
1384
d629. Banda. Eene hevige aardbeving werd op Banda en
Ainboiua waargeiiomen. De zee overstroomde het land; hare
wateren verhieven zieh negen voet hooger dan tijdens de hoogste
springvloeden. De steenen havendam, benevens een aantal huizen,
werden door de kracht der baren weggerukt en een stuk
gesehnt, ter zwaarte van 3,500 'tè, werd nit het fort Nassau
36 voet ver weggeslenrd; verscheidene schepen, welke op de
reede van Amboina lagen, werden in een kring, als in een maalstroom
en herhaaldelijk rondgevoerd, terwijl daarentegen andere
schepen, die zieh in de nabijheid der vorigen bevonden, stil op
hunne ankers bleven liggen. (Valentyn, Oud- enNienw Oost-Indie.)
1632. Drie jaren na deze aardbeving barstte de goenoeng Api, op
Banda, andermaal uit; zie bladz. 1272.
1635. De Gamalama, op Ternate, onderging eene uitbarsting;
vergei, bladz. 1281.
1641. Een berg op het eiland Java, «Adiksa» genoemd, stortte
in; zie bladz. 1294.
ö6a. Amboina. Op dit eiland werd eene hevige aardbeving
waargenomen. (Val.)
1646. De vulkaan op het eiland Makjan onderging eene uitbarsting;
zie bladz. 1285.
1653. De Gamalama, op Ternate, had eene uitbarsting; zie bladz. 1281.
1664. Eene hevige eruptie had plaats uit den Merapi, op Java; zie
bladz. 405 en 1294.
d67d. Amboina. Alhier werd eene aardbeving gevoeld; volgens
Valentyn.
Ó613. Amboina. Op den 12'"'=" Junij werd op dat eiland
eene gednchte aardsehudding waargenomen (Val.), gelijk mede op
de eilanden Ternate en Djilolo. Uit de vulkanen Gamalama, zie
bladz. 1281 en Gamanacore, zie bladz. 1285, welke op de bovengenoemde
eilanden liggen, hadden gelijktijdig uitbarstingen plaats.
^674, ¿/675, d616. Amboina. Op den 17 Febrnarij deden
•zieh weder hevig verwoestende aardbevingen op Amboina gevoelen,
waardoor 2,000 menschen van het leven werden beroofd.
Op twee verschillende plaatsen spieet de goenoeng Wawani
vanéén; tevens spuwde hij een modderstroom uit, welke zieh tot in
zee uitstrekte. (Valentyn, 1. c. II. bladz. 104.) Vergelijk hladz. 1277.
1385
1678. Op den 19''™ Augustus had eene uitbarsting plaats van den
Merapi, op Java; zie bladz. 405.
1680. De piek op het eiland Eakata wierp in de maand
Mei eene ontzaggelijke hoeveelheid puimsteen uit. Zie de «Ostindische
Reisbeschreibung vom Bergmeister Vogel, Altenburg,
1704.» — Dit is de bron, waaruit L. von Buch (phys. Beschr.
der Ganar. Inseln), heeft geput, terwijl Prof. H. Berghaus zijne
opgaaf, door mij op bladz. 5 aangehaald, uit dit laatstgenoemde
werk heeft ontleend. Velgens schriftelijke mededeeling van den
laatstgenoemde.
d6S3. Banda en Amhoina. Hevige aardbevingen werden op
deze eilanden waargenomen; verscheidene huizen stortten in,
groóte spleten ontstonden in vele bergen en van den goenoeng Lonthar,
op Banda, stortten ontzaggelijke rotsblokken naar beneden.
In ditzelfde jaar, misschien -gelijktijdig met de bovengenoemden,
werden insgelijks op het schiereiland Menado, op Celebes,
en op het eiland Seroea aardbevingen waargenomen; op.Seroea
verzonk een groot stuk land. (Val. II. 2, bladz. 17.) De hier
vroeger opgenoemde aardbevingen gingen vergezeld van eene eruptie
der Vulkanen Klabat, zie bladz. 1287 en Legalala, zie bladz. 1269,
welke beide op deze eilanden zijn gelegen.
d684-. Java. Op den 13'^™ Januarij werd aldaar eene aardbeving
waargenomen. (Zie Verh. Batav. Gen. II. derde druk,
1826, bladz. 369, enz.)
d687. Amboina. In dit jaar had op genoemd eiland eene
aardsehudding plaats. (Val.)
d689. Amboina. Den Januarij had op nieuw eene aard-'
beving plaats. (Val.)
1690 tot 1696. Gedurende deze reeks van jaren woedde de
goenoeng Api, op Banda, bijna zonder ophouden; hij braakte eene
ontzaggelijke hoeveelheid rook en dampen uit, doch geene aardbevingen
werden waargenomen, zoo lang deze uitbarsting duurde;
vergeh bladz. 1272.
d699. Java. Des nachts van den op den S'"" Januarij
werd eene hevige aardbeving op Java tot in de Lampong-distrikten
en nog vorder tot Sumatra waargenomen. Vele huizen op
Java werden tot cen puinhoop; de rivier van Tangeran (de tji