
Heikant, b. in de Zeeuwsche gem. st.-Jan-Steen, in 1840 met 422,
in 1870 met 416 inw.
Heikant, b. in de Limb. gem. Bergen, in 1870 met 159 inw.
Heikant, geh. in de N.-Brab. gem. Esch.
Heikant, geb. in de N.-Brab. gem. Gilze-en-Bijen.
Heikant, geh. in de N.-Brab. gem. Helvoirt.
Heikant, geh. in de N.-Brab. gem. Hooge-en-Lage-Mierde.
Heikant, geh. in de N.-Brab. gem. Loon-op-Zand.
Höiko (het), wijk der stad Tilburg, met eene eigene parochiekerk.
Heiken (het), of st.- W illehrord, d. grootendeels in de gem. Buc-
phen c. a., doch ten deele ook in de gem. Etten c. a. en in de gem.
Hoeven c. a. In 1840 had het gedeelte onder Bucphen 320 inw. Het
Heiken s volk stond vroeger wegens vele strooperijen en dieverijen in
een kwaad gerncht. Sedert de buurt in 1841 door de-stichting der
st.-Willebrordskerk het aanzien van een dorp kreeg, is nogtäns veel
ten goede veranderd. Terwijl men er in vorige eeuwen niets dan aller-
ellendigste hntten of holen zag, vindt men er thans eenige tamelijk
welingeriehte boerenwoningen. Spottenderwijze wordt het d. ook wel Vil-
dersheiken en Klein-Amsterdam genoemd.
H e ik o p , voorm. heerl. in Utr., sedert lang met Oudenrhijn vereenigd.
In 1840 had Zij 36 inw.
Heikop, of Heikoop, pold. van 334 bund. in de Utr. gem. Oudenrhijn,
H e ik op , of H e ik op o r -w a te r in g , vaart in Utrecht, loopende in
noord-westelijke richting van Ouderhijn längs Kockengen naar Joostendam,
en van daar in oost-noord-oostelijke richting längs de Portengensche
brug en Galgerweerd naar de Yecht te Breukelen. Bij Joostendam heeft
het water gemeenschap met de Bijleveld.
Heikop-en-Galekop, pold. van 730 bund. in Utrecht.
H e il (te r ), of T e rh e y l, b. in de Drenthsche gem. Boden, in 1840
met 92, in 1870 met 207 inw. De havezathe ter Heil was eens een
lusthof der abdij Aduard.
H e ila a r , b. in de N.-Brab. gem. Princenhage, in 1840 met 104 inw.
H e ila n d , geh. in de Geld. gem. Groesbeek.
H e ila r en , b. in de N.-Brab. gem. Dinther, in 1840 met 143 inw.
H e ilig -A rn i, klein geh. in de N.-Holl. gem. den Helder.
H e ilig e n b e r g , prächtig landgoed in de Utr. gem. Leusden, ter
plaatse waar Bissehop Ansfried in .’t begin der Ild e eeuw de abdij Ho-
horst of Hoogenhorst stichtte.
H e i l i g h u i s k e n , geh, in de Limb. gem. Broek-Sittard.
H e ilig e r le e , b. in de Gron. gem. Scheemda, die haar ontstaan dankt
aan een omstreeks 1200 gesticht nonnenklooster der orde van Premontre.
Zij telde in 1870 507 inw. Bij Heiligerlee herinnert een schoon gedenk-
teeken, den 23 Mei 1873 in tegenwoordigheid van Koning Willem I I I
onthuld, aan den glorierijken strijd der Nederlanders tegen de Spanjaarden
op den 23 Mei 1568. Het vertoont de beeiden van Graaf Adolf van
Nassau, die hier voor het Vaderland sneuvelde en van de Nederl. Maag .
D it monument vervangt eene in 1826 gestichte piramide. Bij Heiligerlee,
aan den weg naar Winschoten, ligt eene beroemde klokgieterij.
H e ille , gem. in Zeel., tusschen st.-Anna-ter-Muiden, Sluis, Aardenburg
en Eede (Nederl.), Middelburg en Lapschure (Belgie). Zij is groot 1728
bund. en heeft een door de zee gevormden kleibodem. De grond is oor
overstroomingen en herdijkingen meermalen veranderd, zoodat vroeger
te zelfder plaatse nu geheel verdwenen dorpen bloeiden, zoo als Hem-
kenswerve en Lieve-Yrouw-benoorden De b. Heille, thans het midde -
punt der gem., was ook voor 1477 een dorp. In 1822 had deze gem.
534, in 1840 632, in 1874 562 inw., in laatstgenoemd jaar onder-
scheiden in 461 K.-Kath. en 101 Herv. De bevolking bestaat hoofdzakelijk
van den landbouw.
De b. Heille ligt op nauwelijks een kwartier afstand van het Vlaamsche
steedje Middelburg.
H e ilo , of H e ilo o , gem. in N.-Holl., tusschen Alkmaar, Akersloot,
Limmen, Castricum en Egmond-Binnen, hebbende eene oppervlakte van
2266 bund. Ofschoon de grond geheel uit zand bestaat, behoort Heilo
door zijn prächtig bosschaadje en vruchtbare velden tot de bevalligste oorden
der provincie. In 1822 had de gem. 523, in 1840 720, in 1874 1191 inw.
Bij de volkstelling van Dec. 1869 telde men er 711 B.-Kath., 384 Ned.-
Herv., 8 Ev.-Luth., 2 Doopsg. De ingezetenen bestaan van landbouw,
veeteelt en zuivelbereiding. Men vindt in de gem. de beide d. Heilo en
Zevenhuizen, het laatste in de afd. Oesdom. Voorts bevat de gem.
het geh. Bollendorp, een deel van Nieuwpoort en van den Boekelermeer
enz. Vroeger waren er vele landgoederen, doch Engelenburg, Kranenbroek
en IJpestein zijn afgebroken, even als in den jongsten tijd te r Coulster.
Het d. Heilo is zeer oud. In eene oorkonde van 28 Dec. 1093 komt
het onder den naam van Heilegelo voor. Nevens de Herv. kerk Staat de
beroemde put, die, volgens de overlevering, het aanzijn aan den geloofs-
prediker Willebrord dankt. In 1573 werd Heilo door het volk van Sonoy
verbrand. In 1840 woonden in de kom 206, in 1870 286 menschen.
H e ilo e rm e e r , voorm. meer in N.-Holl., in 1381 drooggemaakt, en
thans den Oosterzijpolder genoemd.
H e im a n sw e te r in g , voomaam vaarwater, dat uit den Ouden-Kijn
bij de Molenaarsbrug bij Oudshoorn längs Woubrugge naar de Wijde-Aa,
den westelijken uithoek van het Braassemermeer, voert.