I4r M Y 1 T U
lang, niet wel een kleyne vinger vinger breed; in 't
midden alderbreedft; ook daar rondachtig buyks-wijze
gefteld ; onder zoo wel als voor Ipits toelopende , ' gemeenelijk
krom-gebogen ,i op de manier van Bofth*
hoorn gefchikt, en vercierd met een aangenaame i blin-
CeMyrtus kende groenheyd. Myrtuvs fructü albo tenui-
mfinSé r ° LIA kleyne fmalle bladeren, meen
[bladeren, witte Vrucht-, welke van veele wérd genoemd Myr-
jen een Tus r o s m a r i v i F o n o , o f Myrtus met Bladeren
IVracht. V", R ° - B i 1 dock te onrecIlt- • Deeze is bij mij
r in t jaar i d j z . alderèerft, uyt Zaad vboitgekomen.
De Bladeren zitten digt en veelvoudig aan hare Steelt;
jens, twee en twee teegens over malkander | ■ ook -wél
de een boven de ander; en-drie bij:een; om hoog;
Zeer fmal Zijn ze , degroojtfte nochigeen Stroo breed,
en een kleyne vinger-breéd lang': ; voor aan lopen ze
ipitstoe- De verwe is blinkend, en' zwatt-groen f doch
onder bleeker, en in 5t midden voorzien met een regt-
JjeMyrtns' doorgaand-^derf/e. M yrtijs- fruc tu albo perfoJ ■ 3 RATA > • P Myrtus met een witte Vrucht, . en doorboord
WVrucht, nict veel gaatjens in mijn Jchoone Bladeren, gelijk men
B i bla'de-: ziet in die van-het Jans Kruyd , o f Hypericum.
" " vo1 Deeze Bladeren vertonen.haar geheel rond :. zitten zoo
■ aJenS’ meenigvuldig aan hare. Steeltjens (niet twee en twéé
regt teegens o v e r , maar boven én digt op malkander;
ook weldrje in de rondte bij:een) datze dezelve gant-
fchelijk fohijnen te willen bedekken. De lengte is vari
ontrent een vingerbreed;; wat meer o f min,- de breedte
onder en in 't midden een groot Stróo-breed: eyndi-
B I P vo° r in een ■ punt. waar;aan men gemeenelijk
^Kerkdijk. ^ r0°us gewaar werd. Zijmwat dikachtig van fub-
[ ftantse; -. altijd ftijf fegt-opftaande : , blinken zo o wel
onder als koven. Zijn óok zoo wel ónder: alsjboveh
met ontelbare en eevenwel zichtbare ronde kleyne
gaat jens, gélijks alreeds .gehoord is , vercierd. Zij
H zijn evenals fubtyle ftfptltjenss 'DeeZe Bladeren zijn
donker,-of. zwart-groen van verwe , zeer aangenaam
m de aanfehouwing;; doch onder-, veel bleekéf. Als
men ze wrijfd , geevén-.ze een Iieffelij k-geurigen reuk
Belci- ‘ T“ . ^ In hetmiddèn zijn ze alleen metken regt-
»m- doorlopende:Ader voorzien.. M y r t u s C it r o n a t a
• mis. ° t C it r .o en-M-y s .t ü 'S ; - dusigenoemd, omdat-zijne
gewreevene: Bladeren een aangenamene Citroen-geur van
Zich geevehï Zijn vercierd met -roode Steden , waar
aan.de Bladeren holachtig voortkomen , zeer óngelijk
van grootte.’ Dè onderfte zijn niet de grootfte, noch
ook. de bovenfte de kleynfte : maar dikmaal ziet. men
■ , eene zi)de een kleyn., aan de andere zijde der
■ ’ B B | teegens over malkander , een dubbel zoo groot
H DJad > Ook wel aan 't' bovenfte der Steeltjens dezelve
groofer en fpitzer; o f linaller en langer, als onder,
I , , S ° . ° metlB echter de meefte doorgaans ontrent een
■ lade- "u vaneen vinger la n g je en halve vinger, o f ook wel
■ geiWdwat meer, breed; i n ’t midden breedft, en Vóór aan
P an Bil tfc i^ f'i ZQ<J..wel ln een breedachtig .p un t, als
■ i 1 ü fc - H M niet! 200 hard van aart
eekeerd1' f c , j dod! ° ° k gfmeenelijkregt en om hoog
^ 1 der rtV» w r ? : j UJd twee eP twee teegens malkan-
r ’ blinkende zoo wel van.onder:als van boven,
■ , n g™s-gtoene verwe, doch onder bleeker; zom-
[
ben tó°de plekjens voorzien. In 't midden heb-
B der een re8t-dool&!ande groote. Ader, dikmaal onk
[ A d e r t L 7 7 DIër rO0drV^ W‘ë ; waar u yt veel kleyne , 1 g , , voortfpruyten, zeer fubtyl en teeder. Deeze
o f z e t ' t o fn ':al,cn u f , dan door iu d e rd om ,
H i S B B t t Ê n Ê Ê tneer .andere-foorteh
«Ivc | g S j i l i l B al de- «i«.- eevia tzeive HHS 2i,nzevan
n“°S' een w e v r “ ! ! en gemeene ’ 2andiè aarde, met
K v e l M j j j g Paardemift, en het Mo l der
vetgans Boomen,
S E O O M . r 4 t
t Ö - M B ü i B l f t e vafi de verrotting
dei Boom-bladeren, wel doormengd: een warmea
opene; vV e , luchtige, bequamelijk ter | 3
w o £ ? h “ r r t r chtis,ieydj doch hoe^
ri M jB gevenze ieder jaar-, in herbegin vaft-enopqne6.
