k.XXXUI.Hoofdfi. AMB O I NS CHE KRUYDBOEK. I 3 J
XXXIII. H O O F D S T U K .
Swarte Jamboes-Boom.
HEt tweede gejldgte van de Jamboezen is , 't gene
dat dónker-rootte vrugten draagt, 'en van de Avi-
boineefeh Qdog qualyk) voor een wilt gejlagt gere-
CAPUTTRIGESIMUM TERTIUM.
Jambofo nigra: Jambus Itam vel Utam.
SEconda Tambofc fpeeies eft , qua: obfcure ruben-
tes eerie früftus, atque ab Ambomenfibus, fed
male, pro filveftri habetur fpecie, quum arbo-
^ J S S . in jbrtinT nooric pagis nnrnon » nlnntentur.plantentur / nec nee laste la te protaSfon,
pro- kent werd, om dat die hoornen in barenegoryennietwer*
res . Truncus multo altior eft pracedentis ar- den geplant, of met wel en willen aarden: den Jlam is veel
germinenc. noftrarum Juglandum, cor- hooger'dan de voorgaande, te weten als die van onze
bons trunco, mttai tere noitrarg ^ g |U g H & M H M H M * 0 g f | gIadder, de takken langer, ook
o r , iami fed in- wat meer «bytgifprcyi,
«fMAmwt 0"i krom: de bladeren zyn mede
l"BCKUrvl. nj- neccd,1é-n3ti s, fne squ_ •i£p_e_die_m_l _l_o_n_g„a , Jd,aunans aollli - nmnna+ Ilrainn nguerr amm jmlnia.nlld/leprr dan die van de tamme, te we-
S^ndo (mthamas longa, mahum lata, fuperius ion- ten een en een half m e t, zmtyts twee fpamen tank,
» ,.m o M m magis angufte definentia, een handt kreet, mm moren met een lange,JpitJc , en
i petiolis * Colt® transverfales naar agteren allenxkens fmal toelopende, en Jtaande op
ad 01» quoque-in arcus concurrunt, . non ita ob- to r * * n ' * P * P ! ! ^ * * £ * &
frlire virent base folia quam domeftic®, fed magis laste ten met beogen fzamen , mn verwe zynne noo l
ï ï „er paria iridem opponuntur, binaque paria groenmet als de tamme, maar wathgter, zy ftaan ook
S H fuut- petioli plurimum funt rotundi, flores twee en twee regens malkander, met baar meren een
drnr inftar prascedends, fed ftamina funt longiora, fcbuyns kniys mankende, en de ryskms zyn meefi mm:
rubentis coloris , fruftus etiam fub flori- bet bloeyzel i s , als .dat mn de voorgaande, dog ie draa-
h n ortum fuum ducunt, duo, tres, quatuorve fimul den zyn wat langer en hoger van colour, de vrugten
^ mrramidalibus feu pyriformibus nodis, in quo- wajfen ook agter bet bloeyzel, twee, d r ie ,en vier by
“ PL m o ampla erigmir corona, atque in illorum malkander, wytptramiakofpeers,gemeJmopm,iaar
centro longum extenditur filamentum , quod peril- aan ydereen breedskracnflaat,en m de midden een lange
n t licet frudtus maturefcant. Fruftus adultus & iraat, dewelke ook daar op blyft, al zynze al ryp: de
nèrfedtus pvriformis e ft, majorque prscedente, e x - vrugt, in baar mlkmmbeyt, beeft ie gedaante van eln
r M f f lM M rugofus , ac tam obfcuri coloris, ut groote peer, en isjok greater dan ie voorgaande, vanbuy-
e longmquo nigncans appareat, intermix» tarnen ton een weymg genmpelt, enzaoboog-root van Colour, ■ HI colore inftar maturorum Mororum , vel daze van verre wel fwart fcbynt te wezen, dog met een
mi in Europa certa obfcure rubendum pomorum tujfcben-fcbyneni purper, als rype moer-bezien, of gelyk
fnecies Latme Mala rubellana d ifla, Belgis fool-ap- in Europa een raker flag van imker-roode appelen , m
E . Sub tenui pellicula albiffima ac fuccofa repen- -tLatjinMalarubelliana, ca fry de Duytjcbcn kool-appcl
tnr' caro ad oras parum rubens , in -medio conti- genaamt: onder bet dunne vhesken leyt een zeer wit en
neus maanum , inSqualem , dnereum , & ficcum zafpig vlees, aan de kanten een. weymg rootagtig, en m
nucleum, q u ia carne feparatus e f t : Horam fru- de midden hebbende een groote, oneffene, graauwe, en
ftmmfaDor , ft bene maturi fint, tam gratus vmo- inogekorrel, die van bet vleefib meefi los is: zynde de
fe cue eft ut multorum iudicio domefticos antecel- fmaak van deze vrugt, wel te verfiaan ie gene, die baar
lat Heem funt multo mplliores fuccofioresque, fi volhmene rypbeii lebben, zoo aangenaam enwynagtig,
edantur nec tam facile dentes hebetant, fed fad- dutte ma bet oordeel van veele, ie tamme daar m ko-
lius putrefcunt, nec tam diu affervari poffunt, quum men te overtreffen, immers zy .zyn vry wat zappiger en
eorum caro fit mollior inter edendmn rofarum odor zugter in 't earn, en bederven zo ligt de tanden met, maar
etiam detegitur. zy verrotten ook ligter, en kunnen zoo lange niet bewaart
• 6 ' werden, om datze weeker van vleefcb zyn; en onder bet
eeten zo wort men daar aan ook de geur vanroozen gewaar.
