
 
        
         
		volstrekt  geeu  slag  te  wagen,  maar  alleen  verdedigenderwijs  te  han-  
 delen.  Zoo  werd  de oorlog  gerekt,  totdat  de  oude  bevelhebber  hoorde  
 dat  al  zijne  bondgenoolen  hem  verlaten  hadden.  Deze  lijding  ging hem  
 door  merg  en  been;  want  zulk  eene  trouweloosheid  had  hij  van  zijne  
 landslieden  niet  verwacht.  Nu  zag  hij  zieh  genoodzaakt  om  langzaam  
 terug  le  trekken,  in  welk  voornemen  de  Man  tschuren  hem  niet  
 stoorden.  Toen  hij  weder  in  Jun  nan  aangekomen  was  en  al  zijne  
 droomen  van  oppermagt  verijdeld  zag,  werd  het  hart  des  grijsaards  
 door  kommer  verteerd.  Hij  werd  op  het  ziekbed  geworpen,  en  zijne  
 dagen  verstreken  onder  smartelijke  herinnering  aan  het  verledene. Hij  
 was  oud  en  welbedaagd,  en  toen  hij  zijn  einde  zag  naderen,  riep  hij  
 alle  Groolen  bijeen,  stelde  hun  zijn  zoon,  die  nog  een  kind  was,  als  
 zijn  opvolger  voor,  en  toen  zij  allen  den  eed  van  trouw  gezworen  
 hadden,  gaf  hij  den  geest.  Het  karakter  van  dezen  man  is  buitenge-  
 woon.  Somtijds bezat hij  eene onuilputtelijke  energie;  dan verroerde hij  
 zieh weder  niet  gedurende  vele  jaren,  en  plotseling  vertoonde  hij  zieh  
 andermaal als de verdediger van de vrijheid des vaderlands. Hij was bij af-  
 wisseling vrienden vijand der Tartaren,  getrouw en trouweloos aan  zijne  
 landgenooten,  sterk  en  wjtvak,  juist  300  als  zijne  luim  het  medebragt.  
 Met  zijn  dood  verdween  de  laatste  hoop  der  Chinezen. 
 In  Sse  Ischuen  was  de  magt der Chinezen nog zeer aanzienlijk. Daar  
 dit een  bergachtig  land  is ,  durfden  de Man  tschuren  geen beslissenden  
 slag  wagen,  en  de  patriotten  bleven  in  bezit  van  de  sterkste  vestin-  
 gen.  Maar  nu  hoorde  men  dat  de  vörst  dood  was,  en  het  leger  der  
 opstandeüngen  verstrooide  zieh  zeer  spoedig.  De Man  tschuren  trokken  
 dus  regt  toe  regt  aan  op  Jun nan  los  en  belegerden de hoofdstad.  De  
 jonge prins hield zieh lang staande en zijne  officieren streden wanliopig.  
 Zonder twijfel zou het Tartaarsche leger voor de muren zijn bezweken van  
 besmeltelijke ziekten en  gebrek,  indien de jonge Wu  san  kuei den moed  
 niet  verloren  had.  In  een  aanval  van  zwaarmoedigheid  verklaarde  hij  
 dat  alle  inspanningen  vruchleloos  waren,  en  slechls  grootere  eilende  
 over  de  natie  bragten.  Hij  verhing  zieh  in  zijne  kamer,  en  daar  men  
 totliiertoe slechts  gestreden  had tot behoud  zijner eigene, magt,  kapitu-  
 leerden  de  mandarijnen  oogenblikkelijk na  zijnen dood,  Dewraak,  die  
 de  Tartaren  op  deze  ongelukkige  stad  namen,  was  vreesselijk.  Al  de  
 leden  der  familie  van  Wu  san kuei  werden  nevens zijn  eigen gebeenle  
 naar  Pe  king  gebragt.  De  vriendelijke  en  vrolijke' Kang  hi  was  door  
 het  geluk  zijner  wapenen  in  een  dwingeland veranderd. De verwarnen 
 van  den  prins  werden  zonder  uitzondering op de smaadvolste wijze  ter  
 dood gebragt,  en daarmede nog  niet voldaan, liet de keizer zijne beende-  
 ren tot asch verbranden, en strooide die den vier winden  toe,  om  ze naar  
 elke  hemelstreek  te  doen verstuiven.  —* Dit  was onedel  en Tarlaarsch. 
