394: E H A B A K S E E .
zyn fmaak is een weinig fcherp , met lyme-
righeit gemengt, bitter en een weinig zamen*
trekkende ; hy heeft een drogèry reuk, en
geeft het water een fafiraankleur. .
Deze wortel, die aan vermolmen en zwart
worden onderhevig is , vooral wanneer hy
uit groote ftukken beftaafc, behoort tot een
Chineefche plant, die men noch niet naauw-
keurig kent. Mantingius geeft, in zyne Hi-
ftorie van de Planten van Engeland, een be-.
fchry ving van de Rhabarber, hy heeft ’er een
afbeelding bygevoegt, die uit het werk van
Mattbioles ontleent is , onder de naatn van
Rbabarbarum ianuginofum , jive Lapathum
Cbinenje longi-folium; maar de hiftorie die hy
’er van geeft is voorzeker niet naauwkeurig,.
en {temt met die van de Rhabarber niet overeen.
De Vader Micbiel Boyh zecht, in zyn
werk , getitelt Flora Sinenjis, Vienrne , Au-
ftrhe , edita 1656-, dat de Rhabarber door
geheel China groeit , en dat hy - in dat Ryk
1 'ayhuam genoemt word , ’t geen zeer geel
betekent: hy groeit echter overvloediger in
de Landfchappen Su-Civen, Xen-Sy, enSo-
cieu, die het naafte by de groote Muur liggen.
De-aarde in welke hy groeit, is rood
en flykachtig. “Zoo ras de Chinezen dezen
wortel uit de aarde gedolven hebben , zoo
zuiveren zy hem, fchrappèn hem a f , enfny-
dcn hem in {tukken , zy plaatzen deze eerft
op lange tafels, en keeren hen drie o f viermalen
op een dag om; want de ondervinding
heeft hen geleert, dat wanneer zy hem drogen
met hem in de lucht op te hangen, deze
{’tukken alsdan te ligt worden , en de Rhabarber
zyne krachten verheft. Ten einde
van vierdagen wanneer de {tukken reeds hart
geworden zyn, zoo doorboort men hen , en
reigt hen aan draden-, waar na men ze in de
fchaduwe voor den wind bloot {telt. De
winter is de befte tyd om de Rhabarber uit
de aarde te delven , voor dat de groene bladeren
zich beginnen te vertoonen.. Wanneer
men hem'in den zoomer uit de aarde neemt,
ofin de tyd dat hy zyne bladeren uitfchiet,
zoo is hy- noch niet ryp , en heeft noch geen
geel fap, noch roode aderen, maar hy is alsdan
zéér- fponsachtig en zeer l ig t , en byge-
volg zoo krachtig niet als die gene, die men
in den: winter uitdelft. Men wil dat de Chinezen
, door deze bereiding, drie foorten
van Rhabarber vervaardigen; de eerfte beftaat
uit platte; de tweede uit ronde;- en de derde-
uit vierkante ftukken ; hierom worden z y
door, de. Kooplieden, in. Chineefche■, TartarUK
.H A B A R B E E .
jche en Moskovifcbe Rhabarber, onderfchei-
den.
- Men bracht voormaals de Rhabarber uit
China, door Tartaryen , naar Öriiius en A-
lepp.o , en van daar , naar Alexandriën, en
eindeiyk naar Venetiën ; het was deze die
men Levantfche Rhabarber , noemden, De-
Portugezen brachten hem met hunne fchee-
pen van de ftad Canton, ’t geen een der voör-
naamfte Kooplieden van China is. -Do E-
gyptenareu brachten hem te Alexandriën, uit
Tartaryen; men bekoomt hem thans uit de
Ooft-lndiën en. Rusland: hy groeit overvloedig
in alle de Landfchappen van China , die
aan Tartaryen grenzen ; men weet noch. niet
recht, o f hy mede in Rusland, groeit- De
fcheepen der Ooft Indifchë Maatfchappyen ,
laad.en dezelve te Canton en-teOrmus, Voor’
eenige jaaren zond men uit Rusland aan den
Heer de jjuJJieu , een plant , die Rbabarbarum
folio oblango , crhpo-tmdulato., flabdlh.
