
L e v e r o y , b. in de Limb. gem. Nederweert, in 1840 met 450, in 1870
met 414 inw.
Lexkesveer, veer over den Rijn, in de Geld. gem. Wageningen.
L e xm o n d , of L e k sm o n d , gem. in Z.-Holl., tussehen Vienen,
Hei-en-Boeicop, Leerbroek, Meerkerk cn Ameide in Z.-Holl., en
Jaarsveld in Utr„ hebbende eene oppervlakte van 2258 bund. In
het noorden door de Lek bespoeld, wordt zij door bet Zederikkanaal
in het zuiden en zuidoosten bezoomd. De grond bestaat nit klei,
meest veeweiden, ten deele ook akkers. In 1822 had Lexmond 932, in 1840
1320, in 1874 1438 inw. Bij de felling voor 1870, toen er 1511 inw.
waren, onderscheidde men er 1448 Herv., 41 Chr.-Geref., 1 Ev.-Luth.,
15 R -Katb. en 6 Isr. De veeteelt is de voornaamste bron van welvaart.
De landbouw bepaalt zieh genoegzaam alleen tot het aankweeken van
hennip en mangelwortels. De gem. bevat het d. Lexmond, benevens de
buurten Lakcrveld, Achtboven 6n Kortenhocvc.
Het d. Lexmond ligt aan den Zuider-Lekdijk en breidt zieh tussehen
dezen dijk en den straatweg van Vianen naar Gorinchem uit. Het is eene
fraaie, levendige plaats, die in 1870 binnen hare kom 639 inw. telde.
Men vindt er eene fraaie Herv. kerk. Lexmond is in 1137 door Eloris
de Zwarte verbrand en in 1281 door Graaf Reinald I van Gelder verpand
aan Hubert van Beusichem of Boesinchem.
Lexmondsche-polder, pold. van 525 bund. in de Z.-Holl. gem.
Lexmond.
L h e e , b. in de Drenthsche gem. Dwingelo, in 1811 met 210, in 1840
met 229, in 1870 met 277 inw. In 1360 wordt het Lede genoemd.
L h e eb r o ek , geh. in de Drenthsche gem. Dwingelo, in 1811 met
40, in 1840 eveneens met 40, in 1870 met 56 inw.
L iau ck am a , voorm. state bij het Eriesche d. Sexbierum, een zeer
groot en schoon gebouw, in 1823 gesloopt. Van het geslacht der Liauc-
kama’s wordt in de kronieken reeds in het ja a r 1096 gewaagd.
L ib e ek , of L ieb e ek , b. in de Limb. gem. st.-Geertruid, zoowel in
1840 als in 1870 met 96 inw. Het adell. huis van Libeek is thans niet
meer dan eene pachthoeve.
L ieh ta a rd , d. met eene Herv. kerk in de Eriesche gem. Ferwerder-
adeel. Het had in 1811 68, in 1840\89, in 1874 117 inw. Bij de volks-
telling voor 1870 rekende men 42 ipgez. binnen de kom en 60 daarbuiten.
L ic h te n b e e k , prächtig landgöed in de Geld. gem. Arnhem.
L ich ten b e r g , of L ig ten b e r g , adell. huis en heerl. in de Geld,
gem. Wisch. De heerl. had in 1840 111 inw.
L ich ten b e r g , b. in de Limb. gem. Schaesberg, zoowel in 1840 als
in 1870 met 170 inw.
L ich ten b e r g , vervallen slot in de Limb. gem. st.-Pieter, op den
st.-Pietersberg. In talrijke oorkonden der 14de eeuw wordt het ook Lix-
tenborg genoemd. Onder de bezitters komen voor de heeren van Lichtenberg,
Eynatten en Eransberg.
L ich ten v o o rd e , gem. in Geld., tussehen Eibergen, Groenlo, Win-
terswijk, Aalten, Wisch, Zelhem en Ruurlo. Zij is 7348 bund. groot en
heeft eene oppervlakte, door diluvisch zand gevormd. Het vroegere veen
is meest afgegraven, In 1822 had zij 3203, in 1840 3722, in 1874 3587
inw. In 1872 onderscheidde men de bev. in 3213 R.-Kath., 355 Herv;,
13 Chr.-Geref. en 6 Isr. De ingezetenen bestaan meest van landbouw
en handel in vlas en andere veldproducten, spek, boter, eijeren, enz.
Voorts zijn er molens en leeriooierijen. De gem. bevat het steedje
Lichtenvoorde, de d. ’t Zieuwent en Vragender, de buurtschap Liovelde,
benevens de huizen fo n g e rlo en Herveld of Harreveld.
Het steedje Lichtenvoorde, nabij den oorsprong van de Vordensche
beek, telde in 1840 1139, in 1872 1201 inw. Vroeger was het versterkt
met wallen en poorten, die echter reeds voor lang zijn gesloopt. E r zijn
kerken voor de Herv. en do R.-Kath. Tot na het midden der 18de eeuw
was er ook het adell. slot der Heeren van Lichtenvoorde. Nadat echter
de heerl. in 1777 .door Prins Willeni V was aangekocht, is dit gebouw
gesloopt. Met het Bisdom Münster is veel verschil over het bezit dezer
heerl. geweest. In 161'6 lag er zelfs Münstersche bezetting, doch den 10
Januari van dat jaar maakte Herman Kreijink, met een deel der Zutphensche
bezetting, zieh van Lichtenvoorde meester. Waarschijnlijk is L ichtenvoorde
dezelfde plaats, die in Maart 945 Lehdanfurt wordt genoemd.
L ich tew a te r , polder van 20 bund. laag weiland in de N.-Holl. gem.
Midwoud, tot in de eerste helft der 17de eeuw een waterplas.
L ich tm is (de), bekende herberg in de Overijsselsche gem. Nieuwleusen.
L ich tm isk a n a a l (bet), vaart in Overijssel, loopende uit de Dedems-
vaart bij de herberg de Lichtmis naar de Vecht. In 1828 door den Baron
van Dedem aaDgevangen, is dit kanaal in 1847 door de provincie voltooid.
L id lum , of K lo o ste r -L id lum , geh. onder het Friesche d. Oosterbierum,
in de gem. Barradeei. Oorspronkelijk was het eenklooster, in 1182 gesticht
door Sibo van Lidlum, een vermögend man van Tjummarum. In 1234
werd dit convent meer noordoostwaarts verplaatst, in 1572 uitgeplunderd
en verwoest. In 1840 had het geh. Lidlum 78 inw.
L ieb ru g , brug in de N.-Holl. gem. Haarlemmerliede c. a, over de
Lie, in 1717 bij den kersvloed weggespoeld, sedert vernieuwd, doch in
September 1787 door buskruid vernield. De brug, welke vervolgens
deze oudere Liebruggen heeft vervangen, Staat in fraaiheid bij beiden
ten achteren.
L ied e , voorm. d. in Groningen, in 1277 door overstrooming vernield.
L ied e , stroom in N.-Holl., die van de ringvaart van het Haarlemmer-
meer naar het Spaarne bij Spaarndam loopt.