Huius arboris lignum durius eft domeftics, crafiis Het bout is wat barder als dat van de tamme, grof-
conftans fibris, fique ficcum fit, cinerei eft coloris, dradig, en als betbefterft, wat naa den gr aanwen trek-
ufui mechanico autem non infervit. Radices quo- kende, dog tot geen timmerwerk gebruykelyk : de worque
funt craffe ac profunde terrte infix®, htecque telen zyn mede robufi, en diep in de aarde; en dit ge*
fpecies apud Amboinenfes magis vulgaris eft pra- Jlagt is by de Amboineefen veel gemeender dan de voorn.
cedente domeftica, earn autem non plantant in ar- tamme, dog zy en planten hem met in bunne negoryen,
vis fed in hortis filveftribus, in quibus latius qüo- mapr wel in baare bofcbtuynen, daarze ook veel beter aar-
que progerminat. Anni tempus, quo floret, eft idem den willen: baar bloeytyt en zcvyzoen is als de tamme:)
cum domeftica. Plurimumque, uti de pracedente di- wordende meefi, gelyk als van de tamme is gezegt,
&um fuit a vefpertilioniDus propagatur, qua nu- voortgeteelt door de vleermuyzen, welke die korrels door
clcos cum’ ftercoie hinc inde dispergunt. den afgank bier en daar in de ruygte laten ncdervallm.
Nomen: Latine f ambo fa nigra, Malaice Jambo Utan, Naam: In't Latyn Jambofa nigra; IntMaleyts jamquia
plurimum in filveftribus hortis & agris crefcit, bo Utan, dewylze meefi in ’t velt, en in de bofcbtuynen
alioquin jambu Itam h. e. Jambofa nigra, apud alias waft, anders Jambu Itam, dat is fwarte Jamboefen,
autem nationes idem cum pracedenci fervat nomen, dog by andere natiën beboudenze meefi den zelven naam
atque a quibusdam cognominatur magna,,& ab aliis als de voorgaande, werdende van zommige de groote, en
nigra: Amboinice Layn vel Ruttu Layn. In Lev.ti- van andere de zwarte bygenaamt, in 't Amboins La yn, of
mora montibus Ruttun Oar h. e. Jambofa podicis, Ruttu-Layn: In ’J gebergte vanLeytimor Ruttun Oa.r, dat
a figui-a umbilici fruftus. w Jambofa podicis van de figuur der vrugt in de gedaante
van een Navel.
Locus : Invenitur in orientalibus infulis frequen- . Plaats: Men vintze in de oofterfebe Eylanden wel zoo
tins quam in occidentalibus, in Baleya enim incoghi- veel als in de weftelyke; want op Baley ijfe onbekent, en
ta eft, atque in Celebe circa Macalfaram rara e ft, uti op Celebes omtrent Macaffar maar weynig, als mede op
quoque in Java&aJiis India partibus: Obfervatum eft, Java, en andere deelen van Indien: men beeft ook erva-
fi hujus pracedentisque fpeciei arbufcula transplan- ren of bevonden, dat als men deze en de voorgaande boomp-
tentur , ofilcula feu nucleos deminui, fruftumque jes verplant, dat dan de korrels kleynder werden, en aan
copiofiori inpleri carne. de vrugt meer'vleefcb groeit.
Ufus: Fruftus plurimum crudi comeduntur ad fto- Gebruyk: De vrugten worden meefi raauw gegeeien
machum refrigerandum & refocillandum , funt ita- om de ma'ge te verkoelen, en te verquikken, en zyn dier-
que hifce in regionibus grati c ib i, fed bene maturos balven in deze landen een aangename fmeperye, maar
elïe oportet, quod cognofcitur, fi taftu mollefcant, zy moeten wel ter degen ryp zyn, waar van bet teeken
exteridrque pellicula hinc inde leparetur, quidam il- is , alsze in ’t aantafien wat week fcbynen, en dat bet
los adhibent friftos cum vino & laccharo .uti prace- bovenfte vliesken hier en daar wat afgaat, zommige ge-
dentes. Trunci lignum , fi bene fit ficcum, foco op- bruykenze mede om met wyn en zuyker te ftooven, even
time infervit , fub fuccofo enim cortice pinguedo als de voorige : bet bout van den Jlam, als bet droog
quadam latct, qua in ficco optime detegitur figno. is, geeft goet brandhout : want onder zyn zappige fcborjfê
„ H a c Q 3' 1 , beeft