fparjis, genoemt word. Deze zelfde plant,
was reeds te vóoren voor de oprechte Chineefche
Rhabarber aan de Heer Rand, Opzichter
van den Tuin van Chelfea in Engeland
, overgezonden, onder de naamvan La-
patbum Bardame, folio undulato glabro. De
wyze , op welke deze plant haare vruchten,
vaortbrengt, doet geloven, dat het Wezent-
lyk een oprecht foort van Chineefche .Rhabarber
is.. - De zaden en wortelen .van deeze-
Rhabarber' zyn volkoomen gelyk aan die van:
den Rhabarber die de Heer pander Monde „
Geneesheer van de Medicynfcbe Faculteit
van, Parys, uit China ,. overgezonden heeft..
Eindeiyk men kweekt- haar-thans in den Ko-
ninglyken Kruidtuin te Parys, al waar. zy zeerwel
voortkoomt :. -zy bloeit ’er in , en {last:
de geftrengfte winters door. Zie hier der-
zelver befchryving;
, De wortel is dik., langleevende, rondachtig,
een en een halve voet lang , getakt, en
uitwendig , zwartachtig-ros : wanneer men:
eenige ftukken van zyne fchofs afneemt,zoo
vind men de vleesachtige zelfftandigheit van
den wortel, die met ftippen van een fchoone
faffraankleur bezet is , vooral in deszelfsmidden
gedeelte: men herkent den reuk, die hem
byzonder is , wanneer men aan- zynen top
ruikt: zyn fmaak is bitter , lymerig ,\en za~
mentrekkent: uit den top van den- wortel komen
verfcheide bladeren voort, die ter aarde1
leggen , en in het tonde op elkanderen gë-
fchikt zyn : zy zyn zeer groot, geheel, groen;,
h y wyze. van, een. hart geyomit „ met twee
ooien:
RHA G A D IO LU S . R H A P O N T I C Ü M .
«oren aan het onderfte gedeelte bezet, en
aan lange ftaelen vaftgehecht dié aan het blad
zelfs éyf voorname zenuwen verfchaffen : in
het. midden der bladeren verheft zich een
boekachtige fte e l, die g e g ro e t, een en een
halve voet hoog , en met eenige byzondere
vliesachtige omkleedzels omvangeh is : de
bloemen koomen uit deze omkleedzels voort
en vormen kleine trosjes, iedere bloem heeft
een byzonder voetfteeltjé : zy gelykcn naar
die van onze Rhaponticum, maar zy zyn veel
kleinder, hebben geen kelken, en beftaanuit
een eenig ftuk, ’tgeen een kleinklokje vormt,
en in zes deelen ingefneden is : op iedere
bloem volgt een fpits en driehoekig zaad , ’t
-geen met een vliesachtig blaadje omzet is :
zy fchiet in de Lente uit, en bloeit in Juny:
haare zaden zyn in Auguftus ryp.
