
•1
i
'11.''
i^lii S
, m , J
w •Jt-'
i if
ihk
. 1 ' -,--4
i
i M, i.
1
• < (1 •
Mi
-Ì4, i
•
i •q:
r
l'i
lengle V. Gr., volgeiis von Derfeldeu van Hinderstein (150''ö'
vülgens Engeische kaarten en 130= 18' volgens Kolff). Dil
eiland ligt, gelijk de goenoeng Api: n». 81, geheel geisoleerd
in de zee en is van het naastbij gelegene eiland Groot-Banda
53 ininuten verwijderd (de g. Api is van de naastbij gelegene
noordoostelijke kust van het eiland Wetter nog iets verder verwijderd,
namelijk, 60 minuten). Het bestaat uit een enkelen kegelberg,
welks top afgeknot en bolrond is; even als de vier voorgaanden,
— Seroea, Nila, Damme, Api, — en deeerstvolgende,
g. Api opBanda, rijst hij onmiddellijk uit de zee opwaarts; het
eiland ligt noordwestwaarts bijna even ver van Seroea verwijderd
als zuidwaarts van "de Banda-eilanden. (Derhalve ten minste
zes geisoleerde, kegelvormige eilanden in deze zuidelijke Moluksche
zeeen.) Met een steilen kustzoom rijst het eiland uit een
zeer diep gedeelte der zee opwaarts; deszelfs bodem is steenachtig,
dor, bezit weinig boomgewas en wordt slechts bewoond
door een talloos tal van zeevogelen. Een overvloed van zwavel,
welke het eiland oplevert en die, naar verhaald wordt, op
enkele plaatsen half vloeibaar uit de aarde opwelt, — ten gevolge
van onderaardsche hitte, — lokt een aantal bezoekers derwaarts;
vooral zijn het bewoners van Ceram, die den zwavel, op
dit eiland verzameld, onder anderen naar Bali voeren, alwaar zij
denzelven voor eene Spaansche mat per honderd pond verkoopen.
De centrale krater, welke den top des bergs doorboorde, is
uitgedoofd en werpt geene dampen meer uit. (Volgens Kolff.)
86.
Een vulkaan op het eiland Koerekofe, in den zoogenaamden
zuidoostelijken Molukschen archipel; hij is gelegen op 4° 33' zuider
breedte en 132° 39' ooster lengte. Er had, volgens Valentijn,
eene uitbarsting van dezen vuurberg plaats ten jare 16S9.
87. GOENOENG API, OP HET EILAND BANDA. ')
Naar de volgende bronnen: Valentijn, Oud en Nieuw Oost-
' ) Ten einde denzelven te ondersclieiden van n° 71: den goenoeng Api, nabij
Bima, on n» 81: den g. Api, nabij Wetter.
1 2 7 1
Indie, — Kolff's Reize, — Ohviers Reize, —J . Finn, over de
Banda eilanden, in het Tijdsch. v. Neérl. Indie, II, blz. 391, —
Verhuell, Herinneringen van eene reis in Oost-Indie, 1807,—
Oosterling, I.^ pag. 97, — en naar berigten, opgenomen in
de Jav. Courant.
Topographisch overzigt.
üithoofde van zijne ligging in de nabijheid der specerij- en muskaatnoot
eilanden is deze vulkaan veel beter bekend dan alle andere
vuurbergen, welke in het oostelijke gedeelte van den Indischen
archipel worden aangetroffen. Gedurende derde halve eeuw zag hij
op het naburige eiland Banda neira, dat oostwaarts tegenover denzelven
is gelegen, de vlag der Nederlanden wapperen. Even als de
laatstgenoemde vulkaan beslaat hij bijna de gansche oppervlakte
van het eiland, dat eene halve mijl in omvang heeft en ongeveer
een tiental minuten roeijens ten westen van het even zoo kleine
eiland Neira steil uit de zee oprijst. Hij ligt ten noorden van het westelijke
uiteinde van het eiland ffrooi-Banda. De goenoeng Api verheft
zieh in den vorm eens kegels naar zijn doorboorden top,
welke, volgens de meeste opgaven, 1,650 of 1,800 voet hoog
is, en derhalve nog niet de halve hoogte bereikt van den kleinsten
kegelberg op Java, namelijk, van den Lamongan. Op vele
plaatsen aan den voet des vuurbergs rijzen kale, helder grijs gekleurde
lava-wanden, tot eene hoogte van 60 voet, boven de oppervlakte
des bodems; overigens worden afwisselend lagen poreuse
lava, waarin hier en daar holen voorkomen, tuf, slakken en zwart
zand aan de hellingen des vulkaans aangetroffen. In de middenste
zonen des bergs zijn deze rotsen met eene laag vruchtbare
aarde bedekt, waarop wouden zijn opgeschoten, terwijl
op deszelfs voet, aan eenige zijden, aanplantingen van muskaatnoten
boomen worden gevonden. Dor en kaal verlieft zieh de
bergtop boven . deze groene woudzone; hij is geheel en al door
dampen doorwoeld en op vele plaatsen met zwavel beslagen,
t
i
' ) Ook de heer S. Müllei- heeft in de „Verband, der Natuurk. Commissie " een on
ander omtrent dezen berg medegedeeld, die door hem in 1828, gelijk door Prof.
C. G. C. Reinwardt vroeger, in 1821, bezoeht werd.