E x corticis deco&o quidam votnitorium prteparant, ren gequelt; van betafkoökzeldergem. ftborfeweten zommi-
cuius largus hauftus bibendus èft. g ■ • ge ookeenjpouw-dranktoe te bereiden; maar daar van moet
men dan al een redclyke teug 't effens innemen.
Pifcatores hujus corticis fucco funes ac retiaobli- De vijfersbejlrykenookmet bet zap van deze fcborfebaare
niunt, ex quibus tragulas formant, quod alias ex vijlynen en bet gaaren, daarze bun werpnetten van maa-
Roffu cortice fit: Cumque glutinofo hujus eortids ken, gelyk men anders met defcborjj'e van Roffu doet: en
fuccO, pauxillo aqu$ commixto, mifceri pofluntiicca met bet kleverige zap uit defcborjj'e, een weinig water daar
quidam pigmenta, uti pulligo , limiliaque, quibus onder gedaan zynde , kan men ook eenige drooge verwen
colorem obducunt ligno, pifcatoriis retibus & c :a t - mengen, gelyk alszwartzel, en diergelyke, om daar mede
que prater hsec omnia in Hort: Malab. Tom. i. Fig. te verruwen of koleuren eenige bout-werken, vijlynen *
51. de Turia arbore infuper alia notantur, ipfiqué ie- en boven dit'alles wert in Hor,to Malab. Tom. i.Fig.
qüentes tribuuntur virtutes ; quod ex ejus partibus 51. vandenTmi-boom mg al meergezegt, en bem dena-
(foliis • forte) decotto praparato , & cum Calappi volgende kragten toegefcbreven: dat zynde uit zyne deelen
oleo mixto, Podagra dolores mitigentur, fi ho cpe -' (imjfcbien bladeren) een afIwokzel gemaakt, en met Calap-
des laventür ;• radicem. vaccarum urina mixtam ac pus-olye gemengt, bet zelve het podagra komt teftillen,als
tumentibus-oedematofisque artubus obdu&am illos cu- men depynelyke leeden daar mede baat: dat de wortel,met
rare dicunt; corticis decottum propinatum conducere in koeye-üryn gemengt en overgeflagen, de'gefwollene en zug-
vaviolis; foliorum fuccum naribus attrattum bonum efie tige leeden geneejt , dat bet afkookzel van de fcborfegoetis
quartanis, aliisque invcteratis febribus, quod inftitui- gedronken in de kindef-pokken; dat bet zap van de bladeren,
tur , fi paroxysmus febrilis incipiat; fojiorum infuiio- in de neuze getrokken,.belpt in de vierdendaagze enverou-
nem potatam tenacia fputa biliófosque depurare hu- derde koortzen, gebruikt wordende als dezelve aankomen;
mores: fricataque folia afliimpta vertigini conducere dat bet afzietzel der bladeren gedronken, de taayefluimen en
& Cholera ; 'foliorumque fuccum oculis inftillatum galagtige .humeuren purgeert: dat ook zyn geftoofde blade-
nubeculas ac caligines oculorum tollere , vifumque ren goet zyn tegens duizeling, en ’t bort: en dat bet zap
reftit-uére. - > : van.de bladeren in de opgen gedaan, de nevelen of fcbeme-
.; ringen verdryft ,■ en alzo bet gezigt.berfielt.
Tdbuld Septuagefima Sexta DeSes- en Seventigfie Plaat
Ràmum exhibet Turia:, feu Emeri Siliquis glabris , ubi.Lkt.
A. Ejus florem naturali exhibet magnitudine.
B. Vero fruttus feu Siliquas.
In Rumpbii AuFtuario, Capite 67. T o e r i -M e r a ï
defcribitur.
Toeri-Mera minor ac humilior arbor e ft , guam ilia;
libr. 1.cap. 64. fupra defcripta, fed coma ejusatquefolia
iunt denfiora: Foliorumque rachides anfte fibi fine
ordine opponuntur, pedem circiter longa .jmveftitæ-
que plurimis foliorum paribus, plurimis directe oppo-
fitis, viginti nempe ab utraque parte ; aliqpando in-
pari extremum claudente, aliquando nulio:. Folia ;hac
leu pinna funtoblonga,angufta, minores alterius fpe-
ciei j digiti articulum long a , v ix unciam latal,-palhde
virentes., flaccida, ac’vix notabilibus coftis diftinâa:
E x foliorum rachidis parte inferiore fell ejùs alapetio-
lus lignofus excrefcit, in binos fefe dividehs minores,
quorum .quisque ingentem gerit florem, paulo mino-
rem quam pracedentis ; qui ex quatuor.componitur
petalis, quorum maximum retrorlum refleftitur, forma
reliquorum papilionaceorum florum feu filiquofo-
rum, reliqua'bina ac minora petala.ad latera locantur,
quartum .complicatum e ft, acii,duplex foret folium ,
çymbaformé, & in longum extenditur.cornu, quod
fupra fupremum refleftitur petalum , fine notabilibus
in ternis ftaminibus , floris color eft rubeuspurpureo
mixtus. ; ifingulo flori fuccrefcit longa, tenuis, filiqua,
fesqiiipedem circiter longa, ultra, calamum lata, fupe-
rius -.tenuiter acuminata, in . artieulos diftinfta., - quo-
dammodo. quadrata, fed bina latera latiora funt binis
aliis. Infus continentur femiiia feu legumina. oblonga
longitudinaliter locata, primo viridia , dein nigra . &
glabra.,"faporis inftar reliquarum fabarum.
