
 
        
         
		47i  Beschryving der Krutoen, Bollen en'BroEMEisr',III Boek ,  471 
 en  andere entwinti-g  iiuren  ( na geleegentheyd  dat  het  haaft  op-  
 ongedier-  zweld,  of ook eerder of later opkomt)  laat wcyken in  
 te l>e\va-  uytgeparfhe Zap  van Huyslookj  200 zullen de jon-  
 rtU  ge  Plantaas  niet  alleen  onbefchadigd  voort  groeyen,  
 maar  ook  der  zelfver  Vruchten  zullen  beeter zijn. 
 Ook om’t  Ècven  dit  zelve  gefchied ook,  als men eenig Zaad  
 Zaad fpoc- tc Weykem legt in'bet Water  van  een  Menfch.  Hier  
 dtxm W  ^oor  zu^en  daar  Van  opgekomene  Planten  zeer  
 voörtko-  krachtig  aanwaflen  f   daarenboven  zal  het  Zaad  dies  
 men.  tc  eerder  en  beeter  iiytfcbieten,  wijl  des  zelfs harde  
 Schellen  door  dit  middel  in  weynig  tijd  morwe  gemaakt  
 wórden. 
 K R A C H T E N . 
 JEgin.l. 7. y   "YEt  groot  gemeen  Huyslook^,  of  Sedum  majus  3-  I— ft vulgate3  en  het  groot  boomachtig Huyslook, of 
 ”*■  Sedum majus arborefcens,  zijn koud tot  in  den  
 derden .graad,  en  een  weynig  te  zamen-trekkende  
 vanaart. 
 Diofc. 1.4.  De  Bladeren  deezer  Huyslook^  gelegt  op  heete  Ge-  
 ^ §9-  ^   zwellen-,  Puyfien,  Blèynen,  Roos,  Roodgrond,  en dier-  
 MtT.sim ’p.  gebreeken j  of ook  daar  op  gedaan het uytgeé. 
   .parftte  Z a p ,  vermengd met  Ceruys,  geneeft dezelve. 
   Zijn  ook  góed  teegens  de Gehrandheyd,  het Podagra  
 ,  en  de  Likdoornen :  t’elkens  weer  vernieuwd  
 zijnde. 
 De  zelve  Bladeren  geftooten ,  en  op  het  Hoofd ,:  
 eeven  boven  het  Voorhoofd  gelegtftiüen  het  Bloeden' 
  ttyt de Neus. 
 jEtiusUi.  Het  Zap  met Wijn  ingenomen,  doed  ophouden  
 Strm.i.  eQn  onnat uur lijke  Buykjoop,  ook  roode  Loop. 1 Neemt  
 weck de' brand van  de Leever,  Nieren, en M i l t : dood.  
 de Wormen ,  en  ftöpt de al te. overvloedige Vloeden der  
 Yrouws-perfonen. 
 Durantti  ,  Een  plaafter wmdèeze Bladeren der Huyslo.o^ Nacht-.  
 Herb.fol.  fchaye  ( eygentlijk nachtfchade ',  in het Latijn Solanum  
 41<S  ojjjcinarum),  en Varkens-reuzel  gemaakt,  verdrijft al-  
 lerley  q stade  z,eeren,  fpringend  Vuur  ,  roodigheyd  en  
 ontfteeking  der Oogen,  en de heete J ig t der voeten,  
 clufas  l.  .  Met  het  gediftilleerde'Water  deezer  Bladeren  het  
 4- c. +°.  Heofdhayr  gewalTchen 3  maakt  het  zelve  zuyver  en  
 klaar :  en  de Tanden daar mee gewreeven, doed ze  vaft  
 ftaan:  v,  . 
 Al> de kleyne foorten van Huyslook^ of Sedum minus,  
 hebben de zelve krachten. 
 Mattbiol.  .  Behalven  alleen  de  geene ,  welke  fcharp  en hitzich  
 / 4. t.86.  yan  aart zijn,  gelijk het Muur-peeper.,  of Sedum mini-  
 & & & 'mum,  ook geheeten  Illecebra  ,  zijnde  zeer warm van  
 natuur,  en daarenboven het vel doorbijtende. 
