l i j A r BUTUSBOOM. J u DASBOOM. W o LBOOM. I 2 Ó
meene A rbutüs , welke in verfcheydene warme Landen
van Europa .) als Spaanje , Griekenland, en meer
andere, van zelfs voortkomt ; en dan A rbutus hu-
MILIS VlRGINlANA, o f LAGE A r BUTUSBOOM UYT
VlRGINIEN.
I Gemeene D e gemeene A r butus, o f U ned o , bemind uyt
AïUMdo. eygener.aart een zandige aarde, met een weynig oude
0 ' twee-jarige Paerdemift , een-jarige Hoenderdrelr en.
Veengrond wel door malkander gemengd: een warme
opene luchtige , en genoegzaam ter Zon geleegene
plaats , befchut voor allé koude Noordenwinden ; nee^
[Bloemen, vens matige bevochtiging met Reegen-water. Geeft
in deeze Landen niet alleen Bloemen. , in 't begin van j
Junius, rond, witachtig van yerwe, van binnen hol,
twe e } d rie , ook wel vier bij malkander hangende;
maar zelfs gemeenelijk ieder jaar, inzonderheydbij goede
en \yarme Zomers, volmaakte Vruchten ; kleyn , I
rond , eerft groen , vervolgens na ’t geel trekkende :
eyndelijk, als ze hare volmaaktheyd hebben bekomen,
yercierd met een aangename roodheyd.
IVruchten. - Deeze Vruchten , op verfcheydene tijden in de aar-
de gelegt, met een WafTende,Maan, zoo van April als
Ma y, zijn echter noyt te voorfchijn gekomen ; ’t zij
dan -, dat ze hier hare rijpheyd niet volmaaktelijk hadden
gekreegen , o f dat ze dezelve niet verkrijgen kon-
nen , door de ongematigdheyd onzer Luchtftreek.
■ waaraec- Ongeerne verdragen deeze Boomen veel koude Herfll-
■ rnins- reegenen) Rijp, Sneeuw, o f Vbrjl: werden derhalven,
met de gemelde Aprilfche Maan in een Pot o f Houte
Bak geze t, na geleegentheyd harer grootte ; met den
aanvang van Oblober , o f ook wel eerder, indien het
Weer niet goed is, binnens huys gebragt op een luchtige
plaats, daar men 's Winters, wanneer ’t vrieft, in
vuurd; met een weynig lauw-gemaakt Reegen-water
begoten , en niet voor half A p r il, o f later, met een
zachte Reegen weer buyten gefield; doch gedekt voor
de; koude nagten.
Manwin- Vermits z e . zeer weynig bij hare Wortel uytfchie-
ten, konnen ze in deeze Geweflen zeer bezwaarlijk anders,,
als door volkomen rijp Zaad, uyt warmer Landen,
bekomen , en op de gemelde wijze in een -Pot gedaan,
aangewonnen werden.
WÉmT ■^lRBUTUS H üMILIS. VlRGINlANA , o f L amfirpJLa,
GE -A-Rbutusboom -uyt ViRGiNiEN, (wiens Bladen
BflageAr-r*f breeder als die van de vorige , wel zoo lang, vóór
■ «tus- fpitzer, aan de randen niet zoo rond; pok niet zoo zeer
B S i e a £etan^> noch zoo hard in ’t aanraken ; doch op dezel-
■ ye wijze met Aderen voorzien, maar boven bleeker groen,
nauwlijks een halve vinger lang, en een geheele duym
breed zijn ) wafl in deeze Landen niet hoger dan drie
voeten. Bemind zulk een aarde, als van de andere ge-
zegt is. Defgelijks de zelve Lucht en Water: wil ook
eevenalzoogequeekten waargenomen werden, zpo wel
■ 'm de 'Zomer als Winter: valt echtêrwef zoo bard van
aam Geeft ook in *t Iaatfle van May , o f begin van
Bucêkingj een gantfeh andere Bloem; w it, en van welke
Bocmen/ de eerfl opgaande , gemeenlijk uyt v i j f v ,doch de vol-
■ ;uchten» gende uyt neegen , ;tien , e lf , ó f twaalf Bladertjens ,
|> . a * ^ tweevoudig, bellaar». ,; ook wel tien o f twaalf dagen
lang in kracht blijven; inwendig voorzien met verfcheydene
witte draadjens , boven Vercierd met aardige
roode knopjens: Zeer gelijk zijn ze de Bloemen van
onze gemeene H agedoorn ,• en zitten bij malkander
in eene Tros, D e Vruchten defgelijks; doch een weynig
kleyner als die van de gemeene A r bu tü s ; eerfl
bleek w it, daar na rood ; inwendig begaafd met eeni-
ge kleyne, zwarte, langwerpige Zaadjens; welke bij
ons wel fchijnen hare volmaaktheyd te hebben ver-
kreegeh, doch gezayd zijnde, zeer zeldèn voor den
B.*nwin *^8 komen.
