/, Bock. LiXK. Hoofi fi. AMBOINS CHE K R U Y D ß O E L
' hor qua? fupra Cap. 64. nomin.e Turia deferipta eft, & in 27. I/efcbreven ftmt, is dezelve, welke loven Capitt. 64. onder de
arb.7„\AHnrt.malab.Coï'utea nam van Türia le f ebreuen wert, en in de aantekeningen aldaar
Malabaarfcbe peuldragende Colutea genaamt wert, zo dat die plan.
ten y dewelke in de Thef. Zeyl. pag. 93. t’zamen gevoegt zyn,
ik voor byzondere zoonen boude, tot dewelke de overige benamingen
aldaar opgeielt ligt gtbragt werden.
. - ad Hort. Malab. Colutea flliquofa Mala,barenfis, dicitur, S ur quas in Tbef. noflr. Zeyl. pag. 93. conjunft® flint plai
J“ fèparat© fint fpecies, ad quas reliqua fynouyma ibi nn
■ jQo’rata facile etiam revocantur atque reducuntur.
CAP. SEXAGESIMÜM QJJINTüM. LX Vk H O O F D S T U K .
O las album: Sajor Putj. Witte Moes- of Sajor-Boom.
QUamvis haze arbor nullos. edules. gerat fruttus ,
in hoc. tarnen libro primo locanda e ft, quum
• ejus folia cibo infgrviant, atque optimum praz-
beant olus., cujus fapor.quam maxime convenit cum
Braffica, unde & hasc arbor circa- azdes & in locis-
inhabitapis colitur atque plapttatur: Duplex e f t , do-,
meftica.nempe ac filveftris., cujus primam fpeciem
hoc in capite , alteram in fubfequente deferibemus.
Domeftica itaque in exceifam excrefcit arborem,
raro autera retto atque. rotundo trunco, fed plerum-
que incurvo atque aaguldfo , in adults mali erigitur
altitudinem, quamvis viderim, quas craffitiem mag-
nitudinemque hab.ebant Nucis Juglandis , obducun-
tur autem albicante ac glabro .co rtice , fed earum
coma non ample .extenditur: Rami incurvi admodum
funt, pingües, ac fragiles., paucosque gerunt par»
vos, breves, atque areuatos ramutos , quibus folia
inficient; quorum inferiora ultra pedem funt longa,
fex feptemve. digitos. lata, glabra, & flaccida , pau-
cis obliquis & areuacis.coftis contexta , quorum ve*
tuftiora pallide virent inftar Ladlucs, juniora v e ro ,
quas plurima. etiam funt, pallide fiavefeunt, bina fibi
invicem funt oppofita., quatuorque fimul crueiata, fa»
poris Brafficas ,.cum quadam dulcedine fub finem mix»
ti, quas ob. flacciditatem.plerumque finuofa atque fu-
gofa funt; Flores fruttusque. nunquam in had arbore
obfervatf fu e re , quamvis , uti dittum fuit', occur-,
rant, quas vix ulnis palpari poifmt, akitudinemque.
habent maximas; Nucis .Juglandis, in quibus tarnen nun-
quam ftuttus , vel quod ejus loco cenferi poteft,
confpeftus fu it , haseque fola atque unica eft arbor
» hoc in Herbario j quas nunquam ulloaproduxit fru-
1 ft us. Ejus cortex eft fuccofus ac fragnis, ramique
intus fungofam continent medullam, ac ti uncus,i s .
i pe interne totiis eft concavus, & quail cariofus, five
: pluvia, five infeftis, plerumque vero hoc fit, quum
arbores. paffim propagentur magnis ex ramis,.qui fu-
prema parte diu denudati per pluvias excavantür, atque
putrefeunt; unde, fi hi rami terras committantur,
iuperiör eorum pars obtegenda, atque a pluvia arcen-
da eft,döheq cortice obducatur,. vel concreta fuerit.
Hujus arboris propagatio hie in Amboina magnam habet
diffieultatem, fi enim incurvi fumantur rami, diu
languent, fin vero refti, facile pluvia excavantur atque
putrefeunt, prsfertim quum pluvialibus menfihus
plantandi fint: folum amant nigrum ac fabulofum,
non procul a mari fitum; in argillofa vero ac folida
terra; neque in montibus laste progerminanf.
Nomen. Latine Olus album: Malaice Sayor Putj: Bel-
' QccSayor-boom: hoeque majori jure, quamquodKellor
d , h°c tribuatur nomen: Ternatice Hate-
Um, h. e. Caju Bulan: Amboinice Ay Pu tt, fed no-
j mine nimis generali. In Banda vocatur Talla: in Ba*
i leya Sei & Sirea: in Bima Sabe.
Locus. Arbor htec plurimum nota eft in Moluccis,
unde a quibusdam Braflica Moluccenfis vocatur ■: In
Celebes ora boreali quoque invenitur, in Provincia..
nempe Manado , hie vero in Amboina raro occurrit,
quum magna diligentia fit colenda, unde v ix in toto
Pago unica confpicitur arbor: Noftra quoque natio
tim ^ • s faemnt quam incolaz, immo in tota Ley-
v!m°ta? *n nempe Orientali, neque in monti-
; H;i:~Uni^a rePeri£ur arbor; in Baleya vero , ac Bima
r?/-ntllTS c.°^tur & propagatur.
anrn c * ^un'ora I. ^ava j ac tenera hujus arboris folia
iu lunc; acque inferviunt oleri Sayor ditto, fed Cum
Dha 5aini.ura, c°qnenda funt, cum Calappi enim lym-,
1 Pra?Dn-lta ° e-ne ^aP^unt t noftraque natio melius ilia
H parave novit, quum coquendi artem melius cal-
leat.