 Do Jon. in  ,  Het  Zap  deezer  Plant,  van  fterke  Menfchen  met  
 MJit.l.s- Wijn of Edik  gedronken,  doed  Braken.  Jaagd ook  
 alle in het Lijf gekreegen vergif ,  alle  (lijmerige  en galachtige  
 vochten uyt de Maagj  waar  door dikmaal vee-  
 le Koortsen en andere ongeleegentheeden worden wech-  
 genomen., 
 Camerar.  Het Kruyd  in Water  gezoden  ,  en  daar  van  ieder  
 /.4.C. 88.  ^ag *5 morgens een Leepel vol gebruykt,  is zonderling  
 ..  goed voor de gezwellen en gebreeken van de M ilt , voor  
 het  Scorbut,  gemeenelijk  gezegt  Scheurbuyljy  anders  
 Blauwfchuyt j  bloedige  Gezwellen  en  Puyfien  van  de  
 Mond,  en op andere plaatzen:  doed ook overgeeven. 
 CXXXIX  H O O F D S T U K . 
 k a l i . 
 Hier van zijn mij  in haren aart bekend  eenige veran- vïc  
 derlijke foorten ÜÉ als  :  .  ,  rrTcheydc^ 
 I.  Kali  minus,  of  kleyn  Kali.  II.  Genicula- fooi'ten,  
 t.um 3  of Kali met heedekens,  Knobbelt jens,  'Knopjens. 
 III.  VERMICULATUM.  BOLm  aRI.ONGO,  of  Worm-  
 achtige  Kali  met  lange  Bladeren.  IV.  Kali  spino-  
 sum  cochlrajtum ,  of  doarmchtige  Kali  met  kleyne  
 ronde  Bladereny  op.  de  wijze  van  een  Leepel.  Niet  
 alle  zijnze  van  eeven  de  zelve  Bouwing  en VI'aarnee*  
 ming. 
 Naam  in  deezen,  en, mijns weetens, geenen 
 alle  talen  anderen naam genoemd,  niet  alleen in 
 dezelve.  het  Needer land fch ,  maar ook  in  het 
 Latijn,  Hoogduytfch,  cn  Franfch:  in  
 het  Italiaanfch  al  mee  Kali 3  maar 
 Zij  beminnen meeft een zeer zoute en  zandige aarde: Grond  
 een opene, luchtige,  en vrije plaats.  Moeten ook dikmaal  
 met zout Water begoten zijn.  Geeven Bloemen;  
 en  dan  noch' bij  goede  Zomers  volkomen  rijp  Zaad. Zaad.  
 Zijn teeder van aart ,  en worden door  de  ftrenge koude  
 der  Winter  wcchgenomen.  Moeten  derhalven met  
 een wallende Maan van  Moert  of \April  jaarlijks weer  
 gezayd  zijn  in  de  gemeldde zoute,  of ook wel in een  
 andere zandige; grond.  Deezer wijs konnen ze alleenlijk Aanwin-  
 vernieuwd,  en aangewonnen worden.  xr  ning- 
 Het  Kali  spinosum  cochleatum ,  of fieeken- Steefcende  
 de  Kali  met  ronde  .Leepelachtige  Bladertjens,  bemind  ract  
 regt  in  teegendeel  een  gpedè  varfTche j  en op geener- ï°nde,  
 ley wijze zoute grond: liever een opene, luchtige, wel- achtige  
 geleegene,  als een donkere,-  fchaduwachtige plaats;  en Bladcrt-  
 veel  Water.  Vérdraagd  fterke  koude.  Bloeyd,  en^en*‘  
 geeft in de tweede  Zomer  volkomen  rijp Zaad',  doch  
 verfterft  daar mee.  Moet  derhalven op de genoemde  
 tijd,  en met  d^  gemeldde Maan weer gezayd worden.  
 Anders komen ze ook wel van zelfs overvloedig genoeg  
 voort van het uytgevallene Zaad. 
 K R A C H T E N . 
