
wijk (te Katwijk-aan-Zee en Katwijk-aan-den-Rijn), Leiden, Leiderdorp,
Lisse, Noordwijk (te Noordwijk-Binnen en Noordwijk-aan-Zee), Noordwij-
kerhout (te Noordwijkerhout en aan de Zilk), Oegstgeest, Rijnsburg, Sassenheim,
Valkenburg, Voorhout, Voorsehoten (te Voorschoten en aan den
R'gndijk), Warmond, Zoeterwoude. — Tot het v i e r d e de scholen in:
Aarlanderveen, Alkemade (te Oude-Wetering, Nieuwe-Wetering, Rijpwe-
tering, Roelof-Arendsveen, Oud-Ade en de Kaag), Alphen, Barwouts-
waarder-en-Rietveld, Benthuizen, Bodegraven (te Bodegraven en de Meije),
Boskoop, Hazerswoude, Kondekerk, Lange-Ruige-Weide, Leimniden, Nieuw-
koop (te Nieuwkoop en Noorden), Reeuwijk (te Reeuwijk, in ’t Nieuwe-
Dorp en Sluipwijk), Rijnsaterwoude, ter Aar, Waar der (te Waarder en
Korte-Waarder bij Nieuwerbrug), Woerden, Woubrugge (te Wonbrngge
en Hoogmade), Zevenhoven, Zwammerdam. — Tot het v i j f d e in: Delfs-
haven, Overschie, Schiebroek en een deel van Rotterdam. — Tot het
see de in : Barendreeht, Charlois (te Charlois, in den Oosthoek en te
Katendrecht), Groote-Lindt, Kethel, de Lier, Maasland (te Maasland en
Bnrgersdijk), Maassluis, Pernis, Poortugaal, Rhoon, Ridderkerk (te Rid-
derkerk, Rijsoord, Bolnes en aan den Pruimendijk), Rozenburg (te Blankenburg)
» Schiedam, Vlaardingen, IJsselmonde, Zwijndrecht. — Tot het
s e v en d e in : Ammerstol, Borgambacht, Berkenwoude, Capelle-aan-den-
IJssel, Gouda, Gouderak, Haastrecht, Hekendorp, Krimpen-aan-de-Lek,
Lekkerkerk, Moerkapelle, Moordrecht, Nieuwerkerk-aan-den-IJssel, Ouder-
kerk-aan-den-IJssel, Oudewater, Papekop, Schoonhoven, Stolwijk (te Stol-
wijk en aan het Bcij ersehe), Waddinxveen, Zevenhuizen. — Tot het
a c h t e t e in : Alblasserdam, Dordrecht, Dubbeldam (te Dnbbeldam, Wiel-
drecht, de Mijl en Willemsdorp), Goudswaard (te Goudswaard en aan den
Schenkeldijk), Heinenoord, Klaaswaal, Maasdam (te Maasdam, st.-Antho-
niepolder en Cillaarshoek), Mijnsheerenland, Nieuw-Beijerland (te Nieuw-
Beijerland en Zuidzijde), Nieuw-Lekkerland, Numansdorp, Oud-Alblas,
Oud-Beijerland, Papendrecht, Piershil, Puttershoek, Sliedrecht, Strijen (te
Strijen, Strijensche-Sas en Mookhoek), Westmaas, Zuid-Beijerland (te Zuid-
Beijerland en aan den Nieuwendijk). — Tot het negen de in: Ameide,
Arkel, AspereD, Bleskensgraaf, Brandwijk, Everdingen (te Everdingen en
Zijderveld), Giessendem (te Giessendam en Giessen-Oudekerk), Giessen-
Nieuwkerk, Gorinchem, Goudriaan, Groot-Ammers, Hagestein, Hardinx-
veld, Heicop-en-Boeicop, Heukelum (te Heukelum en Spijk), Hoog-Blok-
land, Hoornaar, Kedichem (te Kedichem en Oisterwijk), Langerak,
Leerbroek, Lecrdam, Lexmond, Meerkerk, Molegaarsgraaf, Nieuwland,
Nieuwpoort, Noordeloos, Ottoland, Schélluinen, Schoonrewoerd, Streefkerk, •
Vianen. — T ot het t i e n d e in: Abbenbroek, den Bommel, Brielle, Dirksland,
Geervliet (te Geervliet en Simonshaven), Goedereede, Heenvliet,
Hellevoetsluis, Hekelingen, Herkingen, Melissant, Middelharnis, Nieuwen-
hoorn, Nieuwe-Tonge, Nienw-Helvoet, Ooltgensplaat (te Ooltgensplaat en
Langstraat), Oostvoorne (te Oostvóorne en Tinte), Ouddorp, Oudenhoorn,
Onde-Tonge, Rockanje, Sommelsdijk, Spijkenisse, Stad-aan-’t H aringvliet,
Stellendem, Vierpolders (te Brielsch-Nieuwland), Zaidland, Zwartewaal. —
Tot het e l f de in : Bergschenhoek, Berkel, Bleiswijk (te Bleiswijk en aan
den Kruisweg), Hiliegersberg (te Hillegersberg en ter Bregge), Krälingen,
en in een deel van Rotterdam.
