
 
        
         
		de  droevigste  gevolgen  voor  vele  nieuwe  aankomelingen  liad,  welke  
 niet  längs  den  weg  van  Lissabon  in  China  kwamen.  Nu  kwam  ook  
 nog  de  paus  daarhij,  die  zijn  regt  over  alle  kerken  zeer  natuurlijk  
 vasthield,  en  dus  plaatsvervangers  zond,  waaronder  wij  ook  een’  be-  
 keerden  Chinees  vinden.  Indien  de  bisschop  zieh  nu met  geestelijke  
 dingen  tevreden  betoond  had,  dan  zou  alles  bedaard zijn’ gang gegaan  
 zijn,  maar  voor  het aardsche  gemoed  hebben  aardsche  voordeelen  be-  
 teekenis,  en  het  verwerven  daarvan  geeft dikwijls  aanleiding  tot  zeer  
 bloedige  twisten. 
 Ricci,  wien  men  den  vader  der  zending  kan  noemen,  had  bij  zijne  
 pogingen  tot  het  winnen  van  bekeerden  groote  moeijelijkheden  onl-  
 moet,  om  hen  van  de  vereering  hunner  voorouders  af  te  trekken,  
 en  bij  de  geleerden  de  aanbidding  van  Kong  fu  tse  uit  te  roeijen.  
 Maar  dewijl  het  Romanismus  grootendeels  uit  ceremonien  bestaat,  en  
 zelfs  het  geestelijk  en  verheven  Christendom  verstoffelijkt,  zag  men  
 deze  kleine  afwijkingen  over  het  hoofd.  Zijn  opvolger,  Longobardi,  
 verklaarde  intusschen  bovengenoemde  gebruiken  voor  afgodisch  en  
 heidensch,  en  toen  men  de  zaak  ter  beslissing  naar  Rome  verwees,  
 verklaarde  de  paus  dat  men  zulks  aan  de bekeerden als louter  burger-  
 lijke  instellingen  moest  toeslaan.  Dit  strookte  met  den  wensch  der  
 Jezuieten,  die  zeer  beducht  waren  dat  de  Chinezen, als men hun  deze  
 lievelings-ideen  ontnam,  liever tot het heidendom zoudeu  terugkeeren,  
 dan  de  diep  ingeprente  hoogachting  voor  hunne  afgestorvene  voor-  
 vaders  opgeven. 
 Andere  zendelingen  beschouwden  deze  vergunning  uit  een  geheei  
 ander  oogpunt,  en  verklaarden  al  deze  gewoonten  voor  afgodiseh  en  
 verwerpelijk.  Onder  dezen kenmerkte zieh een doctor van de Sorbonne,  
 Maigrot, terwijl de Spaansche Dominicaan, Navarette, met groote woede  
 de Jezuieten beschimpte,  en  hun  al de  schuld  gaf van  de onverschillig-  
 heid  en  het  flaauwe,  heidensche  Christendom.  Hij  werd  hierin  zeer  
 krachtig  ondersteund  door  zijne  medebroeders,  en  de  paus —  de  on-  
 feilbare —  moest  natuurlijk  nadrukkelijk  tusschenbeide  komen;  maar  
 de  Jezuieten,  ofsehoon  zijne  gehoorzaamste  en  ijverigste  dienaren,  
 waren  magtiger  dan  de  heilige  vader.  Zij  wendden  zieh eerst tot Kang  
 hi  en  verlangden  van  hem  eene  verklaring,  die  met  hunne  denkwijze  
 strookte;  dewijl  deze  met de Chinesche grondstellingen overeenstemde,  
 verzekerde  de  keizer  hun  dat  zij  volmaakt  gelijk  hadden.  Dit  was  
 eene zegepraal,  van wier gevolgen zelfs de paus geen denkbeeid had. 