 AL  de  foorten van  X<*/i , :behalven het  Kali J p i - C m era r'.  
 nofum  cochleatum  of  doornachtige  Kali  het  2'c'  
 welk Van .een  verkoelende  aart  is)  zijn heet en  
 droog  tot in den derden graad :  daarenboven zout,  en  
 bijtende.  Moeten  derhalven  voorzichtig  gebruykt  
 worden. 
 De Bladeren,  van fterke menfchen in een Salade ge-£«W./.i,  
 geeten,  doen gemakkelijk water  lojfen.  |  ' - v ^   
 Het  Poeder  der  gedroogde  ‘Bladeren mét Wijn ingenomen  
 ,  of de  Wijn ,  daar dit Kruyd in gezoden is,  
 gedronken;  of anders  een  weynig  van  het  Zap met  
 .  Wijn • gebruykt,  drijft  dë  verbrandde  Gal, ,  en  alleC’ 
 I  Fluymen uyt de Maag wech:  ook de doode Vrucht af:  
 j  verwekt  der  Vrouwen  Maandfionden,  en  purgeert  de  
 Water z,uchtige. 
 Het Zap neemt  ook wech de  vlakken uyt de Kleede-  
 ren.  De reuk verdrijft de Slangen. 
 De hier van gebrandde Z f c h ,  zijnde  droog  en  heet Gda.M-  
 tot  in  den  vierden  graad ,  op Zweeren en Wonden ge- Stm*‘  
 daan,  geneeft de zelve;  neemt  ook het overvloedig en  
 uytwajfend vleefch daar van wech. 
 CXL  H O O F D S T U K . 
 SMEERWORTEL. 
 S Eeft  in  het  Neederlandfch  niet  alleen Verfchef*  
 deezen  naam ,  maar  ook  dien  van  e na“c  
 WoNDKRUYübij veele bekomen j wijl  
 deeze Plant  de  kracht  heeft,  om  alle  
 onzuyvere  Wonden  en Zeereh krachtig  
 — —— -——te  réynigen,  te  verdrogen,  en te hee-  
 len.  Word  in  het  Latijngeheeten T elephium,  of  
 Crassula  :  in  het  Hoogduytfch  K nabenkraut , 
 W undkraut,  en  Fortzwein:  in het FranfchJou- 
 BARBE  DE  VlGNES,  R.EPRÏSE,  of FaVEESPESSEj  en 
 in  het Italiaanfch  T elephio,  of Fava  grassa. 
 Hier van zijn mij  in  haren  aart bekend vcrfcheydenc  
 aardige foorten j  teweeten: 
 I.  Te- 
 4 7  j,  ,  Smeerwqrtel.  Cerinthe. 
 X.  T blephium  vulgare  elore  Alb-o  ,  o f  ge-  
 va^wcl-  meene  Smeerwortel  met  een witte Bloem;  in deeze Gelee  
 kier  Wcften  van veele Sintjanskruyd genoemd.  II. V ulgare  
 flore  purpureo ,  o f  gemeene  Smeerwortel  
 wiet . een  purpure  Bloem.  III.  Hi $banicum  majus  
 flore  albo ,  o f  groote  Spaanfche  Smeerwortel  met  
 een  witte  Bloem.  IV.  Hispanicum  majus. flore  
 purpureo  ,  o f  Spdanfhe  groote  Smeerwortel met een  
 purpure  Bloem.  V.  Minus  totum  purpureum  ,  
 of  kjeyno ,  geheel purpure  Smeerwortel.  VI.  Minus  
 teevea-  SËM,pER  viRENS  folio  DECIDU0  ,  of  kleyne ,  altijd  
 worden  groen-blijvende  Smeerwortel, die  eenige  Bladeren  laat  
 vallen.  VXÏ.  T elephium  minus  semper  virens  
 folio  non  deciduo, - o f  kleyne a ltijd groen-blijvende  
 Smeerwortel,  welke  gedurig  al  hare  Bladeren  behoud', 
   die-  van  Ferrante  Imperato  ,  Neapolitaan ,  
 word geheeten  T elephium  legitimum  ,  oi   opregte  
 Smeerwortel', en dan noch meer andere y al te zamen van 
 d.e 'zelve Bouwing en Waameeming. 