Door middel van het water, trekt men uit
de.Chineefche Rhabarber , meer als de helft
van zyn gewicht'jn een gomachtig uittrekzel ;
want hy bevat zeer weinig hard. Alle Ge-
neesheeren erkennen in. de Rhabarber twee
krachten ; te weeten , die van de ftoffen uit
te dryven, vooral de galachtige, én door een
zagte zaraëntrekking-de vezelen van dè maag
en ingewanden té verfterken : hy neemt de
verftoppinge der lever w e g ; hierom word
hy door eenige de z i e l h e t leeven , en den
Tbtriakel der lever genoemt. Men gebruikt
hem met nut in de geelzucht, en in dé buikloop
: hy bezit mede de eigenfcfiap om de
wormen te dabden , en is nuttig voor alle
perzoonen en allerlei ouderdommen , -wan-,
neer hy rechtydig voorgefchreeven word ;
want men heeft gevallen , in welke hy den
buik opdroogt, de nieren aancaft; enz. Men
moet hem in de heete koortzen nooit gebruiken
: men geeft hem in zelfftandigheit voor
de maal-tyd in, om de verteering te bevorderen,
en de maag te verfterken : de gifte is van
twaalf greinen tot een vierendeel loots, volgens
den ouderdom en de geftelthëit. Leme-
ry zecht, dat het brüinachtig gedeelte , dat
inde groote en dikke ftukken Rhabarber verdorven
fchynt te zyn , meer zamentrekkende
ISi ’ ?n *Deter gefcnikt fchynt om den bloedvloed
en buikloop te ftopp.cn , als ‘de goede
Rhabarber. Eindeiyk de Rhabarber behoort
S M zamenftei van verfcheide Galenifche
Rruidmengingen ; de naam van dit genees-
®wel is zeer beroemt in de Geneeskonft.
R H A G A D IO L U S . Dit is een plant
le °P onbebouwde plaatzen , in de warme
395
Landen groeit; haare fteelen zyn een en een
halve voet boog, wolachtig en getakt: haare
bladeren zyn lang, kronkelachtig en wollig ;
haare bloem is een bloemtros die uit halve
geele bloempjes zamengeftelt i s , waar van
de. blaadjes gootswys gekromt zyn ; op de
bloem volgen vliesachtige peulen , die ftars-
wys gefchikt en wolachtig zyn : de zaaden
zyn lang en fpits : deze plant in een af'Kook-
zel gebruikt zynde, is afzettende, ihfnydent
en pisdryvent.
E H A P O N T I C U M , Rhaponticum, Jive
\Rha. Deze. wortel, die van den Rhabarber
der winkels verfchilt, is langwerpig omtrent
twee duimen dik , en uit en inwendig
geel ; wanneer men hem dwars doorfnyd,
zoo ontdekt men ’er voren in , die by wyze
van ftralen gefchikt zyn , die van den omtrek
naar het middelpunt voort loopen: hy is zagc
en fponsachtig ; zyn reuk is minder aangenaam
en zoo bitter niet als die van den Rhabarber,
maar hy is een weinig fcherp, zamentrekkende,
lymerig en kleverig wanneer men
hem in den mond neemt.
_ Deze Rhaponticum groeit in de Landftreek
langs de Bosphorus op den Berg Rhodopus
in 'Thraciën, en op verfcheide plaatzen van
Schytiën: men kweekt deze plant gewoone-
lyk in de Europifche tuinen aan. De Heer
de Tournefort plaatft haar geenzins onder de
foorten van.Patich, hy maakt ’er een byzonder
gedacht van , en noemt haar Rhabarba-
rum forte Dioscorides & Aniiguorum.
Haar wortel, die wyduitgéftrekt en getakt
is , fchiet bladeren u it , die zoo breed als dié
van het Kliflenkruid zyn , maar zy zyn veel
ronder , en met dikke zenuuwen , gelyk die
van de Weegbree bezet, hunne kleur is donker
groep ; uit het midden van haare bladeren
verheft zich een fteel ., die een en een
halve voet. hoog , en hooger is., hy is een
duim dik, hoi, gevöort, en uit zyne knoppen
kopinen beurtelings geplaatfte bladeren
voort, die aan het begin rond zyn , en in een
punt eindigen ; haare bloemen koomen aan
den top der fteel voort, zy zyn in groote getakte
bloemtrolfen gefchikt, die klokswys
gevormt, eri gewoonelyk in zes deelen ge.
fcheidèn zyn : op deze bloemen volgen driehoekige
zaden, die groot en met een rosach-
tig fap vervult zyn. Haaren wortel is een
goed middel tegens den buikloop, en roode-
loop.
Men gebruikt, zomtyds , in plaats van de
Dd:d 2 Rha