
waar hij zieh geheel aan den wellust overgaf. Long wen wilde de
schände niel overleven en stierf van hartzeer. Jang fang bleef nog
körten tijd aldaar, en yerzocht toen zijn ontslag uit de dienst. De Soldaten,
die aan de lianden der boeren-onlkomen waren, trokken naar
hunne woonplaatsen. Het geheel scheen als een droom geeindigd. Het
groole-'leger, tot welks verzameling zooveel onkosten en bevelen ge»
vorderd werden, was verdwenen. De Engelschen waren nog niet
uitgeroeid en bleven nog steeds op de grenzen van China , hoezeer alle
forten reeds lang waren opgegeven. Alleen het volk» wenschle weder
oorlog, want het was nog niet geluchtigd, en daagde dus den vijand
uit om met hem op eene bepaalde plaats op leven en dood te strijden.
Dit was de laatsle echo. De gegoede burgers kwamen inmiddels terug
en dreven hunnen handel, alsof er niels gebeurd was, en de vreem-
delingen deden heizelfde.
Het leger dat met de vloot naar Hong kong vertrok, leide zeer veel
zieken. Menigeen, die op deheuvels van Canton eene wond hadbekomen ,
stierf aan de gevolgen, en de dood rigtte eene geweldige verwoesting aan.
Daarbij kwamen nog twee orkanen, die aanmerkelijke schade veroor-
zaakten, enmenig schip bijkans deden zinken. Alzoo meendende Chine-
zen dat dit eene straf was voor de goddelooze Engelschen , die de ver-
metelheid gehad hadden om het heilige en onschendbare hemelsche Rijk
aan te tasten.
Naar Elliot’s gevoelen was thans het grootsle werk voltooid. Hij
wilde Hong kong tot de groolste handelsplaats van Azie maken, en
• den geheelen handel derwaarts verleggen; over andere havensteden
bekommerde hij zieh niet meer; ook stelde hij er geen belang in iets
tot het sluiten van den vrede te doen , vermits alle maatregelen daartoe
tot dusver vruchteloos geweest waren. Maar terwijl hij geheel beslui-
teloos was, namende dingen weldra een’ anderen keer;-Pöttinger ver-
scheen als zijn opvolger om de zaak door te zetten en China voor de
gansche beschaafde wereld te openen.
T A V E E D E V E L D T O G T .
(Augustus 1841.J)
De admiraal Parker was bestemd tot bevelhebber van de vloot. Deze
nam aanstonds de krachtigste maatregelen, om de schepen, die bij
den storm geleden hadden, binnen weinige dagen in Staat te stellen
A moi aän te tasten. Deze plaats had de vreemdelingen jaren lang g e -'
trotseerd en zieh bij elke gelegenheid vijandig betoond. Men had zeer
uitgestrekle vestingwerken van wel zamengevoegd graniet gemaakt en
zieh zorgvuldig tot tegenweer voorbereid.
Thans trad een minister op, die den keizer verklaarde, dat China
geen verdedigingsoorlog voeren moest. In plaats van de aankomst van den
vijand af te wachten, moest het zelve hem aanvallen. Daartoe gaf bij
den raad om eene vloot, driemaal zoo talrijk, en schepen driemaal zoo
groot en goed bemand als die der Engelschen, naar Singapore en
straat Sunda te zenden, om daar de Engelscheschepengevangen te nemen.
Werd dit plan niet aangenomen, dan stelde hij voor, dat men met
een leger van 3000 man over Siberie en de geheele breedte van
Europa, door de Russen ondersteund, naar Engeland gaan moest. De
Nepalezen boden ook hunne hulp in dezen strijd aan, en Rirma bleef
niet dubbelzinnig, zoodat Tao kuang zieh weder gesterkt vond om
den oorlog voort te zelten, in plaats van Ki schen’s voordeeligen vrede
te bekrachligen.
Te A moi bevond zieh de gouverneur-generaal Jen, een man, die
den keizer verzekerd had, dat men in plaats van den aanval der En^
gelschen af te wachten, lien zelf overrompelen moest. Vertrouw'end op
de schoone muren der vestingwerken, zag hijzelf van een’ muur naar
het gevecht, hopende dal daardoor de Soldaten tot tegenstand aangevuurd
zouden worden. Zoo lang zij nu achter de uitgestrekle sleenen boiwerken
stonden, beantwoordden zij schot op schot, want zelfs de linieschepen
konden op zulke muren geene werking doen; maar toen de Engelsche
Soldaten, landden en hen in den rüg aanvielen, vlugtlen zij in allerijl.
De veldheer wilde de schände niet hebben van in ’s vijands handen
gevallen te zijn; hij liep daarom koelbloedig in zee om zieh te ver-
drinken. De overige Soldaten werden weldra uiteen gejaagd en gingen
naar huis, terwijl het gemeen de magazijnen, waarin zieh ook een
groote voorraad rijst bevond, begon te plünderen, en alles wegsleepte.