
&
Behalve dat slierven paarden en kamelen bij gebrek aan voedsel, en
zelfs bet leger, dat naauwelijks zes weken gemarscheerd had, ontving
zijne mondbehoeften zeer karig. Kang hi gevoelde deze ongevallen zeer
diep, maar hij kon nu eenmaal niet terug, en daarom zocht hij door
vrolijkheid de zorgen zijner Soldaten te verdrijven. Er waren drie Euro-
peanen, die nooit van zijne zijde weken, en in zijne ledige oogenblikken
plagt de monarch een wiskundig vraagstuk op te lossen, of over de
inrigting van het leger in het westen te spreken. Ook ging hij, zoodra
men in de nabijheid van een rivier gekomen was, op de vischvangst
uil, en verdreef zijn lijd op de aangenaamste wijze. Hij zocht echter
tevens den Ealdan tot vrede te bewegen. Deze was van zijn kant
altijd beleefd, en toonde de grootste bereidwilligheid om de onderhan-
delingen voort te zetten, maar beschouwde de Chinesclie gezanten
slechts als spionnen, en beliandelde hen zeer gestreng. Reeds vöör
dezen veldtogt had hij een beroemd minister 4 onverhoeds op zijne
reis overvallen en hem met al zijn gevolg laten vermoorden.
Later hield hij een anderen gezant in een zeer eng dal ingesloten en
zond hem vervolgens onverrigter zake, half dood van honger, op de
smadelijkste wijze naar ^ijn meester terug. Een der Mongoolsche op-
perhoofden kwam nu in het kamp van Kang h i, verhaalde hem, dat
hij den Ealdan gezien had, die hem ernstig verzocht had tot hem
over te gaan, en hem verzekerd, dat meer dan 30,000 Russen hem
ter hulp zouden komen, om daarmede naar Peking te marscheren,
het land te veroveren en onderling te verdeelen. De keizer hoorde
dit gesprek zeer bedaard aan en zond loen een’ geheimen bode,
om den Ealdan eene prinses ter vrouw aan te bieden, als hij zieh
gewillig töt den vrede schikte. Daarbij kwamen later ook geschenken en
eindelijk eene uitnoodiging om in zijn kamp te komen, waar men
vriendschappelijk over alle voorwaarden zou kunnen spreken. De
Kalmuk gaf zijne toestemming tot al deze aanbiedingen; maar draalde
van dag tot dag. Indien hij een schrander generaal geweest was, dan
zou hij den keizer zeer diep in de woestijn gelokt en zonder slag of
sloot door honger overwonnen hebben. In plaats daarvan hield hij zieh
bij de rivier Kerlon op. Daar overviel de voorhoede van de keizerlijke
troepen hem onverwacht, versloeg, zoo als de generaal dezer voorhoede
berigtte, omstreeks 2000 man, en dreef het geheele Kalmuksche
leger op de vlugt. Men maakte eene overgroote menigte vee b u it,
hetgeen de uitgehongerde Man tschuren zeer te pas kwam, want zij
hadden sinds lang niets anders dan een weinig rijst ontvangen, en nu
konden zij weder eens aan gebraden schapenyleesch smullen.
Toen de tijding van deze overwinning tot den keizer kwam, was
hij geheel verrukt van blijdschap. Zoo iets had hij nooit verwacht;
het was zoo ongehoopt, zoo verkwikkend na het vorige bittere Ieed.
De monarch maakte de tijding in eigen persoon bekend, en offerde
ten aanschouwen van het geheele leger aan den Hemel, om dien voor
de verleende overwinning te danken. De terugtogt werd nu spoedig
aangevangen; men ijlde met buitengewone snelheid naar den grooten
muur , en de soldaat, die zijne torens in de verte ontdekte, sprong
van blijdschap; want duizenden zijner krijgsmakkers waren van honger
gestorven en hun gebeente bedekte de woestijn. Men ontving den
keizer in triomf, want het was zeer lang geleden sedert men den
vader des lands aan de spitse des legers had gezien. Te Pe king
heerschte zeer groote blijdschap; Kang hi was algemeen bemind, en
het heil des lands woog hem op het hart.
Zoo eindigde dan een veldtogt, die ontzettende inspanningen en
kosten eischle, en toch in de gevolgen zeer onbeduidend was. Zoo als
alles in China bij proclamaties geschiedt, vaardigde ook bij deze ge-
legenheid de keizer eene ernslige waarschuwing uit aan de stammen
in Ko ko n o r, om zieh door geene overredingen van den Ealdan te
laten verleiden tot het kiezen zijner partij. Volgens de officiele be-
rigten, was de vorst vernietigd, en een groot gedeelte zijner onder-
danen , wien men eene strook lands had aangewezen , leenpligtig
geworden; maar in de werkelijkheid sebenen dezelfde kabalen nog in
de woestijn te bestaan, die de magtige keizer reeds sedert vele jaren
had tegengewerkt. Wel trokken zij meer westwaarts terug en de Dalai
Lama zelf, zoowel als de koning van Thibet, werden daarin gewikkeld.
Het gedrag van den Ealdan zelven, zoo als de Chinezen het beschrij-
ven, was onverklaarbaar. Naauwelijks bekomen van zijne nederlaag,
zocht hij weder intrigues met vrouwcn en schaakte de gemahn
van een opperhoofd, waardoor een bloedige veete ontstond. Kort
daarna zwierf hij als gelukzoeker aan de vreemde hoven rond,
overal smeekend om bijstand en nergens den geringsten verkrijgend.
Maar toch bleef hij magtig en werd algemeen gevreesd. Dit was het
verhaal, dat de verspieders den keizer Kang hi deden, inderdaad was
de Ealdan, die het geheele Chinesche rijk trotseerde, geen avonlurier,
maar een listig, heerschzuchtig man, die door zijne onderdanen