
 
        
         
		Tccder-  A l de genoemde foorten  zijn  zeer teeder van  aart;  ja  
 heychmaar zoodanig ,  dat ze zelfs de minfte Rijp  niet  konnen ver-  
 echtcrCn  <^ra§en  ‘  want buyten verwachting daar van  overvallen  
 zijnde  ,  werden  terftond  al  hare Bladeren  zwart >  en  
 hangen neerwaarts;  *t welk men datelijk  ziet, zoo  haaft  
 de Zon  daar op fchijnd  ,  o f  men  ’t fchoon  aan  andere  
 Gewajfen niet kan bemerken. 
 hare Wor-  Als dit nu dus gefchied is  ,  zoo neem  al de Planten  
 telen vecle met hare dikke M ortelen onbefchadigd nyt de aarde op.  
 jaren  lang  gteeien  met baar Loof  tot digt  aan  dezdve  a f , 
 en  werp  alles  w e g ;  doch  breng  de Wortelen  binnens  
 huys  ,  en  laat ze  tien o f   twaalf  dagen  leggen  op  een  
 plaats,  daar door de Venfteren de Lu ch t,  maar niet  de  
 Zon op  haar  kan  komen  ,  om  een  weynig te drogen.  
 Begraaf z ed an ,  gantfeh b edekt,  in  droog zand,  zoo  
 blijven  ze  goed  :  doch  moeten  gezet  werden op  een  
 plaats,  daar  ’t  door de geheele Winter droog en warm  
 is ,  op dat ze  voor de Zorfl bevrijd blijven;  wijl ze dezelve  
 niet  konnen verdragen,  zonder een haaftig verderf  
 te lijden. 
 kan goed  Indien *t gebeurde, dat’er zoo  haaft geen Rijp  quam,  
 bewaren,  mag  men  haar  eevenwel  ontrent  half  OElober  onbe-  
 fchroomd opneemen  ,  en  alzoo de koude  voorkomen.  
 Staat ook wel toe  te zien,  dat men  haar niet in  de  aarde  
 laat,  door onachtzaamheyd,  na dat ze twee o f  driemalen  
 bevroren zijn  ge weeft.  Want dan dringd de koude  
 door de Steelen in  de Wortel;  waar op  een  haaftigë  
 verrotting  zou  volgen. 
 Koe ze  Deeze  Wortelen  ,  bruynachtig-grauw  van  verwe  ,  
 Shieten^" Wer^en met een volle Maan van April weer in de aarde  
 g ele gt,  op  zoo  een warme plaats  ,  als hier boven  gezegt  
 is.  Niet voor in  ’t laatfte van May  ,  o f ' t  begin  
 van Jtinius y  lopen ze weer u y t :  doch  dan fchietenze  
 zoo  fchielijk  en  krachtig o p ,  dat ze in  de  zelve Zomer  
 niet alleen meenigte  van  Bloemen,  maar  ook overvloedig  
 ^ «^vóó rtbren gen. 
 Hoe lang  O p de nu verhaalde wijze heb  ik eenige deezer Wor-  
 cene der  telen  e lf ,  twa alf,  en  ook dertien  jaren lang  goed ge-  
 bewaard^ k ° uden.  Uoe konden ze niet  langer in het leeven blijven, 
   wijl ze door ouderdom , van binnen gantfeh waren  
 uytgehoold,  gelijk men  ziet  aan  de  oude Willigeboo-'  
 men  ;  zoo  dat ze niet anders als de buytenfte Bajl hadden  
 behouden. 
 Aanwin-  In  deeze  koude  Geweften  werden  ze  alleenlijk  vermag  
 door meerderd o f  aangewonnen door haar Zaad',  \  welk met 
 haar Zaad. een walfende Maan  van M a er t,  o f  A p r il,  doch niet  
 op  de  uur  als  Saturnus  regeerd,  werd gezayd  in  een  
 P o t ,  gevuld  met de boven-gedachte grond.  Als  de  
 daar  u y t  voort-gekomene  jonge  tot  een  kleyne  halve  
 vinger hoogte zijn opgewallen,  neemt men ze met  een  
 wallende Maan  weer  u yt  de  P o t ,  en men plant ze op  
 zulk  een  plaats als befchreeven is;  ieder bijzonder,  en  
 de eene meer als anderhalve  voet  van  de andere.  
