
Sa spo lde r , of K le in -B e ttew a a rd e , pold. in de Zeeuwsche gem.
Nieuwerkerlc, in 1646 bedijkt en 92 bund, groot.
S a s p u t , in de Zeeuwsche gem. Scboondijke, in 1840 met 100, en 1870
met 119 inw.
Sassche-Gat, water in Zeeuwsch-Vlaanderen, voorheen de baven van
Sas-van-Gent, doch door indijkingen thans genoegzaam verdwenen.
Sa ssenhe im, gem. in Z.-Holl., tusschen Lisse, Voorhont, Oegstgeest
en Warmond, rnim 654 bnnd. groot, genoegzaam alles alluvisch
zand, en verder eenig laag veen. In 1822 had zij 761, in 1840 974,
in 1875 1166 inw. Bij de telling voor 1870 vond men er: 574 Herv.,
55 Chr.-Geref., 7 Luth., 1 Doopsgez. en 546 R.-Kath. Zij bestaan meest
van landbouw, bloemkweekerij en veeteelt. De gem. bevat het d. Sassen-
heim, eenige buitenplaatsen en boerenhofsteden benevens de bouwvallen
van het slot Teilingen.
Het d. Sassenheim, aan de straatweg tusschen’s Gravenhage en Haarlem,
telde binnen de kom in 1870 675 inw. Het is eene fraaie plaats, die
3 kerken, ééa voor de Herv., één voor de Chr.-Geref. en één voor de
R.-Kath., heeft. Men vindt dit d., dat in de wandeling doorgaans Sassem
wordt genoemd, het eerst in de 9de eeuw ais Sasheim en Sabsingenheim
vermeld.
Sas-van-Gent, gem. in Zeeuwsch-Vlaanderen, ingesloten door de Nederl,
gemeenten Philippine, ter Neuzen, Westdorpe en Zuiddorpe, benevens
door de Belg. gem. Zelzate en Assenede. Hare grootte bedraagt 1449
bund., zijnde de grond klei, of klei met zand vermengd, in verschillende
polders afgedeeld. In 1822 had deze gem. 977, in 1840 1039,
in 1875 1152 inw., in laatstgenoemd jaar onderscheiden in : 957 R.-Kath.
en 195 Herv. Zij bestaan deels van den landbouw, deels van handel en
scheepvaart, deels van neringen en handwerksnijverheid. De gem. bevat
de stad Sas-van-Gent en eenige verstrooide boerenhoeven en huizen.
De stad Sas-van-Gent ontleent haar oorsprong aan eene sluis of
sas, aan het einde der vaart gebouwd, die de Gentenaren met ver-
gunning van Koning Filips I I in de 16de eeuw dolven om eene kortere
vaart dan längs de Schelde naar de Hont te bekomen. De plaats werd
in 1572 door muitende Engelsche troepen ingenomen en verwoest, doch,
sedert weder opgebouwd, verkreeg zij de gedaante van eene stad en vesting.
Na hare ontmanteling en het opslijken van het Sassche-Gat, verloor
zij veel van haar bloei, doch deze is weder toegenomen, nadat in 1826
het Kanaal van te r Neuzen is gegraven en den 1 April 1869 de spoor-
weg van Gent naar ter Neuzen is geopend.
Men telde er in 1840 854 inw., welk getal in 1870 tot 919 was toegenomen.
E r zijn kerken voor de Herv. en de R.-Kath., een stadhuis en
merkwaardige slnizen.
Sas-van-Gent werd, na in 1576 aan Prins Willem I toebedeeld te zijn,
den 20 October 1583 door de Spanjaarden ingenomen. Na een beleg van
vijf weken, werd het den 5 September 1644 door Don Andrea de Parado
aan Prins Erederik Hendrik overgegeven. Den 29 April 1747 werd de stad
den Eranschen ingeruimd, even ais in October 1794. Van 17 tot 29
October 1830 was de stad in het bezit van een bandeloozen troep Belgen.
S as-van-Gentpolder, of K le in -A lb e r t, pold. van 82 bnnd. in de
gem. Sas-van-Gent, in 1805 ingedijkt.
Sas-van-Goes, geh. in de Zeeuwsche gem. Kattendijke. Het ontleent
zijn naam aan een sluis in de Haven van Goes.
Saunlean, Sanlean, of Son d e r lan d , geh. onder het d. Lutke-
wierum, in de Eriesche gem. Hennaarderadeel.
SaUQleansterhuizan, geh. onder het d. Oosterend in de Eriesche
gem. Hennaarderadeel.
Sauw e r t, Sauwerd, of S a lw e r t, d. in de Gron. gem. Adorp, in
1840 met 325, in 1870 met 385 inw. De oude Herv. kerk werd in 1840
afgebroken en vervangen door een kerkgebouw halverwege het naburige
Wetsinge. E r is ook eene Chr.-Geref. kerk. Sauwert wordt sedert 1364 in
de geschiedenis genoemd.
S a v en d on k , geh. in de N.-Brab. gem. Boxtel.
S eh a a lsm e e r , drooggemaakt meer in de N.-Holl. gem. Wormer, om-
streeks 1630 tot land gemaakt, 65 bund. groot. Deze polder had in 1840
28 inw.
S eh a ap b u lten , geh. onder het d. Earmsum in de Gron. gem. Delfzijl.
Seh a ap sk u il, of S oha apskuilsm e e r , voorm. meer in de N.-Holl.
gem. Heer-Hugowaard, te gelijk met die bedijking drooggemalen en 67
bund. groot.
S chaapstal, geh. in de N.-Brab. gem. Bakel c. a.
S c h a d ew i jk , of Schaaik, b. in de N.-Brab. gem. Eersel, zoowel in
1840 ais in 1870 met 153 inw.
Schadjjk, b. in de Limb. gem. Horst, in 1840 met 129, in 1870 met
142 inw.
Sohadron, geh. onder het d. Volkel in de N.-Brab. gem. Uden.
S ch a e sb e rg , of S ch a e sb e rgh , gem. in Limb., tusschen Heerlen,
Kerkrade, en Nieuwenhagen, ruim 744 bund. groot, bestaande de grond
uit mergel of Limb. klei. In 1822 had zij 892, in 1840 1139, in 1875 1215
inw., in laatstgenoemde ja a r bestaande uit 1212 R.-Kath. en 3 Luth. De
landbouw maakt het hoofdbedrijf der bew. uit. De gem. bevat de d.
Scheid en Palenberg, de b. Lichtenberg en het kasteel Schaesberg.
Het kasteel Schaesberg is een uitgestrekt gebouw, dat uit het water
oprijst. Het behoort aan het geslacht Schaesbergh, dat in 1718 de rijks-
grafelijke waardigheid verwierf. Er is eene openbare kapel.
Schaffelaar, uitgestrekt adelijk landgoed in de gem. Barneveld. Het
huis is omstreeks het midden dezer eeuw, in gothischen stijl en met.
groote pracht, herbouwd,