 Opregte  .  De  laatft-genoemde  foort  ,■   of  het  T elephium  
 Smeer- ■_  ^bgitimum  ferrantis  Imperatis ,  anders  T elevanDiof 
   PHIUM  MINUS  SEMPER  VIRENS  FOLIO  NON  DECIJorides. 
   duo,  fehijrid niet onbillijk  te  mogen  gehouden worden  
 voor  het  T elephium  verum  D iosgoridis  ,  
 of  opregte  Smeerwortel  van  Diofeorides. 
 '  wortel.  Deeze krijgt uyt  een  wit  en  boven  dikachtig  Worteltje  
 vier,  vijf,  ook  wel  zes teedere,  dunne,  ronde,  
 en bleek-groene Steelt jens,  ontrent een hand,  wat min  
 of meerder,  lang 3  van -achter  tot voor voorzien  met  
 veel  kleyne j  rond- en  dikachtige,  uyt  den  groenen  
 I  Bladeren,  blauwachtige Bladert j e n s zittende digt bij,  doch niet  
 regt  teegens  over malkander 3  ook  digt  aan  de  Steel.  
 Hebben in  het midden maar alleen een rëgt-doorgaande  
 Adertje 3  waar  uyt  eenige  weynige  andere  nauwlijks  
 zichtbard  voortfehiëtén.  Aan  de  voorfte  punten  der  
 Ste$ltjeffsrgrqeyer\. veele  langwerpige,  groene,  in  het  
 I Knopjens. r0Q(^  bjj  een .gefielde  Knopjens 3.  in welke eenige  
 dagen  lang  gezien  worden  kleyne^  witte,  Stars-wijze  1  Bloemen.'  geftelde  Bloemt jens.  Deeze  vergaan  zijnde,  komen  
 te  voorfchijn  veelé lcorté ,  groene ,  harde ,  en  drie-  
 I  hoekig-knoppige  Huysjens  ,  gevuld  met  een  kleyn 
 I  11'  zwart  Zaad. 1 Wat voor  '  Al deeze foorten  hebben liever een gemeene,  luchth  
 1;  een aarde  ge ,  zandige ,  wel-gemeftte ,  als  ongemeftte , 'of*eeh  
 I  erain’ fteenaehtige  aarde  :  immers  zoo  geerne  een  opene,  
 vrije,  wel  ter  Zon  geleegene,  als  een fchaduwachtige  
 plaats , en veel Water 3  doch zijn ook met matige voch-  
 tigheyd te vreeden.. 
 I  Zaad.  Bloeyen  ieder  jaar;  en  geeven  gemeenlijk,  ingoede  
 Zomers,  volkomen rijp Zaad.  Zijn hard van aart,  
 en  leeveri  lang. -  Konnen  fterke  koude,  en  alle  andere  
 ongeleegentheedén  der  Winter  uytftaan.  Worden  
 I   Aanwin-  vermeenigvuldigd,  niet alleen döor haar Zaad,  ’t welk  
 I   mng*  met  een  waflende  Maan  van  Maert  of  Zpril ,  niet  
 diep,  de aarde in een  Pot,  of op  een andere  bequame  
 plaats,  word  aanbevolen j  maar  ook  door  hare  aan-  
 gegroeyde  jonge  Wortelen,  welke  men  op  en  met  
 de  gemeldde  tijd  en  Maan  van  de  oude  afneemt,  
 eh verplant.  • 
 H a z e n o o r .  C hamtEDr y s .  474 
 CXLI  H O O F D S T U K . 
 C E R I N T H E . 
 iJBjSEffl^SïUs  genoemd  beyde  in  het  IVeeder- Namen.' 
 in  het  L a tijn ;  maar  ook  
 'wel Maruthérba,  L eucographis,  
 Sen van zommrge T elephium macu* losum  :  in  het  Hoogduytfch  B erg-  
 hundszung  ,  en  Fleckenkraut. 
 - 1 '  in het Italiaanfch  C erintha. 