Eing, Ee ven wel konnen deeze Boomen aangewonnen werden
door hare bij de Wortel, o f boven cle aarde, mee-
nigvuldig uytlopende jonge Looten-, welk men met een
Penne-mes zeer fubtyl ten halven infnijd, op de wijze
der Angelieren-, dan fchietenzc in ‘t tweede, o f ’t derde
jaar daar pa Wortelen.
Men moet hier ontrent de voorzichtigheyd gebruy- Waarden
, dat men deeze jonge niet van de oude affnijd , rd?ou-
voor dat hare van natuur zWart-verwige Wortel ten Wlng’
minflen twee jaren oud is; anders zouden z e , verplant
zijnde, niet beklijven o f voortkomen, om harer jong-
heyd en teederheyd wil. Deeze verzetting gefchied
: gemeenelijk met een wafTende Maan van April, in Potten
; om in de Winter bequamelijk binnens hüys gebragt,
en daar bewaard te konnen worden. •
K R A C H T E N .
DE Bladeren deezes Hoorns gedroogd, gefloten, Holp-mld.
en met Wijn ingenomen,floppen allerïey Bujk^:ic[l:a'
loop, en zijn goed teegens de Beft. . . . .
’t W a te r , 'gediftilleert uyt deeze Bladeren, en de Lufit.M. i.
Bloemen, werd gebruykt in den aanvang van pefiilen-
tiale kiekten, defgelij ks teegens alle Vergif.
De Vruchten ,’ onaangenaam vart finaal^, en wat Dh/cMi.t.
fcharp op de T on g , werden voor een .Boeren-koft c“t- '?«•
gehouden : zijn zwaar te verteeren; verlierken; yer- Cun' li6'
floppen trekken te zamen, en verwekken ligtelijk I j
Hoofd-pijn. ' *
’t W ate r, daar zè in gezoden z ijn , is ook goed
teégen vergif.
L X I H O O .F D S T U K..
J UDA S B OO m:
Erd in ’t Neederlandfch dus genoemd, Namen; en
l l l l l ®m dat, gelijk zommige hebben voor- waarom
gegeeven, Judas s een 'Apoflel önzes Needer-
J p | ' Heeren C h ris t i , "den Zaligmaker landfch :
verraden, en naderhand een wanhopig Sc^eeten*
■----- berouw van zijne fchandelijke daad
gekreegen hebbende, zich aan een Boom van deeze
foort zou hebben verhangen : in ’t Latijn al mee A r-
BOR J uDjE; ook A kBOR AMORIS, SltlQUASTRUM,
en SiLicxyA fatua : in ’t Hoogduytfch J udasbaum:
in ’t Franfch G ua in ie r , o f G ainesi en in het Itan
liaanfeh Silic»u a stro , Sil iq ^ a silvestre, o f A l-
BERO Dl GlUDA.
Hier van zijn mij in haren aart bekend geworden Tweeder-
twee bijzondere foorten , namentlijk : Arbor Ju- ley foor-
DiE FLORE RUBRO , JuDASBOOM MET EEN ROODE tCn*
B loem; en arbor J udas flore a l b o , ofJuDAs-
BOOM MET EEN ZUYVERE 'WITTE B lOEM. Beyde
zijn ze van eeven dezelve Bouwing en Waarneeming:
doch de witte wafl niet wel zoo % ho og; ook zijn de Bla-
deren een weynig kleyner,' als die van de roode.
. j Sij beminnen een gemeene, . zandige aarde, met een Watvoor
weynig oude twee jarige Paerdemift doormengd : een CCB aarde
warme, opene, luchtige, wel ter Zon geleegene plaats; kemin-
en matige vochtigheyd van Reegen-water. Geeven °Cn*
vroeg in ’t Voorjaar hare Bloemen, van een vermake- Bloemen,
lijke aanfehouwing, en daar na eerft hare Bladeren; en Vrudi-
o o k ,b ij goede warme Zomers, Peulen; maar zeer zei- ten*
den, o f wel n o y t , vind meh’er volkomen rijp Zaad
in onder onze Luchtftreek. Zijn wel van een tamelijk-
harden aart, maar konnen-echter de felle winter*koudc
en vorfi niet verdragen.
Ik heb eens eene deezer Boomen buyten gelaten , Queckïng
die, vermits de flapheyd der Winter, voor datm aal zon- en Waar-
der fchade o f pngeleegentheyd overbleef. Maar in de vol- necm^nK‘
gende Winter, die kouder v ie l, verloor hij te zamen
niet zijné groenheyd het leeven. Derhalven moeten bey- *
de deeze foorten in Potten, o f Houte Bakken, na geleegentheyd
harer grootte , met een wafTende Maan van
April geplant; daar na in ’t begin, midden, o f laatfte
van Oftobcr ( na zich ’t Weer bequaam o f onbequaam
aanfteld)