 DeWorte-  D e   krachtige  Wortel  deezer  zeer  fchoone  Plant  is  
 len deezer  niet anders als de  opregte J a l a p p a ,  die uyt Peru en  
 ke* hi Te e" anc^ere ^ mericaanfche Geweften in Europa  werd  over-  
 ze Landen g eh ragt;  daar z e ,  van  een  goeden  aart zijnde,  en  een  
 groeyen,  goede grond genietende,  genoezaam  willen  voortkomen. 
   De Spaanjaarden  hebben’er  tot  noch  toe geen  
 befchrijving van gedaan,  o f  iemant iet eygentlijks hier  
 van  willen  bekend  maken,  op dat ze in haren Koophandel  
 met deeze Wortel  geen  fchade  mochten  komen  
 te lijden;  gelijk buy ten t wijffel  haar voor taan zal weer-  
 Van een  varen.  Want een Drachma  (zijnde de hoogfte Dofs)  
 dienftiger  o f  een  halve,  na dat de Menfchen  oud o f  jo n g ,  fterk  i  
 ufdeGe  Zwak zijn,  van  deeze,  uyt Peru gekomen  ,  drijfd,  j  
 nees-  zeer krachtig, purgeerende ,  alle quade Zochten uyt het  
 kon ft als  Ligchaam  :  doch  dezelve veelheyd ingenomen van  de  
 ruaanfche  £eenej  welke in  onze Landen voortkomt,  heeft eeven  
 zelfs.  dezelve uytwerking,  veel wachter,  en met veel minder  
 gevaar.  Gelijk niet alleen  ik heb  ondervonden,  maar  
 ook de de Heer D avid  van den H euve l ,  een  tref-  
 lijk Genees-heer in  de  oeffening ,  en Medicina Licen-  
 ti at as  in  de  Stad  Antwerpen  ;  delgelijks  J ohannes 
 H ermans ,  een  voornaam  en  wel-ervaren Apothceker  
 binnen  Brujfel;  neevens meer andere. 
 Indien  iemand  nauwkeurig  acht  wil  neemen  ,  zoo  cueree  
 wel op  de gedaante  van binnen, als op  hare uytwendige komft  
 Schors;  ook op de inwendige witheyd  ,  met  hare  in ’t  keyde.  
 ronde  door-lopende  ftreeken  , ,  in  ftukken gefneeden  ,  
 ook gedroogd,   een-jarig,  en met  een  volle Maan  van  
 O El ober  opgenomen  zijnde;  defgelijks op de  dikte en  
 fmaak;  daarenboven op  ’t  door het  fnijden  aan  de kanten  
 uytgevloeyde  en  een weynig  hard  gewordene Zap  
 (.’t welk al  de Teekenen z ijn,in  de  regte Jalappe  te vinden  
 ,  om  dezelve  daar aan  te kennen )  zoo  zal hij  geer-  
 ne belijden,  dat van ons de waarheyd is gezegt  van  de  
 oprechtigheyd deezer Wortel in  onze Landen. 
 A l  de  voorheenen  genoemde  foorten  wallen  in  het Verder  
 tweede en  de volgende jaren  ,  gelijk  alreeds gezegt  i s ,  eygentlifc  
 uyt  hare  overgeblevene  ,  dikke ,  zelden  meer ,  maar  °crigt  
 wel minder,  als  een  hand lange Wortelen;  van welke  
 zommige onder fpits  ,  andere ftomp  toelopen  :  eenige  
 in  tweën  ,  zommige  in  drieën  gedeeld,  bijna  zwart-  
 v erwig:  waar u yt verlcheyde dunne,  o f  Ze e^el-ivor telen  
 fpruyten  ,  die  in  ’t  opneemen  ligtelijk  afbfeeken ;  
 in  welker  plaats  zich  dan  eenige  kleyne  langwerpige  
 witte  plekfen  vertonen. 
