llBoek. XXXVI. Hooftft. AMBOINSCHE KRÜYDBOEK.
carum ilium undigue ambiunt, quidam etiam ilium
vocant Lemon Papua h. e. Limo Crifpus, ex forma
crifpörum crinium, quibus Papoënfes gaudent ; alii
autem Lemon tay Ayayn. h. e. fimura gallinaceum re-
ferens Limo, ex forma, quam æraulatur, adl gleba
foret concreta ex fimo gallinacep; Ternatenfihus di-
citur Djuru purrut.
Locus. In Celebe occqrrit, ac fere in omnibus Am-
• boinçe infulis, uti quoque in Banda , ubique vero non
frequenter, fedrara.
Ufus. Horum Limonum cortices plurimum funt in
ufu, qui raduntur, ac cum pauxillo âquæ commixti
inferviunt’ capiris frwftioni, quum an tea alia qua>
cunque re fuerit ablutum & deparâtum , ad fdrdës
porrodetergendum,atquecapillitio bonum concilian-
dum odorem; S.uccus ejus acidusraro incibis, fed plurimum
ad tingendum adhibetur, quern in finem acer-
rimi eliguptur Ljraones: Qqidam etiam höc fucco caput
& corpus*ftiiim lavant, fed liis male cedit, qùûm
acrimoniafua cutim arrodat, præfertim fi Sol radiis
fuis iïlaip tangat, pilorumque radices inde vacillant,
ac deftruuntur. Recens ejus cortex eamium juri iti-
dem incoquitur, ac faecnaro etiam condiri poteft,
uti & ifte Limonis Martini ci, fed hoc raro fit.
. Tertia tuheroforum Limonum fpecies eft LimoCu-
ratnas, qui folia gerit minora, quam in pratcedente,
cæterum ipfius roliis fimilia,.<Sc exduabus inprimis
conftrufta partibus, atque fere conveniunt cum illis
Limonis Maas didti, fed eorum pars cordata major eft,
friiftus autem Limonem Marcinicum æmulantur tara
magnitudine, quam forma, hi autem ita irregulariter
rotundi funt & difformes, cum tuberculis & nffuris a-
deo obfeffi, ut nulla ipfis vera tribui poilît forma,
plurimum vero longiores funt quam lati, prope per
dunculum coar&ati. Plerumque colorem gerunt ob-
fcureviridem, inelegantem, velex fufeo viridem, tandem
vero quædam m ipfis apparent maculæ flavefeen-
tes, funtaue porro rugofi, tuberculis undiquè obfeffi’,
fed tubercula hæc non ita protuberant quam in
Limone Purrut : Caro interna eft alba & ficca, ex
variis minoribus grandis conftans inftar pediculorum,
nec ita fuccofa eft ac Limo Martinicus , licet enim
penitus fit matera , ficca tarnen eft, ac paucum dat
iuccum penitus acidum; Corticis odor eft fortis,nec
ita jucundus, quam in Limone purrut, immo quafi
hircinus, talem & folia Ipirant odorem.
. Officula feminalia funt oblongatenuia, gracilia, &
rugofa, ab una vero parte gerunt quafi caudam, quæ.
explurimis venulis componitur, quibus adhærent in-
termediis pelliculis : -Rami fpinis undique obfidentur ,
quæ in majoribus brevifiimæ evadunt ramis.
Nomen. Latine Limo Unguentarius di&usjuxtaMa-
laicenfe L oto Cur amas, ab odorato unguento, quo corpus
illinitur, quod contrites hujus cortex quoque in-
greditUfii; r;,,
Locus. In Amboinæ hortis filveftribus crefcunt,
variisque in pagis plantantur, fed parum notæ funt
hæ arbores.
Ufus. Hujus fpeciei nil nifi cortex in ufu eft, qui
ifto mifcetur unguento contrites, quidam autem hoc
caput fricant poll ejus lotionem, uti de præcedenti
Limone Purrut fuit difrum, hujus autem odor natio-
ni noftræ minus placet, quum fit ingrates, unde &
etiam non mdtum ab incolis æftimatur, alii autem
præférunt, de majori cum effedfcu utuntur ejus carne
ficcadn aqua macerata, qua caput lavant, quæque
optime fordes & mucum detergit.
EXPLICATIO
1‘abuU Vigefima Sexta,
Cujus Kg. I. exhibet ramum Limonis tuberoß fen Lemon Mar-
*/* Rumphio diâi.
ftgura i. ramum Limonis ventricofi, feu Lemon Purrut.
Figura 3* ramum Limonis Peri , feu Lemon Sivangy.
