
i;
i 1
' i
' ! Í
,i' ifí
¥i
4-1
Í Î .
d f
» • à!! \ »
•IM
s :
V- ; Î
Í
• Ii '
1 ' i Ii
I :
1 '.#1
f
i -Ir,
1058
aaa hel liooger eiiid der lafel, naast heni de heer , benevens
iiog 3 of 4 anderen, wier kleeding, uit sarong en kabaai beslaande,
uilmuntend aan hunne kreolengezigten paste. Met innerlijk
vvelbehagen bielden zij zieh bezig met het dessert te gebruiken,
terwijl zij verder, betgeen trouwens van ben verwacht mögt
worden, alle kamers, alle boeken en gaten van den pasanggraban
in bezit badden genomen, zoodat niij geene andere keuze
was ovei-gelaten dan te trachten bij dezen of genen Javaan in
bet dorp onder dak te komen.
Jk behoef den lezer wel niet te verzekeren, dat ik mij hoogst
gaarne uit zulk wellevend gezelschap verwijderde. Het «Odi
profanum,» enz. schoot mij te binnen,» die met pek omgaat,
wordt er meé besmet.»
Ik vond een nachtverblijf bij een armen opzigter der culturen
van de S''«' klasse; hij was een jong mensch, die mij door
zijne ongedwongene vriendelijkheid scbadeloos Steide voor de aan
mij gepleegde gewelddadigbeid en de grove bejegening, welke
ik had ondervonden.
Daar mijn achtergelaten rijtuig met bufFels moest voortgetrokken
worden, kon ik Pradjakan niet vóór den volgenden
dag verlaten. Ten gevolge van de gloeijende bitte, waaraan
ik gedurende een ganschen dag was blootgesteld geweest,
kwam ik ziek te Bondowoso aan.
Möge dit verhaal andere reizigers tot waarscbuwing dienen:
om zieh nooit naar eene plaats te begeven, zonder dat er
vooraf eene aanschrijving ^an regeringswege zij heengezonden
en nimmer längs birmenwegen te reizen, zonder een behoorlijk
geleide van inlandsche hoofden. Verkieslijker toch is het,
in plaats van op de bescheidenbeid der inlandsche hoofden,
op bet bevel te rekenen, dat hun is toegezonden geworden.
Gedurende vier dagen lag ik ziek in den passanggrahan
van Bondowoso, dewijl de ongemakken, ondervonden op mijn
togt van den 20'""', een aanval van buikloop badden veroorzaakt.
In plaats van den Ajang te beklimmen, gelijk ik voorgenomen
had, was ik er na aan toe, de reis naar het «onbekende
land» te moeten ondernemcn, «van welks kusten geen
1059
reiziger wederkeert. » Zonder geneesmiddelen te gebruiken, nam
mijne ongesteldheid weldra af, en herstelde ik weder geheel
en al; met den terugkeer mijner gezondheid herkreeg de geest
zijne veerkracbt, de hoop begon weder levendig te worden,
nieuwe reislust ontwaakte en het plan om den Ajang te bestijgen
kwam tot rijpheid. (Geve de hemel, dat ik nimmer
weder een Inspecteur der kaneel-cultuur ontmoete!)
I !;