weegt zynen ftaart wanneer hy zwemt , en
hy vertoont alsdan de witte vederen , die
’er onder geplaatft zyn: de vederen van den
rug, en die van de kleine rei der vleugelen
zyn yzergraanw: de Vogel is byna zwart-
aehtig : hy word zeer v e t ; zyn vleefch is
zeer welfmakende 9 en kan niet dat van den
Taallng vergeleken worden: hy zoekt zyn
voedgel op de grasryke oevers van de Rivieren
, en in de Rivieren zelfs ^ in welke
men wilde plappen heeft; hy eet mede de
Infeéten die hy tuflclien deze kruiden vind:
hy maakt z-ynen neft op de boompjes naby
de Z e e , en broed twee o f drie malen gedurende
den zomer: hy verdryfe zyne jongen
zoo rag zy in ftaat zyn, om voor hun eigen
onderhoud, te zorgen : zyne eyeren zyn
aan het eene einde fpits, zy zyn groen achtig
wit, en met rootte vlakken gefpikkelt:
hy pikt gelyk de Hoenderen , en zet zich
op de jakken der hoornen» en vooral op de
ftgrkfté rietftokkén in de Rivieren: hy onthoud
zich naby de gragten en groote vyvers,
hy vliegt met de pooten afhangende : zyn
lichaam is in een getrokken, dit is het tegengestelde
van de Eendvogelen.
2. Het K l e in e W a t e r -H o e n , Po-
liopfti GaUinula. Dit is een derde kleinder
ais het voorgaande : het heeft de gedaante
van een kleine water R a il: deszelfs bek is
platachtig, fmal en fpits, de regenboog der-
oogen is wit, de vederen van den kop zyn
bruin, en met rood gefchakeert: het opper-
fte van den rug, hals en vleugelen , heeft
mede dezelve kleur, met tuftchenpozingen
van witte ftrepen, die dwars afgefneden zyn:
de vederen van de borft zyn geelachtig blond:
het pnderfte van den buik is rood en be-
morft, de ftaart is k o r t; en het geen aan-
merkelyk is, hy vormt, wanneer hy te za-
mengevouwen is , een vreemde holligheit:
de middelfte vederen zyn de langfte, en met
wit gevlakt: het overige, is als in het voorgaande
foort.
Men moet de Koeten, Bruine B e n d e n ,
Kallen enz. met de Water - Hoenderen niet
verwarren.
Kolbe zecht, dat de Water-Hoenderen van
de Kaap de Goede Hoop', zich niet aan Zee,
maar aan de zoete wateren onthouden , zy
zyn zwart, en hebben de groote van onze
gemeene Hoenderen: zy vormen hunne, nesten
op het water* Vermits hun vleefch geen
aangename fmaak heeft , zoo dood men ’er
zeldzaam van,
W A T E R d iO N .D , %i§ op het artikel
H o NO.
W A T 1 R - J ü F F E R S f U k l h aut
Mordellee. Dit is een fport yan Vliegen ,
’t geen algemeen békent is, onder de naam
van Juffers ? men wj} dat zy dezen naam
door de lengte van haar lichaam, en dunne
geftalte verkregen hebben : want men kent
geen vliegen wier lichaam langer en dunder
als dat van. verfcheide foorten van deze Water
Juffers is : men telt ’er gewonelyk elf
ringen aan. De Heer de Reaumur o.nder-
fcheid ’er drie gedachten van: te wéren de
Juffers die een kort en platachtig lichaam
hébben, de Juffers wier kop groot en bolrond
I s , en de Juffers die een kleine en bree-
de kop hebben. De Heer Linnceus onder-
fcheid haar in middelbare, kleine en groote:
’ c geen het zelfde is, als de ondèrfcheiding
van den Heer de Reaumur. De Nöordfche
Natuuronderzoeker telt vier foorten onder
de middelbare , zoo veel onder de kleine,
en, acht foorten onder de grpojte : alle hebben
zy korte fprieten, een gevorkte ftaart,
en dé mond met kaken bezet.
Oorjprong der Water - Juffers , haren
ftaat van Nymph, en hare gedaante
verzviffeling.
Deze Vlieg word in het water geboren ,
en verkrygt ’ér haren volkomen^ aangroei in*
Eerft is zy een z.esbeenige worm: de worm
is noch jong en zeer klein, wanneer hy in
.een Nymph verandert; hy heeft alsdan dezelve
evenredigheit in zyne deel en , als. die
gene die hy naar zyne. gedaantevérwilïeling
hebben moet: dus komen de Juffers die een
kort lichaam hebben moeten, van de kortfte
wormen voort, enz* * - ; ‘ .
De Nympben van de drie geflachten der
"Water - Juffers , zyn voor het greotfte gedeelte
groen bruin, en dikwyls door de flyk.
befmet, die aan haar lichaam vaftgëhecht is:
die van eenige andere foorten die zich in
het heldere water onthouden , hebben witachtige
o f groenaehtige vlakken , die zeer
bevallig gefchikt zyn. De Heef de Reaumur
heeft in alle, een kop, hak, borftfchild
en lichaam gevonden , ’ c geen uit tien -of
elf ringen te zamêngeftelc w a s , zy hadden
Zes pooten, die aan het borftfchild vaftgè-
hecht waren ; deze Nymphen leven in het
water, zwemmen ’ér mét hare pooten , en
ademen ’er in. De Heer Pdupart , meent
waargenomen te hebben, dat dé Dieren uit
welke deze Vliegen voortkomen, wezen t-
lyke Viflchen zyn,, en dat hy ’er dé kieuwen
van gezien heeft.