10 3
ken rondom baar hangen* zoinynige noemenze Leraon Pa-
pua,. dat is , Ljrno Crifpus, na de gedaante van de gekrulde
baairen der Papoeen: Andere Lemon tay ayam,
dat is boender drek-Lemenm, van de gelykenijfe van een
klomp boender drek op malkander gepakt: Op 't Temaats
Djuru Purrut..
' Men vindze op Cetebei', en bykans in alle <k
Amboinfche eilanden, als mede in Banda, voor ders overal
niet veel, maar weinig.
Gébruik. De fcbellen van déze Lemoenen zyn'méejb
tn gebruik, dewelke men rafpt, en mei een Weinig water
gemengt, bet bpoft daar mede vryft, als men bet te vooren
•met eenig ander goet gewajfen beeft, en bet welk devui-
ligbeit dan af neemt, en vervolgens de baairen een goeden
reuk geeft : Het mure-zapwerd nietveel inde kofb, maar
meefi tot verwen gebruikt, waar toe men ook de fcherp-
Jie Lemoenen ppzoekt. Zommige wdffcben bet popft en
lyf ook met dit zap, doch die, varengemeenelyk qualyk
daar door, om dat bet door zyn jcberple de buit opbyt,
C inzonderbeit als 'er deZonne opfchynt) en de wortelen
des baairs. los nuiken. De vejfóbe fcftel werd Sof. by
vlees-zop gekookt, en men kanze niet ztuiker confyien, als
mede die van Lemon Martyn, doch dit gefebied zelden.
3. De derde zoorte van de bultige Lemoenen ts de .L t-
mon CuRAMAs, wiens bladeren kleindèr zyn, dan de voorgaande
, anderzints dezelve.gebyk, en van twee déelen gemaakt
, komende met die van Lemon Maas bykans over-
een, döcb bet bert is grooter, de vruchten zyn de Lemon
Martyngelyk, zo aan grootte als gedaante, docb deze zyn
zo ongelyk ront, en ongefcbikt, met bulten en klóoven bezet,
dat men baar geen régt fatzoen kan toefebryven. Zy
zyn gemeenelyk langer, dan breet, by den Jieel wat toe-
fmallende, of fmal toelopende. Zy blyven meefi lelyk
. donker-groen, cf graauw-gr oen, doch ten laaft en wer-
denze op eenige plekken ofplaatzen wat geel, voortsgants
rimpelig , en over al met pukkeltjes bezet, maar die bulten
builen zo niet uit, als die van Lemon Purrut, bet
binnenfte merg is wit en droog, befiaandeuitenkeldekleine
korrels, als luizen, zo zappig niet, als de Lemon Martyn,
want al werdenze geheel ryp, zo blyveme evenwel
meefi droog, weinig zap gevende, en dat dok geheel zuur
is , de reuk van de fcbelle is fterk, en zo litffelyk niet
als die van Lemon Purrut, ja wat boekachtig gehkook
de bladeren. ° J >
De zaat-korrels zyn lankwerpig, dm , mager, en ge-
rmpelt, hebbende aan 't eene einde een fiaartje of adertje
s, waar mede zy aan de middelfievlieskensvaftbangen,
de takken zyn vol doorens, die aan de oude zeer kort iyri.
Naam. In 't Latyn Limo Unguentarius, na ‘t Ma-
leytfcbe Lemo Curamas , van een welriekende zalveï
waar mede men 't liebaam beftrykt, Waar onder deze ge-
vreeve fcbelle mede wort gebruikt. • ■
Plaats. Zy waffeben op Amboina in de Bofchtbüinen,
en werden in de Negoryeh geplant, doch Zyn weinig bekent.
’ -»gBP • < - 0
Gebruik. Fan deze zoorte gebruikt men niets, dan de
fcbelle, om onder de voornoemde zalve tevryven, dan
zommige gebruikenze ook, m bet hooft daar mede te vry-
ven na 't waffeben, gelyk de voornoemde Lemon Purrut,
docb deze reuk is voor onze Natie moeyelyk, en onaangenaam,
gelykze ook zelfs by de Inlanders niet veel geacht
werd, andere doen beter, wanneer zy bèt drooge vlees
van de Lemoenen een weinig in 't water weeken, en
daar bet booft mede waffeben, nadien bet devuiligheiten
't fineer zeer wel af neemt.
UYTLEGGING
Fan de z.es en fwintigfte P laa t,
Waar van de eerfie Piguur aanwyft een Tak van de Limo t&-
berofis, of Lemoen Martyn van Rumphitts genaamt.
De tweede Piguur een Tak van de jJmo ventricofus of Lemoen
Purrut of Buik-Lemoen.
De derde Piguur een Tak van de iVilde Lemoen, Lemoen
Swanggi genaamt.
OBSER