m tu s , o f wat later. Bloemen-, maal-in deeze G e - kinÊiwaar
weften noyt ' vólkomen rijp .Zaadd Zijn teeder van 0[> daar
?lVL,Ver? agen M É S ™el koude ^ ff i-r t tv n e n r lm m “
Sneeuwachnge. vochtigheid, Rijp , öf fterke Vorfl \ Lm
moeten derhalveh met een afgaande Maan van April o f
May in Potten, o f Home Bakken, na datzeLroot
zq n , geplant, m ’t laatfte van September, o f ’t te g ir i
van Odober (na dat zich: de jaars-tijd aanfteld) bui-
nens huys gebragt; en op een luchtige plaats gefteld
werden; waarm, bij vriezend Weer, niet al teLeél
maar dooreen yzeren Oven matig-werd gevuurd- verc
mits ze de langdurige aanhouding des vuurs gantfeh nier
verdragen mogen; defgelijks niet-, in deezè tijd, veel
water-, , t ziji koud o f ’t zij een weynig lauw gemaakt
inzonderheyd -niet dê jonge Boomen : (móeten echter
voor een doordringende Verft wel bewaard, en niet
voor in t- begm o f midden vah A p r il, na rijds gelees
gentheyd, met een aangenaam-zóete Lucht en reegeni
achtig W^eêr, weer buyten gezét-, voor koude nagten
veraeelcerd, en, in geval van nóód, gedekt zijn.'
Heeft iemand de geleegenthe-yd, om deeze Boomen Vod* f
te bewaren in een plaats, daar ^Winters,niet gevuurd
werd , zonder datze .gevaar van. te vervriezen lopen' walr op
zulks zal , mijns oordeels?, alderbeft zijn , doch hij
moetze luchtig, en nietbedcjmptftellen. Allejonge en S *™ -
middelmatige Boomenï inzönderheyd de Myrtds te
nuiiolia fr-üctu AI.BO, en Myrtus fructu Hst E° PERr °K A T A , o f Myrtus met kjeyne findlle bladen
ren.en een Witte. V tu ch t, en Myrtus met een wint
Vrucht en door-gaatte Bladeren, moeten, als menhaar
verplant . zorgvuldig gewagt wérden voor vette grond
en. veel Water : doch dc^roote c-n Oud-gewordene
-moet men met alleen meerder vêttighéyd, maar ook
■ vochtigheyd ■ -laten (gemeten. Anders I zoüdenze lim.
telijk verflauwen , en haré-.okdê Bladeren laten v fti
len,
| -^.,te zamen werden ze verplant met eetï vólle Maan Verplat
in ay s zijnde tot dit werk de bequaamfte tijd des
geheelen jaars. ’t Moet geleideden , alsze alreeds eert
hd van een vinger lang, een wéynig min o f meer',
gelohoten hebben: indien ’t ie'mahd eerder wil doen :
hij Zal, bevinden, -dat’er van Vjjftigiir; o f nöch-'grooi
ter getal, met eene zal beklijven en’t leeven behoudeif;
ot hij moeit het zulker wijs doen , dat hij de geheele
klomp aarde om dé wortel vaft liet blijven : ’t wélk
niet.-alleen aanmerkens-jwaardig , maar ook teegens dë
natuur van alle boomachtige GewalTen, én met dezei-
ve ftrijdig is, -.
■ In deeze onze Landen konnenze op vier bijzondere Aanwïa-
wijze werden aangewonnen. -■ “ ' nifig.
£ trft , door. Z a a d , ’t welk uyt Spanje, IfaUen , doorZaai
ot andere warme Landen herwaarts werd gezónden.
Men moet het in een Pot in magere, zandige en luch*
tige! aarde, holletjens zayen, met een volle o f afgaan^
de Maan van A pr il) niet diéper als- de breedte van
een Stroo.
■ : Ten. anderen , door (hare bij de jftertel, ó f «even Doot un,
boven de grond uytgefchorene jonge’ Loten ; welke gefthore-
men teegens (de.volle -Maan -nn '. April ten halvert , op ae Lotoa,
de wijze als,;de ' Angtlieren, met een Penneirtes voor*
zichtig ïnfnijd , en -met aarde’overdekt. Dan vatteh
ze.noch dien.zelven Zomer Wortelen; en werden', óp
| de gemelde tijd ,:v a n de oude genomen, e n 'g e li jk
alreeds gézegt is ^ verplant. Schieten ook wel vah-zelfs •
^ or^ en > zónder gefneeden te zijn > alsze drie , yiet
o f v ijf jaren aan de oWfgeftaan hebben.
Ten derden, door een- o f twee-jarige Takjcrts, met DoorTaky
een volle Maan , o f een dag te-voren., afgefneedenj.eh J«w.
ferftond