
 
        
         
		zorgvuldigheid  poogde  hij  de keizerlijke  akademie op  le  heffen  en  door  
 nieuwe verdienstelijke leden  hären bloei te bevorderen. Om  de natie op  te  
 wekken tot bewondering van  talentvolle mannen,  nam hij  een aantal verdienstelijke  
 schrijvers in het Walhalla op en eerde  hunne  nagedachtenis. 
 Ondanks zijne bemoeijingen  bevond het  bestuur  zieh  in  diep  verval;  
 want er was gebrek aan bekwame mannen,  die  den wil, en de  kracht  be-  
 zaten  om  zijne bevelen ten uilvoer te brengen.  Van daar daalde het aan-  
 zien  der  Mongolen in  de  provincies  aanmerkelijk,  en  men  kon  zonder  
 moeite  eene  omwenteling  voorspellen.  Ook  waren  er  zeer vele  roovers,  
 die door de Soldaten niet beteugeld konden worden.  De militairen werden  
 bovendien  zeer  siecht  betaald,  en  de  keizer  verwonderde  zieh evenwel  
 over een  soldaat,  dien  hij  in lompen ontmoette;  toen  hij  onderzoek deed  
 naar de oorzaak van  dit verschijnsel, kreeg hij ten antwoord, dat het reeds  
 velejaren geleden was,  sedert deregimentenmonteringhaddengekregen.  
 Dit  ging  den  goeden  vorst zeer ter harte.  Ai ja  li pa li pa ta wenschle al  
 hetkwaad tegen te gaan doorhandhaving der wetten; maar daartoe hadden  
 zijne landslieden,  die de hoogste posten bekleedden,  niet  genoeg invloed.  
 Hij  had  zieh beijverd om zeer bekwame ministers aan  te stellen,  en zelfs  
 aan  een  vijand,  die  zieh,  toen  hij  nog  kroonprins  was,  woedend  tegen  
 hem betoond had, zijne eereposten laten behouden,  omdat hij meende dat  
 het  een  bekwaam  man  was.  Op zekeren dag wilde hij  een  tooneelspeler  
 tot  president  van  het  ceremonieel  geregtshof verheffen;  het geheele  hof  
 verzette zieh daartegen;  daarom  gaf Jin tsong toe, want hij wilde het allen  
 naar  den  zin  maken.  —  Ho  schi la,  de zoon  des overleden keizers,  die  
 oorspronkelijk tot opvolger bestemd was,  toonde zeer weinig achting voor  
 zijne  bloedverwanlen.  Trotsch  en  aanmatigend  zocht  hij aan het hof te  
 heerschen,  en gaf aanleiding totgrooten twisl en ijverzucht.  Om den vrede  
 in  het  paleis  te  herstellen,  benoemde  de keizer  hem  tot stadhouder van  
 Jun  nan,  de afgelegenste provincie van het rijk.  Maar  toen de prins, aan  
 het leven ten hove gewoon,  van zins was zieh  derwaarts te begeven,  spra-  
 ken  zijne  aanhangers  over  de  harde behandeling, die hij  ondergaan had  
 en spoorden hem aan omzijnrang en onafhankelijkheid ondanks het bevel  
 des keizers te  handhaven. Uit dezen strijd zou misschien een schrikkelijke  
 opstand  ontstaan  zijn,  indien  niet  eenige  officieren,  die den  keizer zeer  
 toegedaan  waren,  de  belhamels  terstond  hadden  gegrepen en aldus een  
 einde  gemaakt  hadden  aan  de  wanorde.  Naderhand  werd  de prins verbannen, 
  enSchutepala, de eenige zoon des keizers,  tot opvolger bestemd;  
 deze volgde zijn’ vader onder  den naam  van Ing tsong (1320). 
 De  regeringen  waren  zoo  kort van duur dat er niets goeds in het land  
 tot  rijpheid  kon  komen.  Hoewel  Ai  ju  li  pa  li pa  ta  een grooten roem  
 wegens zijne Verdiensten naliet, en zelfs als bemiddelaar tusschen het volk  
 en  den  hemel  op  een zeer hoog standpunt geplaatst was — want op  zijn  
 gebed regende het eens na langdurige droogte — eerden zijne eigene landslieden  
 hem echter niet, en men misgunde zijn opvolger Ing tsong den troon. 
 Een  zeer magtig Tartaarsch minister had zieh talrijke regten  aangema-  
 tigd,  en  met  groote  onverschilligheid meer dan eene wandaad gepleegd.  
 Zijn  naam  was  Ti  mu  tier;  aan het hof was niemand meer gevreesd dan  
 hij;  in  de  provincies hoorde men  zijn’  naam met schrik. Wee den onge-  
 lukkige,  die  hem durfde weörstaan;  zijn  ondergang  was  zeker.  Langen  
 tijd  hield  deze  Groote  naar welgevallen huis,  loldat  eindelijk  alle  cen-  
 soren  zieh  vereenigden en hem als landverrader aanklaagden.  De keizer,  
 verbaasd  over  de  misdaden die  hem  te  last gelegd werden, ontzette hem  
 aanstonds van  zijne posten, maar ontving weldra eene ernstige vermaning  
 van  de  zijde  der  staatsdienaren,  om  hem  ter  dood  te  veroordeelen.  De  
 minister  bezat  evenwel  eene  getrouwe vriendin in  dekeizerin, die hären  
 gemaal  met  tränen  smeekte,  om hären  gunsteling niet aan zijn  vijanden  
 op  te  offeren.  Het  verdroot  den  keizer,  dat hij niet tot een beslissenden  
 stap kon komen;  hij ergerde zieh over de gruwelen,  die onder zijne oogen  
 gepleegd werden,  en haalde zieh daardoor eene ziekte op den  hals,  waar-  
 aan hij  ook stierf. 
 De  kroonprins,  in  plaats  van  zieh over de troonsopvolging te bekümmeren, 
  bleef eerst dag en nacht aan het zi'ekbed zijns vaders, erl vertoefde  
 naderhand  weenend  bij  zijne  doodkist.  Hij  vermeed de groote uitgaven  
 der begrafenis en gaf daarentegen rijkelijk geschenken aan de armen, opdat  
 zij  hunnen weldoener nog lang in gedachtenis mogten houden.  Zulk een  
 vader was ook wel den algemeenen rouw waardig; want In tsong’s geheele  
 leven was eene aaneenschakeling van liefdedaden.  Slechls onder zulk eene  
 regering  h a d   e e n   booswicht als Ti mu tier kunnen optreden.  —  Daarom  
 waagde  hij  het  ook,  toen  de  jonge  keizer  Schu  te pa la in droefenis en  
 kommer verzonken was, gesterkt door het aanzien der keizerin, zieh weder  
 tot president van den raad te benoemen.  In de  eerste zitting veroordeelde  
 hij  zijne  voornaamste  vijanden, die hem wegens zijne wandaden hadden  
 aangeklaagd,  ter dood en liet het vonnis oogenblikkelijk voltrekken.  Zulk  
 eene geweldenarij vervulde het geheele hof met schrik; sidderend en bevend  
 hoorde men wederom  den naam van den magtige,  en het geheele bestuur  
 scheen weder  in  zijne  handen  overgegaan.  Maar Schu te pa la vermande