
met de daaraan verbonden heerlijkheden Snsteren en Born, aan GraafFrederik
van Menrs, wiens zoon Vincent hem ten jare 1449 in dit pandschap opvolgde.
In 1473 werd Sittard, evenals Born en Snsteren, in bezit genomen
door Hertog Karel de Stoute, doch het keerde aan Meurs nog vddr het
eind der 15 de eeuw terug.
Bij de overeenkomst tusschen Hertog Karel I en Hertog Willem van
Gulik, den 2 Jannari 1544, te Brüssel gesloten, werd bepaald, datnadere
onderhandelingen over het bezit van Sittard, Born en Susteren zouden
plaats hebben. Gulik bleef echter in het bezit van Sittard tot op de
verovering der Maasstreken door de Franschen op het eind der 18de
eeuw, waarna de stad en haar gebied bij het Departement-van-de-Boer
werden ingelijfd.
Verdere historische herinneringen zijn: het beleg van Sittard door de
Staatseben en het ontzet door de Spanjaarden in 1614; de verovering door
de Staatschen, den 8 Ju n i 1632; de brandstichtingen door de Franschen,
in April, Augnstns en September 1677 aangericht; de bezetting door de
Franschen, tijdens den zevenjarigen oorlog, in 1753; de komst der Franschen,
den 28 Febr. 1793; de komst van Keizer Franz van Duitschland, den 14 Juni
1794; de doortocht van 60,000 Franschen, den 29 en 30 Sept. 1794; het
planten van den vrijheidsboom, den 18 Dec. 1794; het verbieden van
den openbaren godsdienst, den 18 Ju n i 1798; de komst der Kozakken,
den 17 Jan . 1814; de inlijving bij Nederland, den 20 Mei 1815; de komst
van Koning Willem I, den 7 Ju n i 1815; de komst van Koning Willem II,
den 17 Juni 1840; het hijschen der Duitsche vlag, in 1848; de opening
van den spoorweg Maastricht-Sittard-Boermond, den 6 November 1865.
Sittert, of Sittard, geh. in de N.-Brab. gem. Oerie.
Sjongerdijk, of Syungadijk, geh. onder het d. Burgwerd in de
Friesche gem. Wonseradeel, in 1840 met 37 inw.
Slaak, of Slaak-van-Meerlo (het), stroom tusschen het Zeeuwsche
eil. st.-Philipsland en de N.-Brab. gem. Steenbergen en Nieuw-Vossemeer.
Den 12 en 13 September 1631 werd op dit Slaak een merkwaardig zee-
gevecht door de Nederlanders onder Marinus Hollare aan de Spanjaarden
onder den Markgraaf de Aytona geleverd. In 1858 is door het Slaak een
dam geworpen, die echter slechts weinige maanden in goeden Staat bleef,
daar hij weihaast door stormen werd in stnkken geslagen.
Slabbekoorne, pold. van 35 b. in de Zeeuwsche gem. st.-Maartensdijk.
Slabbekoorne, pold. in de Zeeuwsche gem. Oud-Vossemeer, 56
bund, groot.
Slabbekoornepolder, pold. van 109 bund, in de Zeeuwsche gem.
Hoedekenskerke.
Slabroek, geh. in de N.-Brab. gem. Uden.
Slachpolder, pold. van 131 bund, in de Z.-Holl. gem. Leiderdorp.
Slachtedijk, binnendijk in Friesland, aangelegd om de landen voor
de overstroomingen der Middelzee en Zuiderzee te beveiligen.
Slachtmaat, of Slagtmaat, heerl. in de Utr. gem. Houten. Zij
telde in 1811 (toen zij tot Bunnik behoorde) 19, in 1840 (toen zij een
deel uitmaakte van Oud-Wulven) 17 inw.
Slagen-en-Zwaansheuvel, pold. van 103 bund, in de N.-Brab.
gem. Veen.
Slagharen, d. met eene B.-Kath. kerk, eene veenkolonie, in het
noorden der gem. Hardenbergh (ambt). Het telde in 1840 533, in 1870
1785 inw.
Slaghoek, b. in de Overijsselsche gem. Almelo (ambt).
Slangenburg, uitgestrekt landgoed in de Geld. gem. Doetinchem
(ambt), in de b. IJsseloorde.
Slangevecht, fraai landgoed in de gem. Breukelen-st.-Pieters, op
den linker Vechtoever. Het is beroemd wegens zijne voortreffelijke boom-
gaarden en vruchtkweekerijen. Meer dan honderd jaren is het in het bezit
der familie Dudok de Wit. De tegenwoordige eigenaar, de Heer Leonardus
Cornelis Dudok de Wit, is bekend door zijne voetreizen, o. a. van
Banjoewangie naar Anjer op Java (in 1865), in de Minehassa (in 1865),
van Amsterdam naar Parijs (in 1874) en van Amsterdam naar Weenen
(in 1875).
Slangwijk, polderl. ter grootte van 17 bund, in de N.-Brab. gem.
Princenhage.
Slaperdijk, geh. onder het d. Veenhuizen in de N.-Holl. gem. Heer-
Hugowaard.
Slapershaven, vervallen haven bij de Zeeuwsche stad Oostburg. Zij is
gebruikt van 1684 tot 1788, in welk laatste jaa r de Bakkerdam werd
gelegd. Thans is hier eene hofstede.
siappeterp, d. met eene Herv. kerk in de Friesche gem. Menaldu-
madeel. Het had in 1811 61, in 1840 113, in 1875 178 inw.
Slavante, societeitsgebouw voor de Maastrichtenaars in de Limb. gem.
st. Pieter, gesticht ter plaatse van een voorm. minderbroederklooster. Het
heeft eene bekoorlijke ligging op de helling van den st.-Pietersberg, met
een heerlijk vergezicht over het Maasdal. Het klooster werd in 1797 ver-
nietigd en het fraaie casinogebouw van 1845 to t 1847 gebouwd.
Slavenburg, of Schlavenburg, volgens de overlevering de oude
naam der Z.-Holl. stad Vlaardingen. De plaats zou door een hoop Slaven
gesticht zijn, doch voor dit beweren bestaat geen bewijs.
Sleen, gem. in Drenthe, wier noordelijkst punt o. a. met de uiteinden
van Bolde, Borger en Zweelo samenloopt, doch wier grenzen meest
bepaald zijn door Zweelo, Odoorn, Emmen, Dalen en Oosterhesselen, van
welken de beide eersten mede tot genoemd noordelijk punt doorloopen.
De gem. is groot ruim 6911 bund, en heeft meest zandgrond, deels
echter ook laag veen, deels ook hoog veen. Zij behoort tot de oudst be