
952
Vorvolgoiis wcnflclon zij den Steven naar hct oosten en zcilden
zij längs de ziiidkust van Bali; zoo kwamen zij in den zeel)
t)ezein aan de westzijde van den tegenwoordigen Tafelhoek,
iloor lien Verckenshoek of hoofd (Cabo de porcus op de kaart)
geheeten. Hier ligtten zij op den Februarij, 1597, het
anker, niet het doel den Tafelhoek om te Zeilen; daar hun
wind (westewind) en stroom tegen waren, zoo vorderden
zij weinig met liet laveren en zagen zij zieh eindelijk weder
genoodzaakt op 25 vademen water het anker te werpen, derhalve
westwaarts van de Tafelkaap. Van daar berigten zij, zien^II,
blad G2 (hetzelfde wordt insgelijks gelezen in no III, blad 74) :
« alhier sag hen wij noch den brandenden berg van Panarucan,
uytyevende groote dampen ende roock, ende straet
nae 't noorden dede hem aldus op, eonnende geenen doorganck
bekennen.)) Van deze plaats werd het profiel Ringgit
Figuur 6 geteekend.
IX. Een berigt door J . M. Mohr (1. c. zie boven) onder dagteekening
van den 13''™ November, 1 7 7 2 , te Batavia, geschreven
en aan de Haarlemmer Maatsehappij gezonden, welk berigt in
1 7 7 3 is gedrukt, luidt als volgt: ain het jaar d586, en dus
hijna iwee eeuwen geleden is'de Berg Kellot [eigenlijk
Golot,) hij Passourouang, die mede voor een Zwavelberg,
en wel voor een der hoogsten van die Landstrecken gehouden
wierd, op eene zoo verschrikkelijke wijze geborsten
en opgevlogen, dat er meer dan tien duizend Menschen
door de uitgeworpene steenen, gesmoltene en brandende
Zwavelstoffen vermeid, of onder de Puinhopen van dien
berg begraaven zijn; gelijk rnen zulks in de Geschiedenissen
der Javanen aangetekent vind. Ook meent men te
weten, dat die Berg veel nadcr bij Kadiri dan hij Passourouang
legt.))
Uit het voorafgaande zal den lezer gebleken zijn, dat in de
onmiddellijke nabijheid van Panaroekan sleehts een hooge, vulkanische
berg, de tegenwoordige «Ringgit» gelegen is, M'elks
noordelijke voet, die in een halven kring voorwaarts springt,
door de zee wordt bespoeld.- Geen enkele vnlkaan op Java
953
ligt zoo nabij de zee als deze. Wanneer men zieh in cene
tegenover gestelde rigting van Panaroekan op zeebevindt, dan
ligt deze berg onmiddellijk achter de stad en .verheft hij zijn
top hoog boven dezelve. Van daar kan men, in die rigting,
geen anderen vulkaan bespeuren, dewijl de Ringgit met de
berggedeelten, welke hij naar het zniden heen afzet, het uitzigt
voor het grootste gedeelte beneemt.
Het gewigtigste der vroeger vermelde stnkken is ongetwijfeld
het oorspronkelijke berigt van C. Houtman (n° II), hetwelk
10 jaren na de behandelde gebeurtenis is te boek gesteld en
2 2 jaren later gedrukt geworden, benevens de toevoegselen,
in de uitgave n» V vervat, welke 52 jaren na de gebeurtenis
in het licht werd gegeven. De berigtgever zegt daarin
niet sleehts uitdrukkelijk, dat hij den berg zag, maar hij
geeft zelfs afteekeningen van denzelven en van al de omhggende
bergen, benevens peilingen, welke hij naar die versehillende
punten genomen heeft; hij spreekt van den berg niet vóór den
oogenbhk dat dezelve hem in het oog viel en deze, uithoofde
der opstijgende rookzuil, een diepen indruk op hem maakte ;
hij noemt hem den «brandenden berg van Panarucan») of
«brandenden berg boven of achter Panarucan.» Nog heden
wordt een gedeelte, namelijk, het zuidoostelijke gedeelte van
den be rg : goenoeng Panaroekan geheeten (zie boven), terwijl
de hoofdmassa van den berg, uithoofde van de pilaarvormige
gedaante van zijnen top, — welke gedaante hij waarschijnlijk ten
gevolge van de genoemde uitbarsting verkreeg, — goenoeng
Ringgit wordt genoemd.
Hoe bepaald en omstandig in deze mededeehngen wordt
gesproken, zoo heeft D" Salomon Müller zieh echter genoopt
gevoeld, om, op grond van een berigt, uitsluitend vermeld in
no IX, hetwelk 166 jaren later is te boek gesteld, tot het volgende
besluit te komen: «da t die verschrikkelijke uitbarsting
uit den goenoeng Kloet is ontstaan en niet uit den goenoeng
Ringgit, zoo als door D"^ Junghuhn i) en D'- Horsfield, volgens
Door mij is zulks in mijne „Eeizen door J a v a , , vermeid; de plaats, waar
Horsfield daarover heoft gesproken, i s 'mi j niet bekend.