
wel is waar raCermalen dat zij recht op die soevereiniteit hadden, d6ch
Culemborg’s zelfstandigheid bleef tot op de Fransche omwenteling ge-
handhaafd.
Culemborg, Culenborg f f Kuilenburg, kanton van het Geld,
arrondissement Tiel, bevattende de 5 gem. Culemborg, Buren, Beusichem,
Buurmalsen en Beest.
Culemborg, Culenborg, of Kuilenburg, kerkel. ring der klassis
Tiel van de Herv. Kerk, bevattende de 8 gem.: Asch, Beusichem, Buren,
Buurmalsen, Culemborg, Erichem, Tricht en Zoelmond. Er zijn 8 kerken.
die bediend worden door 9 predikanten.
Culemborg, Culenborg, of Kuilenburg *), gem. in Geld., grenzende
irt bgt noorden aan Tull-en-’t Waal, Schalkwijk en Honten (Utr.)y
in het westen aan Everdingen en Heikop-en-Boeicop (Z.-Holl.), in het
zuiden aan Beest en Buurmalsen, en in het oosten aan Beusichem (Geld;).
De noorder grenslijn loopt thans door het midden van de Lek.
De gem. is groot 2858 bu n d ., waarvan het wei- en hooiland 1840, en
het bouwland 729 bund. beslaat. De grond bestaat in het geheele noor-
den, midden en oosten uit klei, in het zuidwesten uit laag veen.
In 1796 had Culemborg '3766, in 1811 4282, in 1830 4299, in 1840
4697, in 1850 5121, in 1860 5413 inw. Op 1 Januari 1872 was de
bevolking (6318 zielen) saamgesteld uit 3170 B .-Iia th ., 198 Oud-Boom-
schen, 2619 Herv., 84 Ev.-Luth., 3 Herst.-Luth., 10 Doopsg., 2 Bem.,
29 Chr.-Geref. en 198 Israelieten.
D e stad Culemborg, op den zuideroever van de Lek geböuwd, dankt
häre stichting waarschijnlijk aan het kasteel, door een der Heeren van
Beusichem'hier gebouwd. Bij verscheidene gelegenheden werd de plaats,
die in 1318 een beschreven stadsrecht bekwam, uitgelegd, zoodat
zij eindelijk t o t '3 blokken aangroeide, door grachten, muren en poorten
van elkander gescheiden. Nadat de Binnenstad was ommuurd, werd
de Nieuwstad van 1385 tot 1394 aangelegd, en de Havendijk in 1427
bemuurd. De tegenwoordige Haven, aan de noordzijde der stad, werd in
1518 op bevel van Elisabeth van Culemborg en haar g a d e Anthonie
gegraven.
De geschiedenis heeft merkwaardige herinneringen ten aanzien van
Culemborg opget'eekend. Daartoe behoö-ren de mislukte aanval der Utrecht-
schen onder J a n van Buren öp deze stad, den 3 Februari 1428; de mis-
iukte aanslag van Heer Gerrit van Culemborg, in 1449; de mislukte aanslag
van Hertog Adolf van Gelder in 1466; de beeldstormerij, in September
1567; de brand van 8 October 1570; de gruwelen, door de
Spaansehe bezetting tegen Hollandsehe gevangenen in 1574 bedreven; de
pest van 1599; het oproer over het aanschaffen van een stads molenkar
De eerstgenoemde schrijfwijze is die van het gemeentebestuur. Er is
echter vrij Wat verzet tegen. Op stukken, van gemeentewege gepubliceerd, kan
men in den tekst Culemborg, in het .onderschrift Culenborg lezen. De Prov.
Staten schrijven mede Culenborg.
in 1650; het verblijf der Fransehen in 1672 en 1673, dat vooral door
velerlei afpersingen gekenmerkt werd; de slechting van het kasteel in
1735 en 1812-
Culemborg ligt tusschen grachten en wallen besloten, en heeft bij eene
lengte van 1000 eilen, slechts 250 tot 330 eilen breedte. Het schoonste deel
L middelvak, de dusgenoemde Binnenstad, vooral de omtrek der Groote
Markt. V a n de oude binnenpoorten is de Lanksmeerderpoort, tusschen
de Binnenstad en de Nieuwstad, nog over. Binnen de stad tclde men in
1840 666 huizen, met 4211 inw., welke cijfers in 1860 tot 865 en 4531
vermeerderd waren.
De stad heeft 6 kerken, t. w. een Herv. kerk, een Luthersche kerk,
een Chr.-Geref. kerk, een B.-Kath. kerk, een Oud-Boomsche kerk en
i een Synagoge.
De Herv. kerk Staat tcr plaatse eener onde kapel, die tot 1310 onder-
hoorig was aan de moederkerk te Beusichem. De tegenwoordige kerk is,
na het vernielen der vorige, door een hevigen brand, van 1654 tot 1659
I gebouwd. Op het hooge koor ziet men een marmeren gedenksteen voor
Vrouwe Catharina Alida van Slingeland, geboren van der Dussen.
[ Tot de overige merkwaardige gebouwen behooren; het Stadhuis, een
■ sierlijk en fraai gebouw van 1534; de Lanksmeerderpoort, de toegang
R v an de Binnen- naar de Nieuwstad; het Weeshuis, volgens de uiterste
m wilsbeschikking van Vrouwe Elisabeth van Culemborg in 1535 gesticht;
■ en de gebouwen van het B.-Kath. Seminarie, dat in 1841 het Seminarie
I van ’s Heerenberg verving.
Merkwaardiger dan al die bouwgewroehten van vroegeren tijd is de spoor-
| wegbrug over de Lek. Zij ligt een weinig beneden de stad, waar de stroom II op beide oevers door groote uiterwaarden wordt bezoomd. De geheele
Jlen g te der brug, gemeten tusschen de voor- of dagzijden der landhoofden,
■ bedraagt 665 el, terwijl het noorderlandhoofd tot den Lekdijk 400 el, en
■ het zuider landhoofd 235 el lengte heeft. De brug is samengesteld uit
I 7 openingen van 57 el, een opening van 80 el en den van 150 el. De
K overspanningen van 57 el strekken zieh boven den uiterwaard op den rechter-
■ of noordelijken oever uit, om dienst te doen bij hoog water. De brug van
80 el rust aan de eene zijde op een aan den rechterkant van dien oever
gebouwden pijler, en aan de andere zijde op een stroompijler in het ri-
vierbed, die even bezuiden de aangenomen noordelijke normaallijn der
nvier is opgetrokken. Eindelijk rust de brug van 150 el op dezen pijler en op
¡tat linker landhoofd, dat op den zoom van den linker of Culemborgschen
oever is opgericht. De onderkant der brug ligt 12.66 el boven den
ffiiddelbaren rivierstand.
| m het voorjaar van 1863 aangevangen, is de brug in vijf jaren vol-
? 00>d en bij de opening van den weg van Utrecht naar Waardenburg,
den 1 November 1868, in dienst genomen, Den 23 December 1862 was
de bonw der landhoofden en pijlers met de daarbij behoorende werken
aanbesteed aan P. Quant te Amsterdam voor / 893,800, waarna voör den
fbovenbouw den 18 Januari 1866 voor / 1,814,000 werd ingeschreven
| 00r A. C. Harkort te Harkorten. Met inbegrip van lijnpad en krib