HOewel van dezen, boom geen eetbare vrugten voortkom.
1 men, zo moet hy al evenwel in dit.eerjle boek plaats
vinden, en mede gejlelt werden, om dat zyne bladeren
dienjlig zyn tot fpyze, en een excellent moeskruït
geven; ’t-welk in fmaak dl vry wat overeenkomst beeft
met de kool, en waarom den zelven ook omtrent de buizen
of bewoonde plaatzen wert gebavent en gecultiveert ;■ by is
tweederleye, namentlyk tamme en wilde, waar van wy de
eerjle zoort in dit, en de andere in bet naajlvolgende Capit-
tel zullen befchryven-.
De tamme dan groeyt op tót een kloeken boom, dog zelden
met een regte en ronde Jiam, maar doorgaans met bog-
ten en bulten,tot de lengte van een volwafjen appel-boom,
hoewel ik ’er gezien bebbe van dikte en hoogte als een noote-
boom, zy zyn bekleet met een witagtige effene fchorffe, en
baar kruin breidt zig niet verre uit. De takken zyn zeer
krom, vet, en bros, hebbende weinige korte en kromme rys-
kern, en daar aan jtaan of bangen de bladeren kort agter
malkander, Want de agterjle zyn wel een voet en meer lank,
zes en zeven vingers breet, glat, en flap., met weinige febuin-
ze- en bogtige ribben doorreegen , de oude van coleur ligt*
groen als Latuwe, die jonge., zynde ook wel dé meejle., ligt-
geel, zy Jtaan twee tegen malkander, en manken met bun
vieren een kruis, vm fmaak koötagtig, en in ’t laatfbe met
èenige zoetigbeit vermengt, en wegéns baar e Jlappigbeit zó
ziet menze me eft bogtig en gerimpek ï vrugten nog bloemen
beeft men nooit o m dezen boom gezien, hoewel men’er ,als
gezegt, vint die qualyk te omvademen zyn, en zo boog , als
de boogfte noote-boomen, dog daar men evenwel nooit vrugt
of vrugts gelyken aan vernomen beeft; en dit zal ook wezen
den eenigften boom in dit Kruid-boek, die noit eenige vrugten
voortbrengt. De fchorffe is zappig en bros, en de takken
hebben van binnen een wit voos merg s dog de (lam is van
binnen dikmaals geheel bol, en als uitgemolzemt, 't zy dan
door den reegen, of door bet ongedierte, en ’ t welk meeft
daar van daan komt, om dat men deze boomen doorgaans
voortplant van groote takken, dewelke dan aan 't bovenfte
eynde een langen tyt bloot ftaande, door den reegen inwateren,
en zo verrotten : zulks, wanneer men deze takken in
de aarde wil zetten, zo moet men bet bovenfte eynde voor
den reegen bedekken en bekleden, tot dat by aldaar ten
fchorffe. beeft bekomen, of van zelve is toègegroeyt: men
beeft omtrent de voortplanting van deze boomen alhier in
Amboina al vry wat moeyte ; want neemt, men kromme
takken,. zo Jtaan dezelve langen tyt, en quynen; en neemt
men regte zo waterenze ligt in , en nog te eer om dat bet
in de reegen-maanden gefebieden moet; zy waffen gaarne
in een zwarte zandige gront, en dan ook niet verre van de
Zee; dog in een vafte idey-gront, en op de bergen willenze
niet wel voortkomen.
. Naam. In ’t Latyn Olus album: in 't Maleyts Sayor
Putj: in ’t Duyts Sayor-boom, en dat met beter reeden,
dan dat men de»Kellor-bqpm dien naam geeft: in’ t Ter- •
naats Hate-Bula, datüCajuBulan: op Amboins A y Putj,
dog met een al te gener alen naam: op Bandaas T a lla : op
Baleys. Sel, en Sirea: en. op Bimas Sabe.
Plaats'.. Dezen bom is wel bet meeft bekent in de Moluc-
cos, en wert daarom ook by zommige Molucxe kool genaemt:
men vint hem ook op Celebes noortrboek in de Provintie Manado,
maar bier in Amboina weinig, werdende met groote
naarftigbeit onderhouden en gecultiveert, en evenwel ziet
men in een gebeele negory qualyk eenen boom: onze natie
maaken daar ook meer wefk van als de Inlanders, ja op ge-'
beel Leytimor, te weten in de negoryen aan de Ooft-zyde,
en in *t gebergte wort niet,eenen boom gevonden: maar op
Baley , en Bima wort by mede1 gebavent en gecultiveert.
Gebruik. De jónge,geele, en malffe bladeren van dezen
boom zyn bequaam tot Sayor, dog zy willen wel by vlees
gekookt wezen: want met Calappus-melk en beeft bet zo geen
aart 1 en die van onze natie weten beter dan de Inlanders
daar mede om te gaan, als in de konft van kooken meer er