Men eet het vleefch der Otters zonder eeni-
ge fauflen, en het heeft een kwade vifch,
o f grondige fmaak. De Honden maken vry-
willig jacht op de Otters, zy achterhalen hen
gemakkelyk wanneer zy van hunne holen en
net water verwydert zyn ; maar wanneer zy
hen aangrypen zoo byten zy geweldig, en
zomtyds met zoo veel kracht en verwoed-
h e it, dat zy de Honden de pooten aan Hukken
byten , en dat men hen dooden moet,
-om hen te noodzaken om los te laten.
De Otter is een foort van D ier, dat, zonder
zeer talryk te zyn , algemeen door Europa
verfpreid is, van Zweden af tot Napels toe;
men vind hén mede in Noord-Amerika, en
deze gelyken volkoomen naar de Europeaan-
fche, alleen uitgezonden , dat hunne vellen
noch fehoonder en zwarter als die derZweed-
fche en Rufiifche Otters zyn. Men vind deze
Dieren waarfchynelyk in alle gematigde
Landen , vooral in die geene , die zeer wa-
terryk zyn; wanrzy konnen noch in de brandende
zandvlaktens , noch in de dórre woè-
ftynen leven : zy ontwyken medé de rivieren
welke niet vifchryk zyn , o f welkers oevers
te meenigvuldig door de menfehen bezocht
worden.
Het vet der Otters ftremt door de koude
n ie t, gelyk dat der viflehen, en het blyft altoos
vloeibaar, het is öplofiende, en bevordert
de verteering : men gebruikt het tegens
de fmerten der gewrichten , en om de zenuwen
te verfterken.
O U A C A P O U . Dit is een boom van Guajana
, die dezelve eigenfehappen heeft, en
tot dezelve gebruiken dient als de Ouapa.
Zie dit woord»
■ O U A I L L E. Dit is een boom die in de
vlaktens en op de Bergen van Guajana groeit,
men gebruikt hem om Kanoes te maken, en
tot timmerhout; het hout van die geene die
op de Bergen groeijen is rood , en dat van
dié der vlaktens wit.
O U A N D R O N S . Deeze naatn geeft
men aan de Aapen van het Eiland Cylon ;
men heeft ’ er deze Dieren zeer meenigvuldig
en van verfchillende foorten; eenige zyn zoo
groot als onze Spaanfche Honden , hun hair
is grys en hun aangezicht zwart, zy hebben
een groote witte baart, die zich van het eene
oor tot aan het andere uitflrekt, welke hen
voor wilde Grysaards zou doen aanzien; men
heeft *er mede welkers lichaam een bleeks
fcharlaken kleur heeft^ zy leeven alleen van
bladeren en knoppen: de andere die men 267-
iours noemt, hebben geen baarden, maar hun
aangezicht is blank,en hun hair verdeelt zich
gelyk dat der menfehen: dit foort van Aapen
•doet groote fchade aan. het graan. Men leeft
in de Hijlorifche Befcbryvlng der Reizen, dat
de Cingalezen het vléefeh van deze Aapen,
zoo hoog als dat der wilde Geiten fchatten.
O U A P A . Dit is een boom die Oroben
voortbrengt., en in Guajana groeit: hy is
bochtig en zomtyds hol ; maar hy dient echter
tot verfchillende werken : men maakt *er
palen en ftutten van om de aarde te onder-
fchragen. Men bedient ’er zich-in dat Land
met nut tot heiwerk van , om dat zy lang in
het water en de flyk duuren.
O Ü A R O U C H I . Dit is de Smeerboom
van Guajana. Hy verfchilt eénigzins van dien
•boom, die men de Chineefche Smeerboom
noemt; zie Smeerboom •. die van Cayenne is
melkachtig , en word voor een Vygenboom
gehouden : zyn zaad, dat geel 1$, en de. gedaante
van een muskaatnoot, en de grootte
van een hazelnoot heeft, is met eeii vlièsje
omkleed, ’t geen de pit bevat: het is van deze
ontbolfterdè gewaffen en geftoote amandelen
, dat men een deeg maakt, die men
fterk in een ketel moét omroeren tot hy met
vocht én een foort van rook bedekt is : men
plaatft dezelve als dan in de pers , ,en »’er
koomt een foort van fméer uit voort, ’t geen
ftremt: men laat het de volgende dag op
nieuw koken, en drukt het door een ftuk
lynwaat uit. Men zamelt deze vruchten in
de maand Maart in , op welke tyd z y afvallen
; men laat haar geduurende een o f twee
dagen droögen, voor dat men ze perft.
