
ketens beladen naar de wonnig van den grootsten Engelschen han-
delaar gebragt. Men wilde dezen laten boeten voor al de schuld der
gezamenlijke kooplieden, en hem daartoe binnen de muren van Cantou
slepen. Hijzelf was daartoe zeer bereid, maar zijne vrienden ontrieden
’t hem, en misschien zou hij het niet levend ontkomen zijn. Maar terwijl
men nog met dit een en ander draalde en reeds eene gedeeltelijke
overgave van de opium plaats had gegrepen, veranderde de geheele
Staat van zaken door de komst van Elliot. Deze was in ängstige ver-
wachting te Macao gebleven, en had bij herhaüng verklaard, dat hij
nooit aan dezen slrijd zou deel neineu, waut de zaak ging de regering
volstrekt niet aan. Ook liet hij al de schepen in "de Chinesche wa-
teren gelasten zieh in Staat van verdediging te stellen , om geweld met
geweld te keeren, en dacht nu aan den afloop der zaken. Toen het
iutusschen tot het ergste gekomen was, besloot hij ten minste bet
gevaar met zijne landgenooten te deelen en hun waar het mogelijk
was allen bijstand te verleenen. Plotseling, zoo als zijne gewoonte
was, ging hij derhalve naar Canton en nam den koopman Dent bij
zijne aankomst in bescherming.
Nu werden alle Chinesche bedienden door bedreiging van straf
weggejaagd, de toevoer van le vensmiddelen , en elke uitgang door
drie rijen booten afgesneden. Daarop gelastte Lin hem , al de
opium, die zieh in de verstrooide schepen bevond, af te geven en
Elliot schonk weg, wat hij niet had, te weten 20,283 kisten; daar
dit alles niet in China voorhanden was, moest men nog van de schepen
uit Bombay , die vervolgens aankwamen, het benoodigde koopen. Toen
dit berigt te Macao vernomen werd, scheen het ongeloofeüjk; maar de
buitengewone Elliot wilde ook iets buitengewoons doen, daarom gaf
hij de opium aan de Chinezen over.
Een klein fregat, dat Elliot te Macao had achtergelaten , had bevel
hem aanslonds te hulp te komen als de kapitein binnen zes dagen geen
tijding .ontving. Dit schip stevende dus naar deBocca Tigris , om bij den
Chineschen admiraal opheldering oinlrent den Staat van zaken le vragen,
maar werd door dien zeeoflicier beleedigend behandeld en moest onver-
rigter zake vertrekken , want men gaf den bevelhebber te kennen , dat
zijn admiraal vroeger zeer eerbiedig en gehoorzaam geweest was, en
hijzelf derhalve zijn voorbeeld volgen en heen moest gaan.
Elliot werd nu met de kooplieden zoolang gevangen gehouden , totdat
de bovenvermelde hoeveelheid opium len volle afgeleverd was. Dit
geschiedde in de nabijheid der Bocca Tigris, waar Lin in gezelschap
van den gouverneur-generaal Tang de geheele zaak spoedig regelde.
Wat men tot hiertoe nooit gezien had , en zonder twijfel slechts eens
in het bestaun van den handel kon voorvallen, zag men aan den
mond van die rivier. Van alle streken kwamen de schepen om de
opium af te geven, en naauwelijks lagen zij ten anker of de Chinesche
booten kwamen ook reeds om de opium weg te nemen. Eerst opende
men de kisten om de opium te wegen, maar de overheidspersonen die
ze moesten outvangen stalen groote stukken ; daarom werden de geheele
kisten genomen en daarmede dikwijls steenen en slijk in plaats van
opium.
Van het oogenblik af dat de overgave geschiedde, verhief zieh de
sluikhandel weder aan alle hoeken; de kist, die vroeger naauwelijks
■400 gülden waard was en geen kooper vinden kon , rees nu tot 2000 ä
3000 gülden. Wat tot geheele onderdrukking van den handel besteind
was, bleek naderhand het krachtigste middel tot verlevendiging daarvan.
Doch Lin was zeer trotsch op zijne groote overwiuning, hij had de
Engelschen hedwongen, alle vreemdelingen vernederd , den handel
uitgeroeid. Dit alles vervulde hem met innige blijdschap en verrukking,
ook de keizer juichte en benoemde hem tot stadhouder van Kiang
nan en Kiang si. Somtijds klople Lin het hart wegens de gevolgen
zijner daad, en eens was hij van zins, om het geheele verlies goed
le maken door eene aanwijzing op de maatschappij-kooplieden en zoo
de vreemdelingen hunne eigene schade te laten betalen. In dit gewigtig
oogenblik kwamen er vreemdelingen tusschen beide en verzekerden,
dat geene natie hem wegens deze daad van geweld zou kuunen beschuldigen
, en dat hij geheel in den geest van het volkenregt gehan-
deld had. Lin leende zeer gaarne het oor aan deze zienswijze, en was
thans doof voor alle verdere voorslagen, die hem bij herhaling tot
behohd van den vrede gedaan werden. Hij wilde een schrikbewind
invoeren; want slechts op zoodanige wijze meende hij den verkoop
der opium le kunnen verhinderen. Hij gaf aan de kooplieden, die
hem de opium overleverden, een pond thee voor elke kist, dat is het
3000sU> deel van de waarde, hetgeen natuurlijk door de eigeuaars gewei-
gerd werd. Nu wilde de gevolmagligde een bewijs van zijn onverbid-
delijken haat legen de opium zelve geven; nadat hij er veel over
gesproken had, sloeg hij eerst voor, om ze den keizer te zenden,
die hiervoor bedankte; vervolgens wilde hij ze verbranden, maar