Men bied hem alsdan, eenige rysjes
Heide aan ; hy begeeft ’er zich tulfchen ,
en begint met zyn kop , gins- en herwaarts
te keeren , om zyne draaden aan allé zy den
vaft te hechten. Deze geheele arbeid
fchynt vormeloos , maar hy is echter niet
zonder nuttigheit: deze eerfte draaden. zyn
een foort van katoen o f werk , en. zy dienen
om de regen af te keeren ;^want vermits
de Natuur de Zyworm gefchikt heeft
om in de open lucht, op de boomén, te
arbeiden , zoo verandert hy zyne_ handel-
wyzen n iet, wanneer hy in huis fpint*
Deze grove Zyde maakt■ , éven als den
grondflag van het tonnetje uit. Men noemt
haar Floret ; en wanneer zy bereid- is ,
zoo- geeft men haar de naam van Milo/eL
Wanneer de Zyworm genoegzaam van dit
werk omringt is , zoo. begint hy zyn we