 De  onderkoning van Canton had zieh intusschen in al zijne eereposlen  
 bevestigd.  Hij  was  een  groot  vriend  van  de  Europeanen  en  dreef  een  
 belangrijken  handel  met  de  Spanjaarden  en  andere  naties,  waardoor  
 hij  zieh  niet  slechts  verrijkte ,  maar vrii  wat magt en invloed verwierf.  
 Kang  hi  ,verbood  hem  dit,  niet  omdatliij  met  de  vreemdelingen  niet  
 tevreden  was,  maar  omdat  hij argwaan koesterde omtrent zijn dienaar.  
 Deze bekreunde zieh daaraan niet,  en onderhield ondanks het Tartaarsche  
 tegenwigt  een  groot  aanlal  troepen.  Nu  brak  er  een  opsland  uit  
 in  Kuang  s i,  onder  de  bergbewoners,  en  Kang  hi  beval  hem  de  
 afvalligen met zijn geheele  leger  te  overrompelen.  Hij  draalde  en  zond  
 ten  laatste  slechts  een  klein  korps  derwaarts,  lerwijl  hijzelf  naar  
 Canton terugkeerde.  «Dit  is landverraad,»  riep  Kang  hi  uit,  «zulk  een  
 man  mag  niet  langer  onder  mij  de  provincie  besturen.»  Aanslonds  
 vaardigde  hij  twee  zijner  getrouwste  hovelingen  met  de  zijden  koord  
 a f;  «geeft  deze  aan  den  stadhouder,»  zoo  sprak  hij,  «en  zegt  hem,  
 dat  hij  daarvan  in  uwe  tegenwoordigheid  gebruik  moet  maken.»  De  
 afgezanten  waren  zeer  sluw,  en  rigtlen  het  zoo  in  dat  zij  ’savonds  
 zeer  laat  Canton  bereikten.  Tegen  middernacht  begaven  zij  zieh  naar  
 den  generaal  der  Man  tschuren,  wien  zij met den  last hunnes meesters  
 bekend  maakten.  Deze  had  het  paleis  des  sladhouders,  eer de dag nog  
 aanbrak,  reeds  met  zijne  Tartaren  bezet.  Nu  spoedden  de  boden zieh  
 naar  het  slaapvertrek  van  den 'stadhouder, weklen hem,  en naauwelijks  
 had  hij  de  oogen  geopend,  of zij hielden hem  het keizerlijk bevelschrift  
 voor.  Hij  las  het  met  de  grootste  kalmte,  trok  zijne  staatsiekleeding  
 aan  en  verhing  zieh  in  de  audientiezaal,  zonder zieh  00k  slechts eene  
 klagt  te  laten  ontglippen.  Dit  was  het  loon  van  de  Man  tschuren  
 voor  zijne  verknochtheid  en  trouw,  toen  nog  geen  man  van  invloed  
 zieh  onder  hunne  vanen  had  geschaard.  Deze  daad  strekt  Kang  hi  
 tot  eeuwige  schände.  Maar  hij  was  niet  de  eenige  die  met  zijn  leven  
 boette.  Niet  minder  dan  honderd  officieren  werden  door  dezelfde  
 boodschappers  omgebragt,  omdat  zij  vooringenomenheid  met  hun  
 gestorven  meester  getoond  hadden.  Met  bloed  bevlekt  keerden  zij  
 huiswaarts,  om  het  hof  door  hunne  schandelijke  daad  in  verrukking  
 te  brengen.