
1870 1192 inw., die den roem dragen het eerst de vlasteelt in Priesland
ingevoerd te hebben. E r zijn 3 kerken, die der Herr., die der Doopsgez.,
en die der Chr.-Geref. Yroeger waren er verscheidene staten, als Sehel-
tema, Monsma, Unema en Aebinga.
B lijd en sted e , of B lijd en ste in , voorm. Benedictijnerabdij, aan
Maria Magdalena gewijd, te Ruinerwold, die viíór 1277 is gestiebt en
waarschijnlijk in het begin der 14de eenw vernietigd. De Herv. kerk
van Ruinerwold, eene der oudsten van Drenthe (daar zij reeds in 1152 aan-
wezig was), Staat te zelfder plaats. Uit dien hoofde wisselen voor het
kerkdorp de namen Blijdenstede en Buinerwold met elkander af. In 1860
had Blijdenstede 24 inw.
B lijdo rpsche -po lde r , pold. in de Z.-Holl. gem. Overschie, 304 bund. gr.
B lijen b u r g , heerl. in de gem. Dtreeht, westwaarts van de Ridder-
schapsvaart.
B lije rh e id e , buurt in de Limb. gem. Kerkrade, in 1840 met 505, in
1860 met 558 inw.
Blijharn, d. in de Gron. gem. Wedde, in 1840 met 806, in 1860 met
851 inw. Of het ontstaan is ten gevolge der aanslibbingen van den
Dollard, is onzeker, terwijl het buiten twijfel is, dat het vroeger meer
noordelijk heeft gestaan. De tegenwoordige Herv. kerk dagteekent van
1783. De spitse toren Staat afgescheiden van de kerk. Landbouw is het
hoofdbedrijf der ingezetenen. In 1709, 1728, 1763, 1799 en 1825 heeft
Blijharn veel door overstroomingen geleden.
B l ijh a r n , geh. in de Gron. gem. Hoogezand.
B lijk p o ld e r , pold. in de N.-II. gem. Nederhorst-den-Berg, 158 bund. gr.
B lijt (ter), of Te rblijt, bnnrt in de Limb. gem. Berg-en-ter-Blgt,
in 1840 met 130, in 1860 met 158 inw.
B lijv e rp o ld e r , polderland in de Z.-Holl. gem. Alkemade.
B l i k k e n b u r g , voorm. ridderhofstad in de Utr. gem. Zeyst, in de
15de eeuw de eigendom der van Gaasbeek's, die het aan Bisschop David
van Bourgondië overdroegen. Het is sinds lang gesloopt.
B lik v a a r t (de), hoofdvaart van de Eriesche gem. het Bildt.
B lin k e r t (de), hoog dnin in de N.-Holl. gem. Bloemendaal, bij de
herberg Kraantjelek.
B litte r sw ijk , d. in de Limb. gem. Meerloo, in 1840 met 444, in
1860 met 470 inw. Het bevat een oud kasteel, een R.-Kath. kerk, een
R.-Kath. kapel en een Herv. kerk. E r is te dezer plaatse een voetveer
over de Maas. De heerl. Blitterswijk werd bijna 300 jaren door de fa-
milie van Lijnden bezeten, waarna zij door een huwelijk aan. h e t geslacht
de Cocq van Haeften kwam. Het kasteel werd in Januari 1586 door den
Graaf van Mansfeld met een troep Spanjaarden bezet.
B lodenbnrg , voorm. kasteel bij Zierikzee, dat spoorloos verdwenen
schijnt. De Zierikzeeënaars hernamen het den 9den Maart 1304 op de
Vlamingen.
Blo emenbeek, beekje in de Overijsselsche gem. Losser, een sprank
van den Dinkel.
B lo emenda a l, gem. in N.-Holl., in het noordwesten door de Noord-
zee bespoeld en verder ingesloten door Zandvoort, Velzen, Schoten c. a.,
Haarlem, Heemstede ,en Bennebroek (N.-Holl.), en Hillegom en Noord-
wijkerhout (Z.-Holl,). Zij heeft eene oppervlakte van 4039 bund., alles
alluvisch zand (duinen en duingrond). In 1822 had zij 1502, in 1840 205 8,
in 1870 3486 inw. Bij de volkstelling van 1860 onderscheidden deze
zieh in 1961 R.-Kath., 901 Ned.-Herv., 28 Waalsch-Herv., 6 Rem., 17
Chr.-Afg., 30 Doopsg-, 82 Ev.-Luth., 10 H e rst.-L u th ., en 3 Anglik. De
gem. is gevormd uit de voorm. ambachten Aalbrechtsberg of Bloemendaal,
Tctterode of Overveen en de Vogelenzang. Zij bevat de d. Overveen, Bloemendaal
en de Vogelenzang, het prov. krankzinnigengesticht Meerenberg
en een groot aantal sehoone, deels zeer uitgestrekte buitenverblijven,
zoo als Elswoud, Mariënberg, Mariënduin, Boekenrode, Kuilenberg, Vogelenzang,
Woestduin, Bloemenheuvel, Lindenheuvel, de Nachtegaal, de
Beek, Sparrenheuvel, Dnin-en-daal, Saxenburg, Aalbrechtsberg, Dninzigt,
Bijduin, Hartelust en vele kleineren, ü i t dien hoofde is het grootste deel
der gem. een zeer schilderachtig oord, terwijl de bloei dezer streek voor
een groot deel afhangt van de eigenaars dier buitengoederen, meerendeeis
Amsterdammers, die er het sehoone jaargetijde komen doorbrengen.
Vordere bronnen van welvaart zijn bloemkweekerij, landbouw, veefokkerij
en het linnenbleeken.
Het d. Bloemendaal bestaat uit twee deelen, waarvan het zuidelijke
eene kleine siraat, het noordelijke een vierkant om de in 1636 gestichte
Herv. kerk vormt. De afdeeling Bloemendaal, het noordelijkst derde deel
der gem., had in 1840 587, in 1860 1265 inw.
Bloemendaal, pold. in Z.-Holl. bij Gouda, 1261 bund. groot.
Bloemendaal, pold. van 346 bund. in de N.-Brab. gem. Klundert.
Bloemendaal, pold. van 158 bund. in de Z.-Holl. gem. Vianen.
Bloemendaal, voorm. rechtsban aan de noordzijde van Amersfoort,
in de 14de en 15de eeuwen deels binnen Amersfoort gebracht.
Bloemendaler-polder, pold. in de N.-Holl. gemeenten Weesp en
Muiden, 415 bund. groot.
Bloemestein, voorm. kasteel bij de Geld, stad Culemborg.
Bloemhof, of Bloemgaarde, voorm. Premonstratenser-abdij bij het
Gron. d. Wittewierum, omstreeks 1209 gesticht en in 1566 gesloopt.
Blois, voormalige heerl., bestaande uit de bannen van Krommenie
en West-Zaan, waarschijnlijk uit de oude heerl. Zaanden gevormd.