
door hot verbijjf der Labadisten (tot welke sekte de beroemde Anna Maria x
van Schurman behoorde) van 1675 tot 1732. E r is eene Herv. kerk,
waaronder een grafgewelf, waarin men lijken vindt, die na eene reeks
van jaren niet vergaan, maar uitgedroogd zijn.
Wieuwens, of Sprong, geh. onder het d. Oosterlittens in de
Friesche gem. Baarderadeel, in 1840 met 23 inw.
Wjjchen, prov. kiesdistr. in Geld., bevattende de 14 gem.: Wijchen
Ewijk, Druten, Wamel, Dreumel, Heerewaarden, Appeltern, Horssen, Bergharen,
Batenburg, Balgoy, Overasselt, Heumen, Groesbeek.
Wjjchen, tweede kant. van het Geld. arr. Nijmegen, bevattende de
6 gem.: Wijchen, Balgoy, Heumen, Overasselt, Benningen, Bergharen.
Wjjchen, gem. in Geld., ingesloten door de gem. Batenburg, Bergharen,
Ewijk, Benningen, Nijmegen, Overasselt, Balgoy, Huisseling c. a.,
Ravestein en Dieden c. a. Zij beslaat 3532 bund. en is deels door dilu-
visch zand, deels door klei gevormd. Naar de zijde der N.-Brab. gemeenten
Huisseling, Ravestein en Dieden wordt zij door de Maas bezoomd. In
het oosterdeel der gem. vindt men het lange, smalle Wijchensche-Meer.
In 1822 had deze gem. 2239, in 1840 2949, in 1870 3434 inw., in laatst-
gen. ja a r onderscheiden in : 3313 R.-Kath. en 121 Herv. De landbouw
maakt hnn hoofdbestaan uit. De gem. bevat de d. Wjjchen en Niftrik
en de b. Boskantrot, Passerot en Woesinkrot, tot welke b. nog verscheidene
geh., zooals Luenen en Valendries, behooren. Wijchen vormt eene heerlijk-
heid. Bernhard van Wjjchen, de eerstbekende Heer, leefde in de eerste
helft der 12de eeuw.
Het d. Wijchen komt in oude oorkonden onder verschillende namen
voor, als in 1105 Wichen, in 1196 Wighene. Het is eene fraaie, levendige
plaats, die nog veel in.bloei zal toenemen, wanneer de Zuidooster-Spoorweg
(welke hier een Station erlangt) voltooid zal zijn. Men telde er in 1840 936
in 1870 1069 inw., t. w. in laatstgen. ja a r 498 binnen en 571 buiten de
kom. Onder de gebouwen is het meest beroemd het Slot te Wjjchen, op last
van een schoonzoon van Prin s Willem I, Dom Emanuel van Portugal, in
1587 gebouwd. Daar het thans aan een voornaam Antwerpenaar, den Baron
d’Osy, beboort, wordt het doorgaans alleen door den rentmeester en zjjn
gezin bewoond. Voorts heeft Wijchen eene R.-Kath. en eene Herv. kerk.
Wjjde (de), pold. in Gron. van 170 bund. oppervlakte, deels in de
gem. Vecndam, deels in Muntendam.
Wjjde-Aa, lang, smal meer in Z.-Holl., tusschen het Braassemermeer
en het d. Hoogmade. Het is een deel van het vaarwater tusschen Oude-
Wetering en Leiden.
Wjjde-Ee, lang meer, oostwaarts van het vlek of d. Grouw in de
Friesche gem. Idaarderadeel.
Wjjde-Ee, lang, smal meer in de Friesche gem. Smallingerland, een
deel van het vaarwater van Leeuwarden naar Dragten.
Wijde-Ee, lang, smal meer in de Friesche gem. Tietjerksteradeel, een
deel van het groote vaarwater van Leeuwarden naar het Bergumermeer.
Wijdenes, gem. in N.-Hol., naar het zuiden door de Zuiderzee be-
spoeld, naar de landzjjde bepaald door de gem. Schellinkhout, B lokker en
Venhuizen. De grond — in het geheel 754 bund. — bestaat uit klei. In
1811 had Wjjdenes 388, in 1822 482, in 1840 527, in 1876 770 inw. Bij de
telling voor 1870 vond men e r: 780 Herv., 8 Chr.-Geref., 4Doopsgez. en
19 R.-Kath. Zij bestaan meest van veeteelt, zuivelbereiding en landbouw. De
gem. bevat de beide d. Wijdenes en Oosterleek, benevens de geh. deMo-
lentjes, Stofmolen, het Hof, Kraaijenburg en Zwanenburg.
Het d. Wijdenes strekt zieh van den West-Frieschen zeedijk in noorde-
lijke richting uit. Het telde in 1840 347, in 1870 524 inw. E r is eene
Herv. kerk. Oudtijds vond men aan de zuidzijde een kasteel, dat, door
Roeland van Widelnesse gesticht, op last van Graaf Floris V werd verstärkt.
Genoemde Graaf was hier in 1282 geland om den dood zijns vaders op
de West-Friezen te wreken. Na ’s Graven dood werd het slot doof de Friezen
belegerd en door den kastelein Boudewijn van Naaldwijk aan hen over-
gegeven. Daarop is het gesiecht. In 1437 nam Wijdenes deel aan den oor-
log tegen den Oosterlingen, hetgeen het vroegere belang der ingezetenen bij den
zeehandel bewijst. In 1484 raakte het door eene dijkbreuk in zwaren nood.
Wijdenes-en-OoSterleek, pold. van ruim 743 bund. inN.-Holl.
Wijde-Wormer, of Wijdewormer, gem. in N.-Holl., u it den droog-
gemaakten Wormer bcstaande en een streek buitendijksch land, die daaraan
door de wet van 19 April 1868 is toegevoegd. De gem. wordt ingesloten door
Zaandam, Wormer, Purmerende, Ilpendam en Oostzaan en heeft 1671 bund.
oppervlakte. De grond bestaat in de noordoostelijke helft meest uit klei,
doch in het zuidwesten uit alluvisch zand. H e t bedijken en droogmaken
van den Wormer heeft plaats gehad van 1624 tot 1626, zoodat in Augustus
van laatstgen. jaa r de verdeeling kon plaats vinden. Den 6 Februari 1825
is de meer weder ingebroken, doch met hulp van h e t Rijk kwam de pol-
der in Ju n i 1826 weder droog.
Er is geen d. in deze gem. Men vindt er slechts van elkander verwijderde
boerenhofsteden en woningen. Alleen nabij Neck staan eenige aaneenge-
sloten huizen, die een geh. vormen. In 1811 telde de Wijde-Wormer
458, in 1822, 480, in 1840 495, in 1876 709 inw., die meest van de veeteelt
en zuivelbereiding bestaan. E r worden vele zwanen gehouden. Bg
de telling voor 1870 onderscheidde men er 412 Herv. 37 Doopsgez., 21
Luth. en 226 R.-Kath.
W i j d s c h i ld , of WeidSChild (het), polderland onder Dalem in de
Geld. gem. Vuren.
Wijeu, b. in de N.-Brab. gem. Nistelrode, in 1840 met 136 inw.
Wijhe, gem. in Overijssel, tusschen de Overijsselsche gem. Zwoller-
kerspel, Heino, Raalte en Olst, en de Geld. gem. Heerde. De grootte
beloopt 5312 bund., bestaande de oppervlakte, die door den IJsse l deels
wordt doorsneden, deels bezoomd, zoowel uit klei- als uit zandgronden.