
 
        
         
		In Japan had daarenlegeu  eene  omwenteling  plaats,  die haars gelijke  
 niet  heeft  in  de  geschiedenis  der  wereld.  Geen  volk  had  zieh  zoo  
 spoedig  de  voordeelen  toegeeigend,  die het verkeer met de Europeaneu  
 aanbragt. Met dezelfde begeerte ondernamen de Japannezen avontuurlijke  
 reizen,  en  bezoehten  elke  haven  van  zuidelijk  Azie.  Zij  handhaafden  
 zieh roemrijk in alle oorlogen en behaalden overwinning op overwinning;  
 zij  verhuurden  zieh,  gelijk  de  Zwitsers,  als  lijfwacht,  en  verwierven  
 bij  Mohammedanen  en  heidenen  een  grooten  naam.  De  godsdienst der  
 westelijke  volken  had  mede  iets  aantrekkelijks  voor  hen;  duizenden  
 gingen  over  tot  het  Katholicisraus,  de  godsdienst  der  Portugezen  en  
 toonden  in  alle  opzigten  daarmede  in  te  stemmen.  De  regering  liet  
 vrijheid  van  denken  en  handelen  toe,  elk  onderdaan  kon  gaan  waar  
 het  hem  best  beviel,  en  de  godsdienst  aannemen  welke  hem de beste  
 voorkwam.  Geen  andere  Staat in Azie  volgde zulke  beginsels.  ln Japan  
 beijverden  zieh  de  kleinere  vorsten  wie  den  keizer,  hun  leenheer,  in  
 verbreiding der  vrijheid  zou  overtreffen.  Vele  der  beginsels,  die  men  
 toen als grondslagen van het voortdurend bestaan des lands besehouwde,  
 zijn  later  in  Europa  algemeen  aangenomen.  —  Welke  verwachtingen  
 kon  men  derhalve  van.de  toekomst  koesteren,  en  hoe  waarschijnlijk  
 was  het,  dat deze eilanden krachtiger invloed op den Indischen archipel  
 zouden  uitoefenen  dan  ooit  Holländers  of  Maleijers.  Dit  was  echter  
 de  wil  niet  van  den  Heer  der  wereld,  Wiens wijsheid  die  afgelegen  
 landen  in  eenen  ondoordringbaren  sluijer  hulde,  dien Zijne hand thans  
 weggenomen  heeft.  —  Al  de  zeeroovers  werden  van  de  kosten  van  
 China  afgeroepen,  en  de  doodstraf  gesleld  op  het  wegzeilen  van  de  
 vaderlandsche  kust,  eene  verordening,  die  nog  heden  ten  dage  in  
 volle  kracht  is.  Alle  verkeer  met  vreemdelingen  werd  den  nieuws-  
 gierigen  inwoners  verboden,  en  de  eerstgenoemden  werden  slechts  in  
 zeer  gering  aantal in eene onbeduidende  haven  toegelaten.  Het  Katho-  
 licismus  werd  uitgeroeid,  het  heidendom  krachtdadig  uitgebreid,  de  
 wereldlijke  magt  geheel  toeverlrouwd  aan  Tai  ko  sa  ma’s  opvolgers,  
 en  de  vorige  vorst  der  Dai  ri  in  een  tempel  opgesloten,  om  daar  als  
 eene  levende  pop  zijne  dagen  te  slijten.  Er vloeiden  stroomen  bloeds,  
 eer  deze  nieuwe  orde  van  zaken  kon  ingevoerd  worden;  maar  de  
 dwingelandij  behaalde  de  overwinning;  hoe wonderlijk en onnatuurlijk  
 het  stelsel  ook  zijn  möge,  het  bestaat  onveranderd  tot  op  dezen  dag.  
 Het  buitengewone  in  deze  zaak  is,  dat  zoowel  de  vrijheidminnende  
 zeevaarders  en  kooplieden,  als  de  vorsten  van  Japan  zieh  in  dezen 
 toesland  schikten,  en  dat  de  Spaansche  monarchie  zoowel  als  de  
 Portugezen  het  zieh  lieten  welgevallen  in de dingen,  die zij  voor heilig  
 hielden,  gehoond  te  worden,  terwijl  de  Holländers,  die  toenmaals  
 groote  veroveringen  maakten,  tevreden  waren  met  slechts  als  ge-  
 vangenen  behandeld  en  in  hunne winsten  besnoeid  te  worden. — Zoo  
 is  Japan  dan  nu  een  gesloten  land,  dat  deze  gruwelijke  omwenteling  
 te  danken  heeft  aan  de  trotschheid  en  den  overmoed  der Portugezen,  
 en  aan  het  diep  ingrijpend,  zieh tegen alles  aankantend Katholicismus. 
 Voor  China  was  dit  eene  verandering  die  de  heilzaamste  gevolgen  
 had.  De  vrede  was  nu voor altijd tusschen de beide rijken gegroudvest.  
 In  plaats  van  hunne  jonken  in  de  havensteden  van  het  noorden  te  
 ontvangen,  voeren  de  Chinezen  zelven  naar Nangasaki  en  dreven  er,  
 gelijk  de  Holländers,  handel.  Geene  vijandelijke  vloot,  geen  onover-  
 winnelijk  leger  genaakte* van  het  oosten  de  grenzen  van  China;  de  
 opperheer  van  Japan  leefde  als  bestond  hij  in  ’t  geheel  niet;  de  be-  
 leening  en  schatting werden vergeten,  en de eilanders beroemden zieh,  
 dat  zij  onder  alle  naburige  volken  de  eenigen  waren,  die  hunne  onaf-  
 hankclijkheid  hadden  gehandhaafd.  Slechts  eens  weigerden  zij  den  
 Chinezen  den  toegang,  toen  zij  door  de  Man  tschuren  overwonnen  
 waren;  want  zij  beweerden,  dat  aan  lafaards  geen  verkeer  met  eene  
 dappere  natie  moest  toegestaan  worden. 
 De blijdschap over Tai ko  sa ma’s dood was  zoo  groot,  dat  de  keizer  
 niet wist  hoe  hij  zijne  tevredenheid  zou  uiten.  Men liet nu aan het volk  
 bekend maken, dat de Chinesche generaals groote overwinningen behaald  
 en  den  vijand  van  alle  kanten,  zoowel  te  land  als  ter  zee,  geslagen  
 hadden.  Om  den  schijn  eener  overwinning  na  te  bootsen,  werden  de  
 gevangenen,  waaronder  ook  eenige  bloedverwanten  van  Tai  ko sa ma  
 waren,  te  Pe  king  onder  de smadelijkste martelingen ter dood gebragt.  
 Nu rekende Wan li  zieh  in veiligheid,  maar  in  het  noordwesten  pakte  
 zieh een onweder zamen ,  dat  allengs  met  verpletterende  kracht  boven  
 China  losbarstte,  en  eindelijk  met  een  klaterenden  donder  den  troon  
 van  de  dynastie  der Ming  deed  instorten. 
 In  het  voorafgaande  hebben  wij  genoeg  gezegd  van  de  Niu  tsehi  en  
 Kitan.  Beide  stammen  verloren  zieh  even  als  de  Mongolen  in  de  
 onmetelijke  woestijnen  van  het  noorden,  of werden met  de  Chinesche  
 inboorlingen zoo  versmolten,  dat zij hunne nationaliteit geheel verloren.  
 De  eersten  vereenigden  zieh  natuurlijkerwijs  met  andere  nomaden,  
 voerden  andere  namen  en  vertoonden  zieh  somtijds  op  de  grenzen