 Hier  van  zijn  mij  in haren aart bekend verfcheydene Verfdieyi  
 beziens-waardige foorten3  als:  dene foor* 
 I.  C erinthe  latifolia  flore  LUTE03  of  Ce- ten*  
 rinthe  met  breede  Bladeren ,  en  een geele  Bloem.  II. 
 Flore  rubro,  o f met  een  roode  Bloem.  III.  Flo*  
 re  albo,  of met een witte Bloem.  IV.  Flore  cce-  
 ruleo,  of met  een  blauwe  Bloem.  V.  Flore tri- agt in ge-  
 eöLORE  , ■  of  tnet  een  drie-verwige  Bloem.  VI.  C e-  ra* ^er  
 rinthe  latifolia  asperior  flore  luteo  ,  of fteldfe* 
 -Cerinthe met  fieekende ,  wit-geplekte ,  breede  Bladeren  
 en geele  Bloemen.  VII.  L atifolia  asperior  flore  
 tricolore  ,  of  Cerinthe  met  wit-geplekte , flee-  
 kende,  breede Bladeren,  en  een  Bloem  met  driederley  
 verwen  vercierd,  teweeten,  rood,  geel,  en  purpur. 
 VIII.  C erinthe  angustifolia  ,  of  Cerinthe  met  
 Jmalle Bladeren.  Al te zamen zijn ze van de zelve Bouwing  
 en Waarneeming. 
 Zij beminnen een goede,  gemeene, zandige, en wet- Grond*  
 gemeftte. aarde:  een  vrije,  genoeg  ter  Zon  geleegene  
 plaats,  en tamelijk veel Water.  Blijven niet meer  dan  
 eene  Zomer  in  het  leeven.  Geeven  in  den  Herfjl Aanwin-*  
 volkomen rijp Zaad3 en vergaan dan van zelfs, of door mn®*  
 een kleyne rijp.- Moeten derhalven ,  met een wallende  
 Maan  van Maert o f  April,  door haar Zaad, in de aarde  
 gelegt,  en aangewonnen worden. 
 K R A C HT E N . 
 G Erinthe  is van een verkoelende  en  te zamentrek- 1  
 kende  aart.  "  '  c 
 Anderhalve  Scrupul  van  het  Poeder  der  gedroogde  
 Bladeren  met  een  weynig  Zaffraan  in Wijn  
 ingenbmen,  helpt de geene,  welke Bloed overgeeven. 
 Het  Kruyd  in  roode  Wijn  gekookt,  en  daar  van  
 zomtijds  een Roemertje  gedronken ,  ftopt  de  Buyk-  
 loop,  en de onnatuurlijke Vloeden der Vrouwen.  Zuy-  
 verd ook,  en geneeft allerley  Zeer en,  Zweeren,  Wonden, 
   en de Gëjcheurtheyd. 
 Vermag voorts alle, wat van de Bernagic,  of Borago  
 gezegt  is. 
 De  Bloemen  zijn  zeer  aangenaam voor de Byen,  en  c  
 worden  zeer  van haar begeerd,  om uyt de zelve haren c  
 Honip  te  vergaderen.  c 
 CXLII  H O O F D S T U K . 
 H A Z E N O O R . 
 gec^aante  ^er E Aderen dus in het Namen,  
 Neederlandfch  genoemd.  Word in  ’t  
 L atij n  geheeten  Bupleurum  :  in  het  
 Hoogduytfch  W undkraut:  in ’ t  Ita-  
 ^   M  liaan fch  Bupleuro ,  o f ook  O rec- 
 Hier van zijn mij in haren aart bekend geworden drie Drie ver-  
 onderfcheydene foorten,  als:  eü* 
 I.  Bupleurum  latifolium  ,  of  Haz^noor  me t100  ca‘  
 breede  Bladeren.  II.  A ngustifolium,  o f met fmalle  
 Bladeren.  III. Bupleurum  minimum ,  o f aldcrkjeyn-  
 fie Haz>enoor.  .Al  te  zamen  zijn ze  van eeven de  zelve  
 Bouwing en Waarneeming. 
 C s  5.  Zij