In het geheel telde Zuid-Holland in 1875 545 lagere scholen: t.w. 358
voor gewoon lager en 187 voor meer uitgebreid lager onderwijs. Van
deze scholen waren 334 openbare en 211 bijzondere. E r zijn o. a. kweek-
scholen voor aankomende onderwijzers te Delft en Rotterdam, benevens
inrichtingen ter opleiding voor de zeevaart, alsmede voor het onderwijs
aan doofstommen.
Voor middelbaar onderwijs zijn hoogere burgerscholen te Delft, Dordrecht
(twee), Gorinchem, Gouda, Leiden, Rotterdam (drie) en Schiedam.
Een der scholen te Dordrecht en een te Rotterdam is voor meisjes be-
stemd. Burger dag- en avondseholen of teeken- en industriescholen vindt
men te ’s Gravenhage, Dordrecht, Gorinchem, Gouda, Leiden, Schiedam,
Alphen, Brieile en Rotterdam.
Het hooger onderwijs roemt op de hoogeschool te L eiden. E r zijn latijnsche
scholen of gymnasiën te Brielle, Delft, Dordrecht, Gorinchem, Gouda,
’s Gravenhage, Leiden en Schiedam. Te Leiden is ook eene rijksinstelling
voor onderwijs in de Indische taal-, land- en volkenkunde, te Delft eene derge-
lijke gemeentelijke inrichting. Eene polytechnische school is mede te Delft.
Naar de Eerste Karner der Staten-Generaal vaardigt Zuid-Holland 6 leden
af. Voor de verkiezingen van Leden voor de Tweede Kamer vormen, volgens
de wet van 6 Mei 1869, 24 gem. het distr. Leiden, 25 het distr. Delft,
5 het distr. Rotterdam, 25 het distr. Brielle, 3 het distr. ’s Gravenhage
en 29 het distr. Dordrecht. Voorts behooren 5 Z.-Holl. gern, tot het
distr. Haarlemmermeer, 83 tot Gouda, 30 tot het distr. Gorinchem en
13 tôt het distr. Zierikzee.
Voor het kiezen van Leden in de Prov. Staten is Zuid-Holland ver-
deeld in 15 districten: Leiderdorp, Leiden, Zoetermeer, ’s Gravenhage,
Vlaardingen, Delft, Schiedam, Rotterdam, Alphen, Gouda, Gorinchem,
Sliedrecht, Dordrecht, Oud-Beijerland, Ridderkerk, Brielle en Middelharnis.
Van deze distr. benoemt Rotterdam 13, ’s Gravenhage 10, Gouda
6, Leiden 5, Leiderdorp, Zoetermeer, Vlaardingen, Alphen, Gorinchem
Sliedrecht en Dordrecht elk 4, Delft, Schiedam, Oud-Beijerland, Ridderkerk,
Brielle en Middelharnis elk 3 leden.
Voor het rechtswezen wordt Zuid-Holland verdeeld in 6 arr. : ’s Gravenhage,
Leiden, Rotterdam, Dordrecht, Gorinchem en Brielle, te zamen
met 25 kantons.
ZuidhoUandsche-Waard, of G-roote-Zuidhollandsehe-Waard,
voorm. dijksdistr. in het tegenw. Z.-Holl. en N.-Brab., van de heidê
achter de Langstraat en het Land-van-Altena benedenwaarts tot Zeven-
bergen, Zwaluwe, Moerkerkerland en Heinenoord. De waard werd door-
sneden door de rivier de Oude-Maas, die bij Oud-Heusden en Maasdam
was afgedamd en binnen de bedijking niet door dijken bezoomd.
De waard was 42,500 h 43,000 bund, groot. Door de overstrooming van
18 November 142!, dè st.-Eüzabethsvioed, is een groot deel van dezen
waard verdronken, waardoor de Biesbosch of het Bergsche-Veld ontstond.
92«