
^ :
• !•
eit,
11
i;
'f
fi'.
•a
•I t
!' i' t
^iiiwi uilslrckl; zij ligt cchtcr nador bij den Kawi dan bij den
cei'stgonoemden borg. Het laagst gelegene gedeelte van hetdal,
alwaar de wederzijdsche Hellingen elkander raken en waar de
hoüfdbeek heenslroomt, ligt op een afstand van Va P^^il van
den pasanggrahan noordoostvs'aarts naar de zijde van den
Widodaren, welke, benevens de overige bergtoppen van den
Ardjoeno, in het noorden 20 tòt 33° ten oosten zigtbaar is
en zieh in zijne omtrekken vertoont, zoo als in Ardjoeno
Figuur d voorgesteld is. De helling der rib waarover men
naar den Widodarèn-top opklimt, bedraagt in haar hoogste en
steilste gedeelte niet meer dan 20° en in haar niidden- en in
haar bcnedengedeelte slechts ongeveer S°. Zuidwestwaarts van
ons verheft zieh het naastbij gelegene gedeelte van den Kawi:
de kegelvormige voorbergtop goenoeng Panderrnan, waar achter
de lange, regte dwarsdam begint, welke zieh in de rigting
van het zniden naar het noorden tot aan de Andjos-moroketen
uitstrekt en ter westelijke grens strekt aan het tussehendal
Batoe. Is de keten zelve, benevens de hellingen van
den Ardjoeno van de hoogte van 5,000 voet en het meer westelijk
gelegene gedeelte reeds van de hoogte van 4,000 voet
af met wouden bedekt, zoo vertoont zieh de dwarsdam daarentegen
geheel en al van geboomte ontbloot en slechts met
gras begroeid. Uithoofde het distrikt Batoe, in de nabijheid van
den pasanggrahan, eene hoogte van ongeveer 2,700 voet bereikt,
i) ZOO geniet men aldaar eene zeer gematigde luchtsgesteldheid;
de bodem is rijk bebouwd en levert eene groote
hoeveelheid kofTij op.
Eene warme bron, eenige palen westwaarts van Sisir gelegen,
mag niet met stilzwijgen worden voorbij gegaan. Zij entspringt
op den achtergrond van een nevendal van zeer geringe uitge-
' ) De opgaaf der hoogte van Sisir mag niet als je/cer bescliouvvd worden, evenmin
als die van den dwarsdam Radjeg w6si, van Ngantang en van Bakoel, uithoofde mijn
zakboekje door den regen nat geworden was en de opgegevenebarometer- en therm,
waarnemingen, welke aan de berekening der vier genoemde hoogten ten grondslag
hobben gestrekt, niet dan onduidelijk daarin te lezen waren, teu gevolgo waarvan
het mogelijk is, dat in de aangenomeno cijfers eene vergissing heeft plaats gehad.
m
1191
sLrektheid, in eene dalvormige bogt van de berghelling, gelegen
liisschen den goenoeng Panderman en het begin van den dwarsdam
Radjeg wesi; dit nevendal en de beek, welke in eene
noordoostelijke rigting al murmelend door hetzelvc vliet, dalen
allengs naar de zijde van het hoofddal van Batoe afwaarls.
Op deze wijze wordt de kleine dalgrond aan drie zijden door
grazige, tamelijk steile hellingen omsloten, en is dezelve slechts
aan eene zijde, namelijk, aan de noordoostzijde, geopend. De
bron, Singoeritii) wordt zij geheeten, entspringt derhalve aan
den noordoostelijken voet des Kawi en behoort tot het gebied
van dezen voormaligen vulkaan.
Het water loopt te zamen in twee uit steen gemetselde bekkens,
welke op een afstand van ongeveer 20 schreden van elkander
zijn gelegen. 1" Het buitenste, het hoogst gelegene bekken
is Vierkant, heeft eene middellijn van 6 voet en ligt onbedekt
m de nabijheid der grondslagen van de muren van een voormalig
tempeltje, onder welks pninhoopen wij nog een Doergabeeld
aantroffen. Het water, vt'aarin vele gas-bellen (van koolzuur)
opstegen, verspreidde geen renk en smaakte als water,
waarin eene geringe hoeveelheid Carbonas sodae is opgelost. De
warmtegraad van het water, bij eene temperatuur der lucht van
18,0' Reaum. in de schaduw, bedroeg ten l^k ure: 20,0'' Rtiaum.
( 9 0 , F a h r . ) . — 2° Het benedenste bekken is 6 voet lang, 4
voet breed, Is/,, voet diep; over hetzelve is een bamboes-hnisje
gebouwd. Zoowel de bodem als de zij wanden zijn bedekt met
een oranje geel beslag (ijzeroxyde-hydraat), dat het water allengs
heeft afgezet; dit water verspreidt geen renk, vertoont geene
opstijgende gas-bellen en het heeft een flaanwen, veel mindeizoutachtigen
smaak dan dat in het hooger gelegene bekken, niet
veel verschillende van dien van zuiver warm water. Zijne temperatuur
echter was hooger dan die van het vorige en bedroeg,
op denzelfden oogenblik, 35,25° Reaum. (111,3° Fahr.). De thermonieter
bleef gedurende een kwartier uurs in het water. De
hoeveelheid water, welke uit eene kleine gleuf in het bekken
I > I,
3
rl
0 Waarsehijnlljk is dit de plaats „Singoredjo" o]) de kaart van Le Clercq.