
L e en ste r -W ie rd en , of T u in ste r -W ie rd en , twee weiden nabij het
tl. Leens, de een ruim 6, de ander bijna 6 el boven het maaiveld.
Leer-ambacht, heerl. in de Z.-Holl. gem. ’s Gravendeel, in 1840
met 989 inw.
L e e rb ro ek , gem. in Z.-Holl. omsloten door Leerdam, Hei-en-Boeicop,
Lexmond en Meerkerk, 1137 bund. groot, meest laag veen, dat tôt vee-
weiden is aangelegd. In 1822 had deze gem. 411, in 1840 600, in
1874 692 inw. Bij de telling voôr 1870 vond men er 649 Ned.-Herv.,
9 Chr.-Geref. en 2 R.-Kath. De kom van het d. Leerbroek bevat slechts
enkele huizen bij de kerk. Yerder bevat zij de wijken Kanaaldijk,
Weverwijk, Middelkoop en de Geer.
Het d. Leerbroek heeft een Herv. kerk, met een zwaren toren. In
1479 heeft dit d. veel door krijgsgebeurtenissen geleden.
Le e rb ro ek , of L a a g -Leerbro ek, polderland in de Z.-Holl. gem.
Leerbroek.
L e e rd am , of te r L ed e , voorm. heerl. en graafschap, bevattende
de stad Leerdam en omstreken, de heerl. Schoonrewoerd en de baronie
van Acquoi. Het is als heerl. ontstaan uit eene deeling van de heerl.
Arkel, kwam vervolgens aan het hnis van Egmond, werd in 1492 door
Maximiliaan van Oostenrijk tôt een graafschap verheven en viel door
het huwelijk van Anna van Egmond met Prins Willem aan het geslacht
van Nassau-Oranje ten deel. Sedert 1820 is dit voorm. graafschap onder
Z.-Holland en Gelderl. verdeeld.
Leerdam, kerk. ring der Z.-Holl. klasse Gouda der Herv., bevattende
de 9 gem. Asperen, Heukelum, Kedichem, Leerbroek-en-Middelkoop,
Leerdam, Nieuwland, Oosterwijk, Schoonrewoerd en Zijderveld.
L e e rd am , gem. in Z.-Holl., tusschen Schoonrewoerd, Hei-en-Boeicop,
Leerbroek, Nieuwland, Kedichem, Asperen in Z.-Holl. en Beest in Geld.
Hare grootte beloopt 1768 bund., zijnde de grond in het zuiden, waar-
langs de Linge vloeit, klei, doch in het midden en noorden laag veen.
In 1811 had deze gem. 1980, in 1822 2128, in 1840 2851, in 1874 3103
inw. Men onderscheidde haar bij de telling voor 1870 in 2737 HerV.,
81 Chr.-Geref., 48 Ev.-Luth., 4 Doopsgz., 90 R.-Kath., 1 Oud-R. en 38 Isr-
De ingezetenen bestaan deels van de veeteelt, waarbij de paardenfokkerij
een groot aandeel heeft, van winkelnering en eenige fabrieken, zooals 4
glasblazerijen, een scheepstimmerwerf, houtzaagmolens, eene grutterij enz.
De gem. bevat de stad Leerdam en verstrooide huizen in de Bruinsdeel
Hoog-Oosterwijk de Meent, Oud-en Nieuw-Schaik, Hoogeind en Loosdorp.
De stad Leerdam, oudtijds Lederdam genoemd, is op de noorderoever
van de Linge gebouwd en vormt een langwerpig vierkant, dat vroeger
door muren was ingesloten. De straten zijn bijna allen lijnrech't,
terwijl vele huizen, vooral die in het midden en noorden der stad, mime
tuinen hebben. In 1840 telde men er 331 huizen en 1685 inw., welke
cijfers in 1870 tôt 428 huizen en 1730 inw. vermeerderd waren. De Herv.
kerk bevat het Graf van J an , den laatsten heer van Arkel. De Luth,
kerk werd in 1841 gebouwd. De Chr.-Geref. kerk staat in ’t zuiden
der stad. Nabij de Steigerpoort vindt men een aanzienlijk liefde-
gesticht, dat zijn oorsprong aan mevrouw van Aarde dankt. Het oude
kasteel, mede nabij de Steigerpoort, is reeds voor meer dan derdehalve
eeuw afgebroken.
Leerdam was ten jare 1496, in den oorlog tusschen Gelderland en
Holland beurtelings in de macht van beide partijen. Hertog Karel van
Egmond, wiens maarschalk Snijdewind het in het voorjaar had gewonnen,
benoemde er Peter van Loe tôt zijn schout, doch deze waardigheid ging reeds
voor den begiftigde in 1497, ten gevolge van het heroveren van Leerdam
door de Hollanders, verloren. In 1574 won Chiapin Vitelli de stad voor den
koning van Spanje. Zij werd in 1672 door de Franschen bezet en was in
1787 het tooneel van hevige plunderingen. De Franschen wierpen in den
nacht van 15 op 16 Jannari 1795 alhier eene brug over de Linge, doch
die onder het gewicht van het eerste kanon instortte.
In 1709, 1726, 1740, 1741, 1784 en 1809 heeft deze stad veel door
watervloed geleden.
L e e r mens, d. met eene Herv. kerk in de Gron. gem. ’t Zandt, in
1840 met 471, in 1870 met 479 inw. De hooge ligging op een wierde
maakt het zeer aangenaam. Het was in vroegere eeuwen de plaats waar
de rechters van het oostelijk Fivelgo werden beëedigd. Onder de bevolking
van Leermens zijn gerekend de ingezetenen der b .te r H orn,met een Doopsgez.
kerk en het geh. Lutjerijp, in 1870 te zamen met 260 inw. Oudtijds stond
te Leermens de burg Bolsiersema of Clinxweer, later Scharftsburg of
Schatsburg genoemd.
L e e r sum , gem. in Utr., begrensd door Woudenberg, Amerongen,
Langbroek, Doorn en Maarn, en 3008 bund. groot. De grond is genoeg-
zaam geheel alluvisch zand. Alleen het uiterste zuidoosten heeft klei.
De gem. had in 1822 609, in 1840 797, in 1875 1243 inw., in laatst-
genoemd jaa r onderscheiden in 1230 Ned.-Herv., 6 W.-Herv. en 7 R.-Kath.
Zÿ bestaan meest van landbouw en schapenfokkerij. De gem. bevat het
d. Leersum en de b. Darthuizen en Ginkel, benevens de heerl. Zuilenstein.
Het d. Leersum telde in 1870 binnen de kom 231 inw. Het heeft
eene Herv. kerk en wordt door den straatweg tusschen ü tre c h t en Arnhem
doorsneden.
L e e st (de), b. in de N.-Brab. gem. Veghel, in 1840 met 236, in
1870 met 240 inw.
L e e s t (de), afwateringkanaal in de Gron. landstreek het Oldambt.
L e e sten , b. in de Geld. gem. Warnsveld, in 1840 met 335, in 1872
met 419 inw.
L e e te , of L e te , b. in de Gron. gem. Bellingwolde, in 1840 met 194,
in 1870 met 516 inw.