Ieder foort van Nymph , heeft een masker,
waar van den vorm verfchilléttt is: die
van het eene hebben een helm, die van het
andere, een platachtig masker , en die van
het derde, een plat en langwerpig: masker,
alle deze Nymphen leven tién o f elf maanden
onder het water-, vóór dat zy in Juffers
veranderen. De gunftigfte tyd vóór haren
aangroei en gedaantéverwiflt'ling, is van dé
maand April, tot het einde van Ö&öber;
het is buiten hét water dat dé groote verandering
móet verricht worden, die het In-
fect van den ftaat van Vifch , tot dié van
Inwóonder van de lucht doet Overgaan. Na
dat het op den oever van het water de nodige
tyd gebleven isy om n Rauw keurig droog
te worden, zóó begint het te gaan, en het
zoekt één plaats op welke de gedaante veï-
Wiffelïng met gemak gefchieden kan ; zom-
tyds verkieft de Nymph hier toe een Plant
op welke zy klimt. Na dat- zy ’er overgelopen
heeft, zoo plaatft zy zich , met de
kop opwaarts; ’ t* zy tegens de fte e l, ’t zy
tegens een ftukje verdort hout. De gedaante
ver wiffel in g van deze Nymph in Juffer ,
.gefchied op dezelve wys,. als die der andere
Nymphen in Vliegen, ’t zy die twee o f
vier vleugelen hebben: het- is mede dezelve
als die van popjes in Vlinders..
De Water-Juffers hebben vier zeer door-
fehynende vleugelen , eiie naar het fynfte en
luifterrykfte gaas , o f bewerkte talk gelyken.
Dit foort van ftof is verzilvert o f vergult,
in het eene fo or t, en met gekleurde vlakken
in het andere verüert: deze vleugelen
zyn zoo groot niet als die van de Landjuffers:
echter vliegen de Water-Juffers me-
nigvuldiger, en met veel meer bevalligheit:
men zou zeggen dat zy even als een Vogel
zweefden , in een woord zy zyn niet genoodzaakt
om hare vleugelen zoo hoog op
te heffen, noch zoó laag te laten nederval-
Bem als de Land-Juffers , wier vlucht lomp
en alleen door fterke Hagen met de vlem-
gplem fchynen voort te gaan..
W A T É R - K A L F . Dit is een foort
Van Worm dié men in het water vind, en
die de Kalven in gevaar van ftérven brengt,
Wannéér hy zich in het water bevind ’ t geen
zy drinken : dezen Worm heeft de lengte
en dikte van een paardehair, men vind hem
in de Meeren • en Fonteinen ; zyne beten
veroorzaken een ziekte die men Paronychia
Morbus noemt. De Smol’anders, zecht de
Heer Linnceus, genezen ’er de Kalven van
door infydingen met 'een mefch: dit is naar
allen fchyn een foort van Polypus.- Zie
G o r d iu s .
W A T E R - K A S T A N J E S : Deze Ka-
ftanjes groeijen naby de Rivieren , hare kernen
zyn zeer h art; doornachtig., en hare
bladeren zeer breed.
W A T E R - K E R S , Nafturtïum aquati-
turn. Dit is een water Plant, die rneti zortr-
tyds medé de naam van Beek- en Fontein-
Kers geeft, om dat zy in de moer aften en
beken gröelt. Zy heeft een witte en vc-
zelacfrtigc wortel; hare ft el en Zyn omtrent
een voet lang, dik, ge kromt , hol , en ge-
vööft, hunne kleur is groen, ’t geen op het
foödaehtige trekt ; hare bladeren zyn fap-
ryk , byna rond, donker groen , verfcheide
by elkanderen aan een rib gefchikt, welriekende,
en van een prikkelende en aangename
fmaak; hare bloemen zyn klein , w i t ,
ieder uit vier kruiswyze gefehlkte bladeren
Zamèngeftelt, met verfcheide helmftyltjes,
die geele toppen hebben; zy komen aan de
tóppen der ftelen en takken voort, ’ér volgen
peulen o p , die een weinig gekromt zyr,-.
zy verdeelen zich in twee zaadhuisjes , die
met kleine rondachtige zaden vervult zyn
welke een fcherpe fmaak hebben.
Deze Plant bloeit in July en' Auguftus ;
zy is altoos groenachdg, hier om kan men-
’er mede onder de Salade gebruik yan maken
: die. gene die men Cailli te Rouaan-
noemt, is een foort van aangekweekte Kers,
die zeermalfch, van een aangename fmaak,
en boven alle andere te fchatten is ;■ deze
Kers bemint de beken, waar van het water
klaar is.. Men maakt van deze Plant , en'
Kreeften, uitmuntende foepen', die gefchikt
zyn om het bloed der Scorbutike te zuiveren,
men maakt ’er een overgehaalt water,-
een firoop, en uittrekzel van , ’t geen mede
byzonder. krachtig, tegens hetzelfde on