
 
        
         
		eindel.jk  overtuigden,  dat | $  verraderlijke bedoelingen  koesterde.  Toen  
 ontbood  hij  den  ondankbare  naar  de  hoofdstad  onder voorwendsel van  
 hem aan eene  prinses uit  le huwelijken; maar  hij wilde niet komen.  Een  
 hode,  dien  hij  naar  hem  had afgezonden,  werd met trotschheid ontvan-  
 gen  en eer men  er op bedacht was,  stond  hij  reeds met een  duchtig leger  
 te  Liao  tong.  Ganloschan  maakte zieh meester van  de oude hoofdstad •  
 spoedig  doortrok  hij  het  land,  zonder  ergens  tegenstand  te  vinden!  
 Siechts in  een slag overwon  een  Chinesche  generaal den rebel,  en.indien  
 Hiuen  spoedig gebruik gemaakt had van  de overwinning,  dan zon er nog  
 redding  mogelijk  geweest  zijn.  Maar  in  plaats  daarvan  volgde  hij  den  
 raad  van  trouwelooze  ministers, en  verliet onder  algemeene  betuigingen  
 van  medelijden  de  hoofdstad.  Alleen  de  kroonprins  bezat nog eenigen  
 moed;  hij verzamelde een aantal  getrouwen,  die leven  en  dood met hem  
 deelen  wilden;  zij  riepen  hem aanstonds  tot keizer uit  736, om  het Rijk  
 in de laatste stuiptrekkingen  le redden. 
 Hoewel  het land  onder Hiuen tsong’s regering veel geleden  had,  vooral  
 op  de  grenzen,  telde  het  toch  ten  slotle  321  steden van den eersten en  
 1338  van  den tweeden  rang,  en omstreeks 32 millioen inwoners.  Van de  
 staatsinkomsten  weten  wij  niets bepaalds;  ze waren  echter belangrijk. 
 De  vader  gaf zijn’  zoon,  dien  wij nu Su tsong moeten  noemen, gaarne  
 alle  magt  in  handen,  en  behield zieh slechts  het laatste besluit voor over  
 elke  zaak  van  gewigt.  Su  tsong  moedigde  ook de Soldaten aan om  zieh  
 dapper  te  verdedigen,  en  toen  eenige  officieren  spraken  van  overgave,  
 werden  zij  onthoofd.  De  bevelhebber  van  zekere  stad/ die  door  de  
 oproerlingen  belegerd  was,  had al  zijne pijlen verschoten.  Toen  plaatsle  
 hij  een menigte strooijen  poppen op de wallen,  waarop  de  vijanden mik-  
 len; aldus verkreeg hij weder  toereibende wapenen,  om in  den volgenden  
 nacht  een  uitval  te  ondernemen.  De  belegeraars  dachten,  dat  dit  een  
 looze  aanval  was  en  lieten  de dapperen bedaard  naderen.  Dezen,  door  
 vertwijfeling  bezield,  vielen  als tijgers  op de rebellen aan,  en versloegen  
 hen  geheel.  De  Türken  wilden  nu  het  Chinesche  juk  afschudden  en  
 deden  een  mval,  die  echter  mislukle.  Nu  kwamen  de  Tarlaren  uit  het  
 Westen  den  regtmatigen  keizer  ter  hulp  en  men  begon  weder  eenige  
 hoop  te voeden. 
 Gan loschan had inmiddels zijn  intogl in  de hoofdstad gedaan;  hij ver-  
 maakte  zieh  met  (je kunsten  der  gedresseerde  olifanlen  te beschouwen,  
 die  de  keizer  tot  zijn  genoegen  hield,  terwijl  zijne  spitsbroeders  als  
 razenden  huis  hielden.  Hij  meende  thans wraak  te  ktlnnen  nemen  voor 
 den  dood  zijns  zoons,  wien  zijn weldoener gedood  had,  toen hij van zijn  
 opstand hoorde.  Doch hij mögt de vruchten zijner trouweloosheid slechts  
 kort  genieten.  Aan  eene  zeer  pijnlijke  oogziekte  lijdend,  die  bijna  tot  
 blindheid  overging,  was  hij  dikwijls  zeer  barbaarsch  jegens  zijne offi-  
 ciereh,  en verloor op die wijze zijn’ eenigen steun om  de geroofde landen  
 te  bewaren.  Toen  schonk hem  een bijwijf eenen  zoon,  dien  hij tot zijnen  
 opvolger  wilde  bestemmen.  Deze  terugzetling  was  voor  den  oudsten  
 prins  ondragelijk;  daarom  verbond  hij  zieh met eenige kamerlingen om  
 zijn  eigen  vader  te  doen  vallen.  Bij  nacht  slopen  zij in zijn vertrek en  
 doorstaken  hem.  Dus  was het droevig  uiteinde van  den valschaard. 
 .  De  dood  van  den  overweldiger  bragt eene zeer groote verandering in  
 den  oorlog  te weeg.  De  Cbinezen, met nieuwen  moed  bezield,  behielden  
 de overhand in vele veldslagen, maakten zieh weder meester van de hoofdstad, 
   en  dreven  den  vijand  naar  een  hoek  van  het land  terug. — Men  
 handelde  evenwel  trouweloos jegens den aanvoerder der muitelingen,  en  
 deze  woordbreuk  hield  hem  terug van de overgave.  Maar  hij wilde den  
 vadermoorder  niet  langer  gehoorzamen;  de  zoon  van dezen prins over-  
 viel met zijne lijfwacht zijnen eigen vader en vermoordde  hem. 
 De  oude  keizer  leefde nog.  Door  trouwhartige goedheid won  hij aller  
 genegenheid.  Toen  fluisterde  een minister van Su tsong  zijn’ heer in het  
 oor,  dat er uithoofde van de groote liefde des volks tot den oude zeer gemak-  
 kelijk eene omwenteling bewerkt worden kon. Daarom bragt de keizer zijn’  
 vader  naar  een  ander  paleis,  waar hij  afgezonderd  van de wereld zijne  
 dagen  sleet.  De  ongegronde achterdocht  trof het hart van  den grijsaard;  
 hij slierf van verdriet, omdat zijn zoon hem voor een opstandeling gehouden  
 had.  Dit ging den monarch zöö ter harte, en de knagingen van zijn gewe-  
 ten,  dat hij een’ hoveling gehoor had gegeven tegen  zijn vader, waren zöö  
 folterend,  dat hij  kort daarop  zelf ten  grave daalde  (762). 
 Dezelfde minister,  die de  schuld hiervan droeg, verklaarde in  den aan-  
 vang van Tai tsong’s regering,  dat hij alle zorgen  des bestuurs zelf op zieh  
 wilde  nemen,  en  dat  de  jonge  keizer  zieh  moest vergenoegen met de  
 opperheerschappij  des  Rijks.  De  vorst  gaf  geen  enkele lettergreep ten  
 antwoord;  om  zijn  tegenzin  te  verbergen,  verhief  hij  den  eerzuchtigen  
 staatsman  tot  groote  eereposten.  Dit  deed  hem  hartelijk  genoegen;  hij  
 werd  nu  nog  aanmatigender;  maar  op  zekeren morgen Vond men hem  
 met afgesneden  hoofd en  hand in  zijn  bed, zonder dat men de daders kon  
 opsporen.  Na  vele  veldslagen  en  verwoestingen  neigde  ook de opstand  
 ten  einde,  wanl  de aanstoker en vadermoorder werd  zoozeer in het naauw