wryfbaar , en eenigzins yet is. Z y zwelt iii
het-water op : men kan haar kneeden , maar
zy:)heeft, wanneer zy j droog geworden is ,
n.ach-hardheit, noch zamenhang : zy weder-
Haatteen' geweldigen trap van vuur , voor
dat éy- in glas. overgaat-of verkalkt word,
zomtyds word zy ’er door ontftoken, ver-
krygt een witte kleur , waar van de vaftheit
eiv.eigèhfchappen j de -uitkomR van deszelfs
zamenftellende deden zyn: ^zy bruift met de
zure vochten niet;op.
•De. Zwarte Kleiaarde is een dier gene die
tpL.een omkleedzel van onzen Aardkloot
vesftrekt; ('uitgezonden het gene door het
water bedekt word) , zy bedekt ’er de oppervlakte
, ter'dikte van omtrent een halve
voet. van. Z y is voor een groot gedeelte,
uit de'vernietiging van zelfftandigheden za-
mengeRelc, die byzonder aan -andere Ryken
zyn ,. zomtyds uit‘ verrotte planten, en zom-
tyds uit, vernietigde Dieren* Deze foorten
van aarde zyn in , aigemeen zeer tot de
gröeijing'gêfchikt wanneer zy in-de vlaktens
zyn ; Want wannéér zy zich op het hangen
der heuvels geplaatfl vinden ,- zoo droogen
z y wel-ras u it ; maar wanneer deze aarde
zichiin een lage grond bevind , zoo ontftaat
’er-doof- het water ’ t geen ’ er de- afiche der
Planten en Dieren , na toe voert, en vervolgens
i, -wegzakt1, een aarde uit ,• die da-
gelyks in hoedanigheit toeneemt, en langzamerhand
tót den Raat van kleiaarde overgaat,
zoo ’ér zich zand' bevind.
■ Woodward- en Scheuchzer hebben geitelt
dat de vruchtbaarheit van den Aardkloot,
voor den Zondvloed van een diergelyke laag
van-zwarte aarde afhing. De laatRe van
déze; Sehryveren verzekert, dat men op den
top der Alpen (op welke geen Planten, om
de winden , koude èn de fynhek van de lucht,
groeijen konnen) een zwarte- aarde vind ,
die g-elykflachtig fchynt : hy-fchryfc haar drie
eigenfchappen toe. Ten iftê , dat zy meer
veerkracht b e z it, en meer tot uitzetting bekwaam
is; ten 2de * dat zy ift ’ t geheel tot
geen glas kan gebracht worden; en ten
3de dat zy door het Microscoop befchouwt
zynde uit gelyke dèelen fchynt te zamen-
gëRelt.
Eenige Schryvers hebben de during van
de Wereld, o f de aangroei van.de groeibaa-
ré aarde willen bepalen. Men heeft hier
toe woefte plaatzen verkozen: men bepaalde
deze aangroei op een vierde van een
duim in een eeuw ; wanneer men nu vooronder
fielt dat - de. diepte van dit foort van
aarde, acht .duimen is ,.(o p zommigé plaatzen
is zy zulks, tien duimen ) zoo geeft dit
een getal van 3200. o f ,4000' jaren zedert deze
omwenteling.. .
Het is' onmogelyk dat deze aarde vólflan-
dig overal dezelve zyn zou; hare plaatzing*
hare. gelegen theit, de verfchillende Rofien
die haar vormen .kan, de bearbeidingen die
de Menfchen. en Dieren haar. doen ondergaan,
alles werkt mede^pm ’er-den aart en
eigen fclrappen van te veranderen: men on-
derfcherd echtèr: maar twee foorten van ware
zwarte Kleiaarde. De eene koo'mt van
de vergane planten, en de andere van Dieren
voort, die mede door verrotting vernietigt
zyn ; de- andere föorten worden door
hare vermenging vox>rtgebracht: dé Veen behoort
mede. tot dit foort, zoofOok de aarde
der Kerkhoven y Gerechtsplaatzen , enz.
Deze aarde is;, by "de Tuinlieden, een
oude Meli der . Tuinbedden dié geheel verrot
, uitgeput. en. in een foörc van zwarte
aarde verandert is. v
Die der Landbouwers is de aarde die door
de mefling • verbetert is : zy is • porieachtig ,
ligt, en tot de groeijing by uitftek gefchikt;
de planten fchieten ’er gemakkelyk wortel
in , en bekomen ?er beter baar voedzel uit:
maar ’er word een kundigheit in de keus van
de plaats, en den aart van den grónd ver-
eifcht. Men weet zeer wel dat een grond
die op het hangen van een heuvel lecht,
gemakkelyk van zyn vruchtbaar makent gedeelte
door de afvloeijing van het regenwater
berooft word ; dit is het-, tegen gefielde
van die der Val-yen , alwaar het water op
ftaan blyvende , de verrotting en gifting der
verfchillende Planten veroorzaakt ; ’ t geen
Veen voortbrengr. Zie T u r f . Een zandachtige
aarde heeft geert zelfflandigheit genoeg.;.
een leemachtige verflikt 'het graan
dat men’er in zaait. Dé aarde’ der’boffchen,
die uit bladeren èn mofch te ZamengeRelt
is , is veel te flykachtig ; echter is zy nuttig
op de magere gronden der vlakke landen.
Zie het artikel B o u w -A a r d e.
Z W A R T E - K R E E F T . :Goedcird--
geeft deezèn naam aan éen zwarte RtipS ,
die men op de bladeren der' EfTchenboo-
men vind ,• en die ’er de malfchfiè zelf-
Randigheit uit e e t , en alleen : het‘ -vlies ■
over-
©verlaat, door welk het blad zyn voédzcl
bekoomt.