 Deeze  Wortelen  een  weynig  gedroogd,  werden van dc ge;  
 bleeker,  o f   vaal-bruyn.  Schieten  u yt  tot de hoogte ^aante «n  
 van  vier,  v ijf,  zes,  ja dikmaal zeeven voeten  ,  na ge-  
 leegentheyd dat  de,Zomer koel o f  heet  valt; ook na  dat Wond  
 het veel o f  weynig reegend  ,  en na dat  de aarde vet o f   
 mager  is.  Do ch die  van Zaad voortkomen,  rijzen  in *t  
 eerfte jaar tot  zulk een  hoogte niet op  :  gelijk ook niet  
 doet  de  A dmirabilis  Peruviana  minor  flore  
 Purpureo ,  o f  kjtjne purpere Wonderbloem van Peru;  
 .onaangezien  haar  Zaad  ’ t  groo tfte,  hare  Bloem  echter  
 de  kleynfte  van  allen  is. 
 Zij  krijgen  van  naturen  aan hare Steden  zeer fchoone Befchnj.  
 Bladeren,  van  een  verluftigende aanfchouwing.  On-  
 der en  in  ’ t midden der Plant zijn ze aldergrootft,   een  
 goede  vinger  lang,  doch  boven  kleynder;  aan  hare  
 Steeltjens. twee  vingeren, o f  ook wel wat minder ,|>reed;  
 aan de eene zijde wat lager als aan  de andere  neer-fchie-  
 tende  ;  en dus  allenskens  verminderende.  Vo o r  gaan  
 ze  toe  in  een  lang  en  Ipits  punt.  U y t   hare  Steelen  
 ( welke kantig-rond,  bleek-groen  van v erwe ,  inwendig  
 w i t ,  en  vol geknobbelde Leedeh zijn  ,  de eene. uyt  
 de andere  fchietende)  komen ze v o o r t,  twee en  twee  
 regt teegens  malkander  over gefield,  vercierd met een  
 aangename donker-groenjieyd boven, doch onder bleeker  
 ï  in  ’t midden voorzien met  een  regt-doorlopende  
 groote A d e r ,  u yt welke verfcheydene kleynder lopen. 
 U y t   ’t middenfte  deezer Bladeren ,  en  in  ’t boven- Bloemen.’  
 fte der Takken  groeyen  veele  bij  malkander  gevoegde  
 lange Knoppen. Deeze geopend werdende , vertonen  zich  
 de  Bloemen;  onder lang en  fmal,  maar boven breed en  
 rond  ;  echter als in v i j f  deelen,  een  weynig  inwaarts  
 gaande,  gefcheyden:  in welker midden  gezien werden  
 v i j f ,   ook z e s ,  teedere Draadjens  ,  met daar op groe-  
 yende  kleyne  ronde  Knopjens.  Haaft vergaan z e ,  en  
 vallen  neer.  Dan werden  ligtelijk  gezien  hare  groene  
 drie-bladerige Knopjens,  waar in  ’t Zaad vaft  z i t ;  het Zaad.  
 welk eerft groen-verwig i s ,  daar na zwart werd  ;  boven  
 d ik ,  en  knops-wijze  rond,  met v ijf hoeken;  onder  
 met een plat  voetje voorzien. 
 K R A C H T E N . 
 E  Wortel deezer Plant,  bruyn  ,  donker-bruyn,  Purgw" r  i  -  rende 
 or  zwartachtig  van  verwe  ,  heeft uyt eygener  
 aart in  zich  een  fterk -purgeerende  kracht;  drijvende  
 uyt  ’t  Ligchaam  wech  de  waterachtige  en  alle  
 andere fchadelijke Zochtigheeden, zonder eenige moeye-  
 lijkheyd.  _  I   '  "  0UJt. 
 Men  geeft  de Lijders  hier  van  in  een  halve  Scrupel  ^yende  
 in  eenige  Spijs»  *twelk beeter  is  als  in W ijn ,  Bier,  or  laachc  
 Water: