S Ë IC R. A T U L A. S I N T J A C O Ë S K R U Y Di 6j
Americaanfche
Scrratula.
mWianigrinne e-, de Winter.
Hier van zijn mij in haren aart twee der ley fborten bekend
geworden, namentiijk:
I . Se r r a t u l a v ü l g a r i s , o f gemeene Scrratula. II. S e r r a t u l a A m e r i c a n a , o f AmericaaHJche Serratula.
Beyde zijn ze in hare Bouwing en Waarneeming zeer verfchillende.
De S e r r a t u l a v ü l g a r i s , of gemeene, is hard
van aart. Bemind zoo een wel een goede, gemeene >
zandige, en welgemeflte, als een kleyige aarde: meer
een luchtige en welgeleegene, als fchaduwachtige plaats,
en veel Water. Blijft veele jaren in Sf' ïeeyen. Geeft
ieder Zomer Bloemen, en bij goede tijden volkomen
rijp Zaad: *t welk met een waffende Maan van April
of May niet diep gezayd moet zijn. Hier door worden
ze aangewonnen en vermeenigvuldigd. Maar dan
ook door hare aangewaffene jonge Wortelen : welke
men .op de zelve tijd en Maan van de oude afneemt,
én verplant.
De S e r r a t u l a A m e r i c a n a , of Serratula
uyt America , is een zeer fchoon en beziens-
waardig Gewas, doch Van een veel teederder natuur
als de gemeene. Bemind een zandige , goede aarde ,
met een weynig twee-jarige- Paerdemifl, Mol der verrotte
Boombladeren , kleyn-geklopte roode Steen, en
met Zand wel door-gearbeydde hard-gewordene Kalk
doormengd : tamelijk veel Vochtigheyd gedurende de
Zomer: een opene, wel ter Zon geleegene plaats, voor
alle koude Oojle- en JVoorde-winden befchut.
Blijft è,enige jaren lang in ’t leeven. Geeft elke Zomer
Knoppen, met Schubbetjens voorzien ; en uyt den
geelen purpurachtige Bloemen-, beflaande uyt elf, twaalf
en dertien langwerpige , voor flomp-rond toegaande
Bladertjens, ruyg van aart,, en van binnen met eeni-
ge geele Feez,eltjens yercierd, veel fchooner als die
van de vorige; doch noyt in deeze onze Geweflen eenig
goed Zaad.
Hare Bladeren, welke ze in den Herf/l verliezen,
zijn achter een kleyne vinger, of daar ontrent, breed;
allehxken na vooren fpits toegaande; een geheele vinger
, wat meer of min , lang; doch hóe hooger hoe
kleyner; ook boven’onder de Bloemknop alderkleynfl,
en aldaar digt boven malkander zittende, altijd opftaan-
de. t Rauw van aart zijn ze, aangenaam-groen-verwig,
onder bleek-wit; hol en luchtig boven den anderen nu
aan de eene, dan aan de andere zijde voortkomende ;
hangende aan, zeer dunne, ronde , regt-opflaande ,
geelachtige Steelt jens , gemeenelijk neerwaarts. Aan
de kanten zijn ze zeer aardig getakt. Komen in ’t Voorjaar
weer voort uyt een teedere, veelvoudige, Veezjel-
achtige, welriekende Wortel.
Deeze Gewajfen konnen gantfchelijk geen koude Herjjl-
reegenen, &erke Winden, Rijp, veel min felle Vorfi verdragen;
vermits ze fchielijk door de zelve van ’t leeven
worden beroofd. Moeten derhalven in *t begin van
OU ober, of, na tijds geleegentheyd, een weynig eerder
, binnens-huys worden gebragt, op een luchtige
plaats, waar in niet anders als bij vriezend Weer word
gevuurd; en gedurende de Wtnter moet men ze met
flegts een weynig Reegen-water yan boven begieten
: in het begin van A p r il, met een reegenachtigè
Lucht, weer buyten Hellen; doch wel dekken en
Voorzichtig wachten voor koude nagten, hayrige of
fchrale winden.
Kan hier alleenlijk aangewonnen on vermeenigvuldigd Worden door hareaangegroeyde jonge Loot en', welke
men met een waffende Maan in April van de oude afneemt
en Verplant.
K R A C H T E N.
DE Serratula is warm en droog in den twee.
dterne kkgirnaagd. , doch zonder eenige te zaraen-
De Bladeren in Wijn gezoden,*en daar van ’s morgens
nuchteren eën Roemertje gedronken; of Leen
Drachma van het Poeder der gedroogde Bladeren met r.
Wijn of eenig ander Nat ingenomen, is goed teegens ■Duranfes de neer zinking der Darmen, Breuken, of Gefiheurd-
hejd: ook voor de geene, die door een hogen val zich ~
van binnen verkeerd; en gebrokene , of verftuykte
Leeden hebben , veroorzaakt door flaan of vallen.
Want liet fcheyd zeer gelukkig, en verteerd het ver on*
nene Bloed. 9
Het Poeder der gedroogde Bladeren in een Wond Lobel. L u geflroyd , of de zelve gewaffchen met roode Wijn
daar deeze Plant in gezoden is geweefl, zuyverd de
zelve, doed’e r’t vleefch' in groeyen , en geneeflze te C' gelijk. Met, de zelve Wijn zomtijds gebet de zee-
rpei jnT eveapne lewne cvha.n der Vrouwen Borften, neemt’er de
De Bladeren en Wortelen te zamen gefloten, en paps- Mat tb U ' wijze uytwendig op de Breuken, of Gefiheurtheyd ge- r. ii.
legt, heelen’tgeborflene weer te zamen.
De Wortelen van Serratula uyt America, of Serra- Deugden,
tula Americana, zijn ijyt eygener aart bitter van
fdmeradaekn; groaoakd .verwarmende en verdrogende tot in den
De zelve gedroogd, r gefloten , en twee Drachmen der Serra-
daar van met Wijn ingenomen, doen zachtjenspurgee- tuIauyc
ren, ea drijven uyt, zonder eenige. ongeleegentheyd , Americ*
aller\ey koude en (lijmerige vochten. Verflerken daarenboven
’t Hert, de Leever, de Longe, en alle andere
inwendige deelen des Ligchaams.
Weègens deeze goede en dienflige werkingen word
dit Gewas van veele zeer begeerd ; en de geene die ’t
gebniyken, worden de goede gevolgen der werking
haafl gewaar.
CCLXXII H O O F D S T U K . SINT JACOBS KRUYD.
•Us g enoemd in h et Neederlandfch, Namen;
w o rd in het Latijn geheeten J a c o -
bala : in h e t Hoogduytfch Sa n t J at
. co b s b l u m , o f o o k S a n t J a c o b s
k r a u t : in het Franfch H e r b e o u
J f l e u r d i Sa n t J a q u e s • 1° het
Italiaanjch H er b -a D i Sa n J a c om ö ; o f S. Gia-
COBO.
Hier van zijn mij in haren aart vier onderfcheydene vier 0n-
fborten bekend; namentiijk: derfchey-
I. J acöbasa vülgaris , -of gemeen Sint Jacobs ^ene
kruyd. II. M arena , of aan de Zeekant gr oeyende'> *
H welk ook C in e r a r ia , of A s.c h k r u y d word geheeten
, weegens de ver we der Bladeren. III. J a co-
baea M a r in a a l t e r a Jive viRiDis, of tweede foort
van Zee-Sint-Jacqbs kruyd; _ waar van de Bladerenzon-
der wittigheyd veel groener, de Bloemengrootev, veel-
voudiger en holler gefield zijn. IV. J a c o b a e a n o -
d o s a A m e r ic a n a ., of geknobbeld Sint Jacobs kruyd
uyt America. Niet alle zijn ze van de zelve Bouwing en
Waarneeming.
Zij beminnen echter al te zamen een goede, ge* Grond*
méene, zandige aarde; met weynig of geen vettig-
héyd vermengd: een vrije, warme, en welgeleegene
plaats.
De J a c o b Ala v ü l g a r i s , of gemeen Sint Jacobs Gemeen
kruyd, blijft niet langer dan twee-Zomers in ’t leeven. Sintjacobs
Vetdraagd feil er koude, en allerley ongeleegentheeden kruyd*
der. Winter. Geeft jn ’t tweede jaar Bloemen , en in
den Herffi volkomen rijp Zaad. ’t Welk met een waf.
fende Maan van Maert of April de aarde word aanbevolen.
Alleenlijk hier door konnen ze vernieuwd en vermeenigvuldigd
worden.
De J acobjEA M a r in a , of aan de Zeekant groeyend j\an
Sintjacobs kruyd,beyde de foorten, zijn teederder van Zeekant
T t natuur
m
! 1 i i i il
il
lljjlfl
■ 1 1
SWl
141
If
■ 1 1 1 1 1 l i l l l l
I I B i l i l
II !