. Tabula Septuagefima Septima
Vertoont een Tak van de Turie-Boom , alwaar Lett.
A. Deszelfs bloem in zyn grootte.
B. De vrügt-peulen aanwyft.
De Toeri-Mera-boom-wert in bet Auftuarium van Run>
- phius. Capit. 67. aldus befcbreven.. ;
: •Toeri-Mera is kleinder van boom, dan de Ibitte boven
libr. i. cap. 64.- befcbreven, dog digter van kruin en loof.
De bladtdrogende ryskens Jiaan digt onder malkander zonder
order., omtrent een voet lank, bekleet met twee ryen. bladeren,
mee f t regt tegen malkander, of een weinig vejfcbil-
lend; met• 22. aan eenes zyde,- zqmtyds met een vooruit,
zomtyds. niet. Zy zyn lankwerpigfmal, kleiner dan die van
de Ibitte zoor te.,-een Udt van een vinger lank, en fcbaars
een bant-breedt, bleek-groen, flap,en zonder kennelyke ribbetjes:
uit de fcl/oot van de agterfté ryskens komt een bout-
agtig'fteeltje voort, die zig in twee verdeelt; yder dragende
een groote. bloem,. wat kleiner dan aan bet Ibitte. Zyis
gemaakt vanvier bladeren, waar van bet groótfte zig ag-
terwaars kromt, na de manier van alle bonen zoorten; de
twee andere en kleinere f t dan ter zyde: bet vierdè is gevouwen
als eendubbeld bladt of fcbuytje, en bekleet met een lange
hoorn,Pt welk zig over bet agterfte bladt omkromt, zonder
andere draadên van binnen; de. cóleur is rood na ’t peerze
trekkende : op'yder. bloem volgt eén fange Jmalle bouwe, omtrent
een en een balve voet lank, en ruim een fcbaft breedt,
met een lange fpits ,:Vooran eenigzints vierkantig , de twee
zydenzyn breederdande andere.; binnen leggen inde lengte
lankwerpige boontjes, eerft groen, daarna zwart englat,
van fmaak als andere boonen.
De Seven- en Seventigfte Plaat
Ramum exhibet Turiæ Siliquis articulatis , quæ Toeri-Mera Vertoont een Tak van de kleine Turia, Toeri-Mera genaamt.
vocatur. ;
OBSERVATIO. AANM ERRINGE.
Minor hsc Turia; fpecies, Toeri-Mera difta, eadem efl
planta, quam in Tbefauro no ft r o Zeylanico éxhibuïmüs , ubi
nobis dicitur Emerus Siliquis geminafis ,, longiffimis , qu®
Tab. 41. ibi exafte delineata eft, fed in Rumpbii figura fili-
qu® dependent, quod magis vero_fimilc videtur, floresque
rariores ac breyioribns ex petiolis dependent, pinna; Ibi
etiam funt frequenttórès, quum noftr® plant® fint rariores,
remotiusque locatienatalis forte ac diverfiis locus varie-
tatern hanc caufiat, atqué uti in Herb. Hart. inveni plantam,
delineatam earn curavi, ubi- vocabatur Senna Z$yianica, ar-
borefcens, filiqua lóngifluna: illaaütem, quzé in Hort. Mar
lab. part. 6. Tab. 27. nomine Eedangu defcribitur, eft eadenl
qrbor,
Deeze kleine zoort van Turia, Toeri-Mera gehaamt, is dezelve
plant, die ovy in onze Thef. Zeylan. befcbreven, en op de 41. plaat
verbeeldt hebben, akoaarze Emerus met twee zeer lange bouwen
genaamt wert, dog in de figuur van Rümphius bangen die neerwaarts
, bet geen ook waarfcbynelyker is, en de bloemen zyn ook
minder en op korter Jleeltjes verbeeldt , de blaadjes zyn meerder dan
in onze plant, die minder en wy der van elkander Jiaan , welk on-
derfcbeit mogelyk de verfcbeide lugt en gront te wege brengt, want
zo als ik de plant in bet kruydboek van Hartog gevonden héb, is
ze naauwkeurig verbeeldt, en wert van bem genaamt Zeylonjcbe
Senne-Boom met zeer lange bouwen: die geene, dewelke onder ac
mam van Kedangu in bet zesde deel van de Hortus Malab. 1 at>>
27. bt
T&7W.I.