
• . Ii.
A
•-H
• -
H
11
V i'
44
"Ii
f
1184
van cen verscliil in de locale gesteldhcid der oppervlakie,
naar gelang van de drooge of moerassige (kleiachtige) gesteldheid
des bodems, waaruit de gas opwelt.
In een ander gedeelte van dit werk zullen wij de oorzaken,
welke deze en dergelijke verschijnselen op Java (gas-uitstroomingen,
aardolie-bronnen, natumiijk vuur,'mofeten) te weeg
brengen, aan een meer naauwgezet onderzoek onderwerpen.
3Iodder- en gas-bron van Java w N.
MODDERHEUVEL BIJ POELOENGAN.
Deze en de volgende modderheuvel zijn, in de rigting van het
Westen en oosten, ter naauwernood J/a paal '^aii elkander verwijderd;
zij liggen in de moerassige kustvlakte van Soerabaja,
ongeveer op een afstand van 10 palen ten zuiden van deze
stad, namelijk, tusschen den grooten w g, welke van Soerabaja
zuidwaarts loopt en het zeestrand; hunnen naam ontleenen
zij van de dorpen, die er het naastbij gevonden worden.
De westelijkste dezer beide heuvels is die van Poeloengan;
deze is het, welke nader bij den grooten weg, doch verder
van het Strand is gelegen dan de andere, zijnde die afstand
ongeveer 3 palen. Niet slechts komen zij met elkander overeen
in hoogte, — deze bedraagt omtrent 30 ä 3S voet, — rnaar zij gelijken
elkander zoodanig in gedaante en in zamenstelling, dat
de beschrijving van den eenen volkomen van toepassing is op
den anderen heuvel.
Slechts een enkel verschijnsel stelt een onderscheid tusschen
dezen en den volgenden heuvel daar. De uitstrooming van gas
en modder, welke aan zijn schedel wordt waargenomen, was
in 1838, tijdens ik beide heuvelen in Junij bezocht, nog slechts
zeer gering, en veel minder dan bij den volgenden werd bespeurd;
maar zijn schedel was bedekt met eene menigte puinbrokken,
stukken van gebakken steen van eene roode kleur,
welke, naar hunne uiterlijke hoedanigheid te oordeelen, volkomen
op die soort van gebakkene steenen geleken, waaruit
een aantal paleizen en tempels, gedurende het bcstaan van
r i i j ' '
1185
het voonnalige keizerrijk,. is gebouwd geworden en waarvau
de ruinen thans in de wildernissen van Modjopait 26 a 30
minuten van hier vei-wijderd, worden aangetrollen. Geene menschenhand
heeft deze stukken van gebakken steen hierheen
gevoerd,. op den top van dezen modderheuvel, waar voor cen
Javaan niets te doen ;valt; daarenboven vertoonden zij alle
teekenen van hooge oudheid. Voor het grootste gedeelte waren
zij, even als rolsteenen, afgerond geworden en daarenboven op
die eigendommelijke, wijze afgeknaagd en uitgehold als waren
zij gedurende een geruimen tijd blootgesteld geweest aan de
werking. van stroomend . water of van de baren der zee.—
Deze heuvels liggen in de delta derkali Brantes, namelijk, aan
de basis van de delta, in de nabijheid van het Strand der
zee, in eene Streek, s welke ongetwijfeld vöör körten tijd nog
tot den bodem der zee behoorde, dewijl zij uit eene ziltige
klei, ^ h a r d geworden modder, — bestaan en op geene andere
wijze kunnen ontstaan zijn, dan ten gevolge van het allengs
opwellen van dezen modder en het wegstroomen van denzelven
naar alle zijden heen uit een middenpunt, nadat de opstijgende
gas-soorten den modder, hetzij van den bodem der zee,
hetzij uit , het binnenste van den alluviaal-bodem, mede opwaarts
hadden gedreven; uit dien hoofde laat zieh het aanwezen
van deze puinbrokkea van gebakkene steenen slechts op eene
wijze verklaren: dat zij te gelijk met den taaijen modder uit
de diepte der zee, . welke zieh vroeger over deze Streek moet
hebben uitgebreid, werden opgedreven. Hierin ligt tevens cen
vernieuwd bewijs: dat, ter plaatse waar thans de delta der kali
Brantes ligt, in voormahgen tijd een zeeboezem gevonden wei-d,
namelijk, de zeeboezem van Modjopait, hetwelk ik reeds op
bladz. 95 — 97 dezer afdeeling getracht heb aan te toonen.
Hoe veel de uitbarstingen van den Keloet tot de ophooging
van den bodem, door middel van aanslibbing, kunnen toegebragt
hebben, laat zieh vermoeden, wanneer men zieh dergelijke
gebeurtenissen als nog heden en wel dagelijks plaats grijpen, —
waarvan wij op bladz. 696 melding hebben gemaakt, — voor
den geest brengt. Sleclils door de werking van stroomend vvaler
f -
I
1 .
i