
D e gem. is administratief. afgedeeld in 9 dorpen, zijnde Almennm,
Firdgum, Klooster-Lidlum, Minnertsga, Oosterbierum, Pietersbierum, Sex-
bierum, Tjummarum en Wijnaldum, van welken echter in geographischen
zin Firdgum thans slechts eene buurt uitmaakt, Almenum eene voorstad
van Harlingen vormt, en Klooster-Lidlum slechts een geh. kan heeten.
In 1744 telde Barradeei 3051 ingezetonen, in 1822 4285, in 1840
5481, in 1870 7225. In laatstgenoemd ja a r onderscheidden zij zieh in
6344 Ned.-Herv., 8 Ev.-Luth., 7 Herst.-Luth., 139 Doopsgez., 483 Chr.
Geref., 244 R.-Kath.
De landbouw is de voornaamste bron van welvaart der gem. In 1869
waren 456 bund. met tarwe, 68 bund. met rogge, 299 bund. met winter-
gerst, 17 bund. met zomergerst, 208 bund. met haver, 109 bund. met
boonen, 49 bund. met erwten, 1382 bund. met aardappelen, 124 bund.
met winterkoolzaad, 11 bund. met zomerkoolzaad, 83 bund. met kanarie-
zaad, 56 bund. met cichorei en 728 bund. met vlas bezet. Voorts ver-
bouwde men er voedergewassen voor het vee. Het weiland besloeg 769
en het hooiland 1310 bund. De veestapel beliep 931 paarden, 2772 runderen,
1891 schapen, 325 varkens, 42bokken engeiten.
De fabrieksnijverheid is alleen onder Almennm van belang. Zij levert
voornamelijk kalk, steen, pannen, tras, olie en planken.
Er zijn 6 kerk. gem. der Hervormden: Minnertsga, Tjummarum-en-
Firdgum, Oosterbierum, Sexbierum, Pietersbierum en Wijnaldum. De
Chr. Ger. hebben er 2 gem.: Sexbierum en Minnertsga.
Het getal openbare scholen beloopt 9.
De hoofdplaats der gem. is Sexbierum. Vroeger was het Minnertsga,
doch onder de Republiek, even als onder Koning Willem I tot 1832, verga-
derde het grietenijbestuur op het Raadhuis te Harlingen. In den Franschen
tijd was deze gem. in 3 deelen gesplitst, vormende de mairie Minnertsga,
de mairie Sexbierum en het westelijkst deel der mairie Almenum.
Barrahuis, of Barrastins, voorm. stins bij het Friesche dorp Wirdum.
Bij eene wet van 1406 werd bepaald, dat de staten en regters van Oos-
tergoo te Barrahuis hunne vergaderingen zouden houden.
Barrepolder, pold, in de Z.-H. gem. Zoeterwoude en Hazerswoude,
246 bund. groot.
Barrewinkel, geh. in de N.-Brab. gem. Aalst.
Barreveld, boerderij, herberg en tolhuis op de grenzen van Groningen
en Drenthe, in de gemeenten Wildervank en Gieten.
Barrum, geh. bij het Friesche d. Tjum (Franekeradeel).
Barsbeek, buursch. in de Overijsselsche gem. Ambt-Vollenhove, in
1840 met 652, in 1860 met 1001 inw. In Aug. 1336 viel hier een hevig
gevecht voor tusschen de Gelderschen en Friezen, en in 1522 een tussehen
de Vollenhovenaars en de Gelderschen.
Barsbekerpolder, pold. in de Overijsselsche gem. Ambt-Vollenhove,
528 bund, groot.
Barsbekerzijl, sluis in den Barsbekerdijk, aan den inham der Z uiderzee,
die zich van Genemuiden in de richting naar Vollenhove en oostwaarts
naar het Zwartewater uitstrekt.
Barsingerhorn, gem. in N.-Holl,, palende aan Wieringerwaard,
Schagen, Oude-Niedorp, Hieuwe-Niedorp, Winkel en de Zuiderzee, 2081
bund, groot. De grond bestaat uit kleilanden, die meerendeels totweiden,
doch deels ook tot bouwland dienen, weshalve veeteelt, zuivelbereiding en
landbouw er de hoofdbronnen van welvaart uitmaken. In 1822 had deze
gem. 1290, in 1840 1654 en in 1870 2354 inw. Bij de telling van 1860 on-
derscheidde de bevolking zich in 1735 N.-Herv., 12 Christ.-Afg. (Chris.-Ger.),
225 Doopsgez., 13 Ev.-Luth., 112 R.-Kath., 3 Isr. en 3 ongenoemden. De
gem. bevat de d. Barsingerhorn, Kolhorn en Haringhuizen, de geh. Kreil,
en de Horn, benevens den Waardpolder, het noordelijkst deel der Waard-
Groet-gronden.
Het dorp Barsingerhorn is in de lengte gebouwd aan den weg van
Schagen naar Kolhorn. De Herv. kerk staat in het oosten, de Doopsgez.
kerk in het westen, het bouwkundig merkwaardige Raadhuis (dat van
1622 dagteekent) in het midden. In 1840 had Barsingerhorn 926, in 1860
1013 inw. Ten jare 1415 werd dit dorp, in vereeniging m et Haringhuizen,
door Graaf Willem tot eene stede verheven. De Heeren van Schagen hebben
dit stederecht bevestigd.
Barsingerhorn, pold. in de N.-Holl. gem. Barsingerhorn, 964 bunders
groot.
Barsum, gch. onder het Friesche d. Lollum (Wonseradeel).
Bartelehiem, of Barlehiem, geh. bij het Friesche dorp Oudkerk
(Tietjerksteradeel).
Bartelemeet, of Bartelmoer, pold. in de Zeeuwsche gem. Poort-
vliet, 63 bund, groot.
Bartengen, oude naam der Utrechtsche heerl. Portengen.
Barwoutswaarder, gem. in Z.-Holl., aan de zuidzijde van den
Rijn, door de gem. Woerden, Rietveld en Waarder omringd. Zij bestaat
uit de polders Barwoutswaarder en Bekenes, en bestaat uithoofde van
den rijken kleibodem, uit schoon wei- en bouwland. De gem. is groot
382 bund. Zij telde in 1822 465, in 1840 584, in 1870 688 inw. In
1860 onderscheidde men de bevolking in 459 Herv., 2 Rem., 1 Chr.-Afg.,
186 R.-Kath. en 7 ongenoemden.
De buurt Barwoutswaarder had in 1840 366, in 1860 410 inw.
Barwoutswaarder, pold. in de Z.-IIoll. gem. Barwoutswaarder
263 bund, groot.
6 *