 Intusschen  zond  hij  eenen  Iegaat,  met  name  Tournon,  naar  China  
 (1705),  die  de  Portugesche  overheidspersonen  reeds  terstond  belee-  
 digde;  want  hij  kwam  niet  längs  den  hem  door  den  koning  bevolen  
 weg  en  zonder  zijn  verlof,  niettemin  moest  hij  als  patriarch  het  op-  
 perbevel  over  alle  zendelingen  voeren,  hetgeen  lijnregt  in  strijd  was  
 met  het  souverein  gezag  des  bisschops  van  Goa.  Daarenboven  hadden  
 de  Portugezen  de  gevoelens  der  Jezuieten  verdedigd,  die  hij  kwam  
 tegenwerken,  en  daardoor werd  zijne  afreize  naar  Pe  king  vertraagd.  
 Eindelijk  liet Kang  hi  zieh  bewegen  hem  een  gehoor  te verleenen, en  
 schreef:  «deze  To  lo  (Tournon)  is  een  man,  die  de  deugd  beoefent;  
 wij  willen  hem  daarom  aan  het  hof  laten  komen,  want  hij  wenscht  
 zieh  met  onze  wetten  bekend  te  maken,  en vermits hij geene schatting  
 brengt,  moet  hij  zieh  op  Chinesche  wijze  kleeden  en  in  dezer  voege  
 bij  ons  versehijnen.»  Men  zond  hem  nu  onderscheidene  Jezuieten  en  
 ook  eenen  Groote  te  gemoet,  en  zoo  kwam  hij  eindelijk  in  de hoofd-  
 stad  aan.  Daar  sleet  hij  een  geheei  jaar,  en had verschillende gesprek-  
 ken  met  den  keizer,  waarbij  hij  evenwel  van  de  sleehtsle  pariij  was,  
 want  de  Jezuieten  waren  de  tolken.  De  monarch  had  er  reeds  in  be-  
 willigd,  een’  nuntius  aan  het  hof te ontvangen,  dien als het hoofd aller  
 zendelingen  te  beschouwen,  en  daarenboven  met  den  paus  in naauwe  
 betrekking  te  komen.  Er  was  reeds  een  priester  gekozen,  die  aan  
 Clemens  VII  te  Rome  geschenken  overbrengen,  en hem  tevens de ver-  
 zekering  van  des  keizdrs  vriendschap  geven  moest. Welk een heerlijke  
 zegepraal  zou  dit  geweest - zijn,  en  hoe  -spoedig  zou  de  zelfstandige  
 keizer  de  pantoffel  van  den  Romeinschen  stadhouder  gekust  hebben.  
 Er  bestaat  geen  middenweg;  wie  Rome’s vriendschap zoekt, moet zieh  
 met  ligehaam  en  ziel  aan  de  priesterheerschappij  overgeven,  of  zieh  
 laten  welgevallen  dat  hij  in  den  ban  gedaan wordt.  —  Het  schijnt  dat  
 de  Jezuieten  zelven  het  plan  verhinderd  hebben;  want  zij hadden  ont-  
 dekt  dat  de  patriarch  het  bevel  van  den heiligen vader in zijn zak had,  
 om  al  de  betwisle  Chinesche  gebruiken,  ten  strengste,  als  hoogst  afgodisch, 
   te  verbieden.  Maar  hij  wilde  zieh  geene  openbare  vijanden  
 maken,  en  hoopte  de  zendelingen  nog  in  stilte  daartoe  te  dwingen.  
 De  keizer ’liet  hem  vragen:  wat  men  in  Europa aangaande de betwiste  
 punten  besloten  had;  Tournon  antwoordde dat men nog geen echte be-  
 rigten van  de  geheele  zaak  ontvangen  had,  en  dus  nog  geen  gevoelen  
 daarover kon bekend maken. Dit was een leugen  om bestwil; Kang hi, die  
 dengeheelen loop der zaken door middel van de Jezuieten zeer goed kende,