
Alkma a rde rhout, fraai bosch aan de zuidwestzijde der stad Alk-
maar, omstreeks 35 bund. groot.
A lkm a a rd e rm e e r of Langemeer, meer in de prov. Noord-Holland,
zuidwaarts yan den Schermeer, in de gem. Akersloot en Uitgeest, ongeveer
600 bund. groot, met vele inhammen. E r is daarover een drukke vaart
tusschen Alkmaar en de Zaanstreek.
Alkmaa rde r -Ov e r to om of de Zes-Wielen, overtoom in de vaavt
van Alkmaar naar den Langendijk.
A lkm a a r seh e -V a a r t, vaart van Alkmaar naar Edam, voor het wes-
telijk pand een deel van het Noord-Hollandsche Kanaal uitmakende.
AUemanshil, pold. in de N.-Brab. gem. Geertruidenberg, gr. 17 bund.;
bedijkt in 1808.
A llem an sw a a rd , pold. in de N.-Brab. gem. Oijen c. a ., gr. 132 bund.
A lle r tso o g , alleenst. huis onder ’t Friesche dorp Siegerswolde, nabij
de scbeiding der prov. Friesland, Groningen en Drenthe.
A llin g aw ie r , d. in de Friesche gem. Wonseradeel, 1 u. westel. van
Boisward, met een Herv. kerk. In 1840 had het 155, in 1870 185 inw.,
die der geh. Bruindeer en Vierhuis (in 1840 41) daaronder begrepen.
A lle r sm a , geh. in de Gron. gem. Ezinge.
A llin g a h u iz en , buurt in de Gron. gem. Winsum.
A llo y s en , voorm. heerl. met dorp in den Zuid-Hollandschen-Waard,
bij de overstrooming van 18 Nov. 1421 verdronken.
A lm , rivier in het Land van Altena, die längs Waardhuizen, Emmik-
hoven en Almkerk vloeit, en na haar vereeniging met den Gantel de
Bleek vormt.
A lm a r i, voorm. meer tusschen Holland, Friesland en de Veluwe, het
Over- en Neder-Sticht, dat na de zware inbraken van de l3de eeuw den
naam van Zuiderzee heeft verkregen.
A lm e lo , heerl. in de prov. Overijssel, gesplitst in stad Almelo, ambt
Almelo en Vriezenveen. Zij was in de middeleeuwen vrij en onafhankelijk
zonder eenige andere onderhoorigheid dan aan het Duitsche-Bijk. De
eerste Heer dien men kent was Everhard van Almelo, die in 1365 leefde.
Door het huwelijk van Beatrix van Almelo met Evert van Heeckeren
van den Eeze kwam Almelo in ’t bezit van het geslacht der Heeckeren’s,
hetwelk in 1367 genoodzaakt was, het slot van Almelo voor een open huis
des Utrechtschen Bisschops te verklären, en dit verband in 1394 uitbreidde.
In 1457 kwam Almelo aan de linie der Heeckeren’s, genaamd van Rechteren,
in welke het tot heden gebleven is. In het begin der 18de eeuw
werd de toenmálige Heer Adolf Hendrik door den Duitschen Heizer tot
Graaf des H. Roomschen-Rijks verheven.
A lm e lo , arr. in de prov. Overijssel. Bij de vorming van het département
der Monden-van-den-IJssel opgerieht, bevatte het toen geheel Twenthe
met Haaksbergen, en werd in 6 kantons gesplitst: Almelo, Delden, Gooi,
Enschede, Oldenzaal en Ootmarsum. Deze telden te zamen 17 mairiën.
In 1838 is het znidwestelijke deel van dit arr. aan dat van Deventer
overgegaan, en het getal kantons tot 5 gebracht: Almelo, Delden, E n schede,
Oldenzaal en Ootmarsum.
A lm e lo , kanton in de prov. Overijssel, bevattende de 4 gem. Almelo
(stad), Almelo (ambt), Vriezenveen en Wierden.
A lm e lo , rijks-kiesdistrict voor Leden van de Tweede Karner der
Staten-Generaal. Zij bevat, volgens de wet van 0 Mei 1869 de 21 gem.
Almelo (stad), Gramsbergen, Hardenberg (stad), Hardenberg (ambt), den
Ham , Vriezenveen, Wierden, Almelo (ambt), Tubbergen, Ootmarsum,
Denekamp, Weerselo, Oldenzaal, Losser, Borne, Delden (stad), Delden
(ambt), Hengelo, Enschede, Lonneker en Haaksbergen. Het had in 1869
94,449 inw. en 2071 kiesgerechtigden.
A lm e lo , prov. kiesdistrict in Overijssel, bevattende de 6 gem. Almelo,
(stad), Almelo (ambt), den Ham, Wierden, Vriezenveen en Tubbergen.
A lm e lo , kerk. ring van de Deventersche klassis der Herv. Kerk,
bestaande uit de 10 gem. Almelo, Denekamp, Enter, Ootmarsum, Rijssen,
Tubbergen, Vriezenveen, Weerselo en Wierden.
A lm e lo , dek. van het aartsbisdom Utrecht, met 16 par. : Albergen,
Almelo, Denekamp, Geesteren, den Ham, Hertme, Langeveen, Lattrop,
Ootmarsum, Reutum, Saasveld, Tubbergen, Vasse, Vriezenveen, Weerselo
en Wierden. Bijkerken zijn te Senderen (par. Hertme) en Telligte (par.
Ootmarsum).
A lm e lo , of stad A lm e lo , gem. in de prov. Overijssel, geheel door
de gem. ambt Almelo ingesloten. Zij is ruim 31 b. groot en bevat niets
dan de stad Almelo. In 1811 had zij 1950, in 1822 2264, in 1840 3693
en in 1870 4139 inw. In laatstgenoemd jaa r splitsten deze zieh in 3024
Ned. Herv., 4 Waalsch-Herv., 12 Ev. L u th ., 123 Doopsgez,, 12 Chr.
Ger., 637 R.-Kath., 325 Ned. Isr. en 2 Port. Isr.
Almelo was slechts een dorp, tot Heer Egbert van Heeckeren het in
1420 een keur schonk. Het bleef echter tot de kleine steden behooren,
tot de ontwikkeling der katoen-industrie tijdens de Belgische revolutie
Twenthe een ongekenden bloei schonk. Sedert Ju n i 1855 heeft het ge-
meenschap te water met Zwolle en Deventer, sinds 1865 een spoor-
weg-verbinding over Hengelo met Enschede, Oldenzaal en het geheele
vasteland. Onder de 700 gebouwen vindt men eenige fraaie huizen,
aanzienlijke winkels, een goed stadhuis, een schoon gerechtshof, een ruim
weeshuis en een nieuwe beurs. E r zijn belangrijke fabrieken, die inzon-
derheid katoenen stoffen en damast leyeren. De Herv. kerk, in 1738 in
plaats van een zeer oud kerkgesticht gebouwd, werd in 1835 veel ver-
beterd, en bevat in het koor de tombe der grafelijke familie van Rechteren.