Z W A R T E -K R I E K E N van O V E R Z
E E , Cor - Indmn. Dit is een Plant die
uit Indien .oorfpronkelyk is , en die men
thans in onze Tuinen aan kweekt: hare Ree-
1-en zyn dun, en twee o f drie voeten hoog,
zy hebben ;geen hairen , maar zy zyn gé-
voort en zwak y hare bladeren zyn groen ,
en gelyken eenigzins naar die van de Eppe;;
hare bloemen zyn uit acht witte bladeren’
te zamengeRelt, waar van vier groot, en
vier klein- zyn',. zy zyn ■ kruiswÿs gefehikt ;
’er vólgen blaaswyze vruchten op die drie
hoeken hebben;-’ en ieder in drie zaadhuisjes-
verdeelt zyn, die zaden'bevatten, die naar
kleine erweten. gelyken, en voor een ge^
de e lite zwart, en voor een gedeelte wit zyn,
zy zyn gewonelyk met een hart gemerkt,
deze vruchten worden voor zeer hartRer-
kende gehouden..
Z W A R T E - P E P E R , zie Pe p e r .. .
Z W A R T E - V L Ó O , Pul ex minuti(ff-
mus, nigricans -, Barr. Dit is een Tooit
van zeer klein Infeél, ’t geen in Braz-il in
het Rof yoortkoomt het kruipt onder de*
nagelen van- de voeten en handen:* geiyk de
Crngues van de Aütillifche Eilanden. - B ie der.
Wilden die met bloote voeten gaan ,
trachten ’er zich voor te - befchuttën , met
deze deelen met een dikke en roode Olie
te wryyen , die zy uit' vruchten- trekken, -
die men.de naam van Cóur'ög 'geeft.. • "
Z W A R T K R Y T o f Zwarte’ Steen
Ampelites. Dit is-een Schiflitsachtige, zwart
e , zachte en wryfbare Stèen , waar van
de Teekenaars en Timmerlieden zich bedienen
om lynen te. trekken : déze Steen die
men overvloedig te Ferrière-Bèchét, tus-
fehen Seez en Alençon in Normandyeii vind,
heeft een feherpe en zamentrekkende fmaak,
en een bitumineufe reuk ; hy word gemakkelyk
door de lucht ontbonden , - even. als
de zwavelachtige Pyriten; hy brengt alsdan
yzerachtig Vitriool voort , en is in Raat,
om het aftrekzel ‘der galnoten zwart te maken;
wanneer hy op het vuur geplaatft word,,
zoo brand hy een weinig, en men 'ziet' zyne
zwàjte kleur zich in rood veranderen ; zöm-
ty.ds bevat dezen Reen Aluin , o f bezit de.-
eigenfehap om met de zuren op t e ' brui-
fenen ; deze laatRe fóort is , door de eigenfehap
van zynen grondflag zeer gefchikt toe
een meRing voor de Wyngaarden. Men
heeft zelfs , een Landfchap in DuitfcHlahd
fBacharab) alwaar de Inwoonders Zwarte-
Steen verzamelen, dezelve op hoopen plaatzen
, en hem door de lucht laten ontbinden,
'tó-t dat hy in een foort van leemaar-
dé verandert is , zy verfpreiden hem alsdaiv
by wyze van meR. over de aarde der Wyngaarden
, die zy vruchtbaar maken .willen ;
en . zy doen hier door de Wormen omko-
men, die regens de ranken opklimmen, vér-'
beteren de grond, en de vruchten'van den-
Wynftok verkrygen alsdan een leyachtrgeïP
fmaak, gelyk men zulks in de Moezèlwym
opmerkt: men maakt noch in eenige Landen‘
gebruik''van'dezen Steen, om de haïren-:zwait';
te verwen.
Z W A R T - N I E S K R U I D , Hellebo-
raftum. Dit is een foort van Nieskruid dat
gewonelyk in de velden groeit, eri dat'van
het ware door zyn roodachtigè Reel ver-1
fchilt, die veel hoger; en üleer met ‘blore-v
men en-bladeren bezet is ; en door'zyne
wortelen , die inwendig geheel wit maaf -
uitwendig zwart zyn* De bladeren van dé--
ze plant zyn fmal, en hare bloeöieh •gro:en-
achtigi Z y bloeit' iö February.' Harè've*1
zei achtige wortelen' dienen öm ettefd pachten
te vormen; hare vruchten. zyn‘ uit vér-;,
fcheide vliesachtig'ê';zaadhuisjes"te '•'Zam-énge-
Relt, die by wy-ze,:vah een hodfdjè by eeh.'r
gefchikt zyn , en rondachfige eh zwartachti-'
ge Zaden bevatten: zy worden in de maand’
Juny ryp. . W ■ • M
De Landlieden gebruiken zbmtyds de wor—'
tel van-het zwarte Nieskruid als eén pur-;
gèermiddel ; maar- dit. is: niet' zonder ge--
vaar. Eenige lieden • maken ’er mét vrucht’
gebruik van , om-de lopende öogen te ge- -
nezen r hier toe doorbóren Zy de lel varhhet
oor, en Rekeft ’er 'èen Rukje'van den wortel
door. Maar men gebruikt hem menig-»’
vuldïger , om hem door den koffem der 'zieke
Runderen- tè Reken y dat is te zeggen ,
dat men door het vél vair deze Dieren, dat
onder de -keel afhangt * éen dikke fcheut y
by wyze van ëen ettermakefit middel door-
fleekt ; dit veroorzaakt .een overvloedige-
ontlaRing van wateraehtige vochten , waar