' De melk die men uit déze b'óotfien trekt,
met ’er infnydingen in te maken, is eén middel
tegens de wormen der kinderen: men geèft
-hen dit melkachtig fap met Olie en «Citroen-
fap in.
O U A S S A C O Ü . Dit is eén Boom van
Guajana , in welke-men met een byl hakt,
om ’er een melkachtig fap uit voort te doen
koomen, mén geeft zorgvuldig acht, dat het
niet in de oogen fpringt, om deszelfs byten-
de kracht: men neemt zoo veel water als van
ftuk lynwaat ,. en legt het in eert gragt o f
vyver om viftchen te vangen: de fyhhéit van
dit vergift is zoo groot , dat de viftchen, hier
door dronken gemaakt zynde , aanftonds boven
water koomen : men moet deze viffehen.
aanftonds van het ingewand ontblooten,, om.
dat zy in korten, tyd verderven.
O U A Y E . Dit is- een-plant van Guajana,
die dus naar het Indiaanfche V o lk , de
Ouaycrs, genoemt word, by welke men dezelve
eerft ontdekt heeft ; zy is zeer zeldzaam
in Guajana,. en groeit alleen op byzon-
dere plaatzenmen bedekt *ér de ftroye hoeden
mede om hen tegens de regen-te befchut-
ten. De pit van de fteelen dient tot Iemmet-
ten; de, fteelen. hebben een bruine kleur, en
dienen om fraaije rottingen te maken, die in
leedjes verdeelt zyn.: haare bladeren koomen
uit de aarde voort zy zyn plat, kort, wa-
jersgewys, en gelyk die van de Latanier ge-
vorrnt: haare bladeren zynde befte van-alle
die geene die men op Cayenne gebruikt, om
de huizen- te dekken ; zy duuren zeer lang,
vooral wanneer zy door de Indianen gebruikt
worden: het vuur maakt ’er maai* alleen een
gat in, en befchadigt het overige niet. '
| O U C L E . Dit is eén dikke en doornachtige
Liane,, die.zeer gemeen op de Ruft van
Mahury is : men kan haar tot hoepen voorde
vaten gebruiken.
OUERHAAN, z i e a c h t er bet artikel:
K aan..
O U L E M A R Y . Dit is een van de groote-
booir.cn vun Guajana; zyne bladeren blinken
, en gelyken naar die van den- Citroenboom,
Hy is met een bruine fchors bedekt,
die byna een duim dik is. Het inwendige
fcheid zich. in verfcheide rosachtige blaadjes,
die glad, en zoo dun als de bladeren van den
Balifier zyn „ en op .welkemen, gelyk op het
papier fchryven kan, De Heer de Prefontaine
zecht , ."dat hem geheugt T dat hét door een
blaadje van dezen boom wa s , op welke een
Indiaan gefchreeveri had, Oyapoek is ingenomen,
dat men in het jaar 1745 te Cayenne,
van de Verovering van het Fort Oyapock,
bericht kreeg;
Deze bladeren diénen de Indianen noch tot
een ander gebruik ; zy rollen, zoo vaft als
hun mogelyk is , een tabaksblad in dezelve,,
en. maken, ’er dat van , ’ t geen men op de:
Amerikaanfche Eilanden een. Krekel noemt,.
’ t geen hen tot een pypverftrekt, Maif.R.u]h.
de Cayenne.
O X Y P E T R A . Dit is dan eens een.
Meelachtigè’ Aarde , £n dan weder een Kri-
ftalachtiee Steen, die’geélachtig wit is,, hy
heeft e.en- rinsachtige 1 fmaak , en wo’rd in*
het Gebied, van. Rome gevonden*: men maakt,
’ér in dat Land in de koeldranken gebruik'
van , om de hitte der koorts te verdryven_
De Oxypetr.aas die ,wy uit dit Landfchap be—,
koomen hebben, waren Aluinachtig., en:
Vitrioplachtig:. zie A l u in . en. V i t i i .-
o o l ..
*•*> Cv* Cr
s p s
P A A -