
niet bij de provincie Stad-en-Lande ingedeeld, maar bleef een Gene-
raliteitsland tot aan de opheffing van deze en andere heerlijkheden bij
de staatsverandering van 1795.
Bij de vijf hoofddorpen van Westerwolde zijn later gekomen : ter Apel
(oorspronkelijk een klooster), Bourtange (als fort gestiebt), de wijken
van Oude- en Nieuwe-Pekela, die ten zuidoosten der Pekela zijn aan-
gelegd, en in onzen tijd de dorpen de Horsten en ter Apelerkanaal.
Westerwoldsche-Aa, riv. in het oosten van Groningen. Zij ont-
staat door de vereeniging van de beide stroompjes, de Mussel-Aa en de
Rniten-Aa, nabij Wedde. Na de Oude-Schans voorbij gestroomd te zijn,
neemt de Westerwoldsche-Aa bij de Bult de in een kanaal herschapen
Pekel-Aa op, bereikt längs de Nieuwe-Schans de Statenzijl en valt
beneden clit punt in den Dollard. Yoor het ontstaan van genoemde
golf stortte de Westerwoldsche-Aa zieh in de Eems en wel door zeven
sluizen tusschen de dorpen Wester-Reide en Ooster-Reide.
Westerzand (het), geh. in de Gron. gem. Grootegast, in 1840 met
90 inw.
Wester zij de, b. in de N.-Holl. gem. Dimmen, in 1840 met 74, in
1870 met 185 inw.
Westerzij (de), geh. in de N.-Holl. gem. Heilo, in 1840 met 36,
in 1870 met 91 inw.
Wester-Zwake, pold. in de Zeeuwsche gem. ’s Gravenpolder.
West-Friesland, landstreek in N.-Holl., in het noorden, oosten en
zuidoosten door de Zuiderzee bespoeld en verder ingesloten door Kenne-
merland en de Zeevang. Het was in den Fränkischen tijd een afzonderlijk
graafschap, dat het eerst in een brief van 1064, als comitatus in Wester-
lingae, wordt vermeld. Het werd toen door Heizer Hendrik IY aan Graaf
Dirk van Holland ontnomen en aan de ütrechtsche Kerk geschonken.
Ofschoon de West-Priezen zieh geenszins aan Holland’s Graven hadden
willen onderwerpen en om hunne zelfstandigheid waren blijven strijden, hadden
noch Dirk noch zijne opvolgers lust om dit landschap aan de Ütrechtsche
Kerk over te laten. Veeleer wendden zij alle pogingen aan om deze streek vol-
komen mächtig te worden. Die strijd duurde met tusschenpoozen voort tot
de tijden van Graaf Jan , die te Vroone aan den tegenstand der West-Friezen
een einde maakte. Deze driehonderdjarige strijd had veel bloed gekost.
Twee graven hadden daarbij het Ieven verloren: Graaf Arnoud te Winkel,
in 993, en de Roomsch-Koning Willem, den 25 of 26 Januari 1256.
Na de afschudding van het Spaansche juk, poogde West-Friesland
als eene bijzondere provincie in de Unie aangemerkt te worden. Vooral
deed het daartoe veel moeite na het vertrek van Leicester in 1588. Dan
de West-Friezen konden htm verlangen niet doordrijven. Niettemin droe-
gen de Staten van het tweede gewest der Unie altijd den naam van
Staten van Holland en West-Friesland.
West-Friesland telde ten tijde der Republiek 3 steden: Hoorn, Enkhui-
zen en Medemblik, benevens de baljuwschappen de Nieuwburg, Drechter-
land, de Vier-NoorderkoggeD, Geestmer-Ambacht en de Schager-en-
Nieuwdorperkogge.
West-Friesland, als laag gelegen, moet door zware dijken beschermd
worden. Vaak heeft het door overstroomingen geleden, zooals in 1375,
1464 en 1570. Zoowel in 1610, als in 1702,1717,1735, 1775,1776 en 1825,
liep het groot gevaar om wederom door de zeevloeden overweldigd te
worden, maar telkenreize werd het door inspanning van krachten
voor vernieling behoed.
West-Geerpolder, polderland, eerst uitgeveend en in 1846 weder
drooggemaakt in de Z.-Holl. gem. Hazerswoude. Het is het west, deel
van den Oost-en-West-Geerpolder.
West-Graftdijk, of Westgraftdjjk, d. in de N.-Holl. gem. Graft,
in 1840 m e t'465, in 1870 met 552 inw. Het ligt aan het N.-Holl. kanaal
en de Vuile-Graft. Eerst in 1651 werd er eene Herv. kerk gebouwd.
Verder vindt men er eene Doopsg. vermaning.
Westhem, d. met eene Herv. kerk in de Friesche gem. Wymbritser-
adeel. Het telde in 1811 107, in 1840 273, in 1876 520 inw., daaronder
gerekend die van Blaauwhuis of Sensmeer (in 1840 151).
West-Heyningen of Beaumontpolder, pold. van mim 66 bund.
in de N.-Brab. gem. Heyningen, bekaad in 1651 of 1717, bedijktin 1789.
Westhoek, b. in de Friesche gem. de Bildt, onder st.-Jacobi-Parochie.
Westhove, of Westhoven, fraai landgoed in de Zeeuwsche gem.
Oostkapelle. Het werd in den grafelijken tijd door het geslacht van
Borssele bezeten, doch kwam vervolgens aan de abten van Middelburg,
die het tot hun zomerverblijf inrichtten. In het begin van den Spaan-
schen oorlog werd het door Barthold Entens van Mentheda in brand
gestoken. Nadat de plaats in 1579 aan Jonkheer Balfour was gekomen,
werd Westhoven herbouwd, en een der schoonste landgoederen,
die de streek tusschen Middelburg en Domburg verfraaien.
West-IJsselmonde, heerl. in de Z.-Holl. gem. IJsselmonde, 534
bund. groot.
Westkamp, voorm. buitenpl. in de Z.-Holl. gem. Loosduinen, in
1760 gesloopt. Zij was in de laatste levensjaren van Joan van Olden-
barneveld eene bezitting van dezen beroemden staatsman.
Westkapelle, of West-Kapelle, gem. op het Zeeuwsche schiereil.
Walcheren, in het westen door de Noordzee en naar de landzijde
door de gemeenten Domburg en Zoutelande bepaald. In 1870 berekende
men de grootte op ruim 900 bund. De grond bestaat meest uit klei, deels u it
alluvisch zand. De Noordzee wordt deels gekeerd door duinen, deels door
den beroemden Westkapelschen-dijk, een van Nederland’s merkwaar-
digste verdedigingsmiddelen tegen de woede van den oceaan. In 1822