
Tr îb un aal (vroeger het bisschoppelijt paleis) en de huizen van eenige lief-
dadige inrichtingen.
De voorn. instellingen van onderwijs zijn het bisschoppelijk
seminarie en de hoogere burgerschool. De laatste is gevestigd in het
voorm. Jezuïtenklooster en bezit o. a. een bevalligen tuin, met veel ge-
bloemte, grotwerk, enz. Tusschen de voorstad st.-Jakob en de Maas breidon
zieh de fraaie tuinen der voornaamste societeit uit.
Tot in de 13de eeuw was Roermond slechts een dorp of bnnrt, be-
staande uit eenige verspreid liggende woningen en een kasteel of jacht-
huis onder den naam van P o t bekend. De stiebting van het Munster-
klooster gaf aanleiding, dat dit dorp zieh nitbreidde, en wel zoo spoedig,
dat Graaf Otto I I (of met den Paardenvoet)• in 1231 Koermond met
rnuren omringde. De Graaf gaf bij deze gelegenheid den inwoners de
titels van rechtschapene en weigeboren mannen, en al wie hier het burger-
recht wenschte, moest eerst den eed van getrouwheid afleggen.
Latere historische herinneringen zijn : de dreigende aanval der Franschen,
in 1388; de hevige aanval der Brabanters, in den zomervan 1398; de ver-
schillen met Hertog Arnold in 1443 en 1444; de bezetting der stad door
Karel van Bourgondië, in de lente van 1473; de verschillen over het
stapelrecht met Yenlo, in 1523; het verzet der Koermonders om François I
van Frankrijk als toekomstig vorst van Gelderland te erkennen, in 1537;
het bezetten van Roermond door het leger van Keizer Karel V, den 1
•September 1543; de vreeselijke brand van 16 Juli 1554; de verhefflng der
stad tot een bisschoppelijken zetel, in 1559 en 1561; het verbannen der
Protestanten en bezetten der stad door de Spanjaarden, in Ju li 1567; de
aanslag der Protestanten van Weert en andere plaatsen onder Jan Ressen,
op.Goeden Vrijdag, den 23 April 1568; de verovering der stad door het leger
van Prins Willem I, den 23 Ju li 1572; het aftrekken v a n ’s Prinsen leger,
den 6 October 1572; h e t binnentrekken der Spanjaarden, den 12
October 1572; het ter dood brengen van vijf personen, die Roermond Graaf
Lodewijk van Nassau in handen wilden speien, in 1574; de moedwil door
de Spaansche Soldaten bedreven, van 1574 tot 1577; de aanval der Staat»
sehen onder den Graaf van Hohenlohe, in October 1577 ; het ontzet van
Roermond door Hierges en Mondragon, in Jan u a ril5 7 8 ; het ontwapenen
der burgers door Heer Adrien de Warfusée, den 8 Januari 1585; de
aanslag van Filips van Nassau, in den nacht van 20 Augustus 1594; het
verslaan der lansiers van Colla Maria Caracbola, door Staatsche ruiters,
binnen de voorstad, den 25 December 1596; het geven der stad als onder-
pand aan de rebellen van het Spaansche leger, inM e il6 0 4 ; deovergaVe
aan de Staatseben, nadat Graaf Ernst Kasimir bij het openen van het
beleg was gesneuveld, den 6 Juli 1632; de herovering door de Spanjaarden
onder Kardinaal Fernando, den 5 September 1637; het klimmen van het
Water in 1648; de zware brand van 31 Mei 1665; de overgave aan de
Staatschen onder den Prins van Nassau-Saarbrück, den 7 October 1702;
het aftrekken der Staatsche troepen, in 1716; de deelneming aan den
Brabantschen opstand, den 1 Januari 1790; de ontwapening der Bra-
brantsche patriotten, door een deel der burgers onder den Baron van
Bijlandt, den 6 Dec. 1790; de intocht der Fransche republikeinen, den
11 December 1792; het aftrekken der Franschen in den nacht van 4 op 5
Maart 1793; de bezetting door de Franschen, den 4 October 1794;
het sluiten der kloosters en kerken, in Februari 1797; het aftrekken
der Franschen, den 5 Jannari 1814; de komst der Kozakken, den 17
Januari 1814; de intocht van Koning Willem I, den 6 Ju n i 1815;
de intocht der „Kozakken van de Maas”, den 9 November 1830; de terug-
keer van Nederlandsche troepen, den 21 Ju n i 1839; het verblijf van
Koning Willem II, den 13 en 14 Ju n i 1840.
R o e r str a a t of R o o r stra a t, geh. in de Limb. gem. Heithuizen, in
1840 met 170 inw.
R o e s te lb e r g , geh. in de N.-Brab. gem. Loon op Zand, in 1840 met
26 inw.
R o e tm an , of R u th em , geh. in de Overijsselsehe gem. Tubbergen.
R o e tn em , geh. in de Gron. gem. Oldehove.
R o e v en , b. in de N.-Brab. gem. Nederweert, in 1840 met 159, in
1870 met 139 inw.
R o g g e l, gem. in Limb., ingesloten door Meijel, Helden, Neer, Nunheim
en Heithuizen, hebbende eene oppervlakte van 2283 bund. De
grond bestaat uit dilnvisch zand en veen. De gem. had in 1822 1292,
in 1840 1420, in 1875 1595 inw. Al de ingezetenen zijn belijders van
den R.-Kath. godsdienst en bijna allen landbouwers. De gem. bevat het
d. Roggel, de b. Ophoven, de L aak, Nijken, de Heide of Asbroeker-Heide
en Roligt, benevens de geh. st.-Pietersmarkt, Baetsen, Hoek, Mortel, He-
verstraat en Strubben.
Het d. Roggel, in het zuiden der gem., bevatte in 1840 281, in 1870-
334 inw. De R.-Kath. kerk heeft een pijltoren.
R o g g ep la a t, groote, geheel droogvallende bank in de Ooster-Schelde,
ten zuiden van Schouwen.
R o g g e s lo o t, kreek in Eijerland, binnen de gem. Texel.
R o h e i, oudtijds Roode-Hel en ook Nijega genoemd, b. met dorpsrechten
in de Friesche gem. Schoterland. De kerk is reeds voor lang
gesloopt en het grondgebied door het Tjeukemeer belangrijk afgespoeld.
In 1811 telde men er 98, in 1840 92, in 1875 140 inw., die van Vierhuis
(in 1840 15) medegerekend.
R oh e l, of R o oh e l, geh. onder het d. Harkema-Opeinde, in de Friesche
gem. Achtkarspelen, in 1840 met 57 inw.
R o la f, geh. in de Utr. gem. Jaarsveld.
R o ld e , gem. in Drenthe, tusschen Assen, Vries, Anlo, Gieten, Gasseite,
Borger, Odoorn, Sleen, Zweelo, Westerbork en Beilen. Zij beslaat
ruim 10,541 bund, en bestaat (behalve den zoom van de Drenthsche-Aa
en het Amer- of Duurserdiep, die door laag veen zijn gevormd) uit dilu-
visch zand. In 1811 had zij 1102, in 1822 1168, in 1840 1422, in 1875
1704 inw., in laatstgenoemd ja a r onderscheiden in: 1645 N.-Herv., 1 W.»