
 
        
         
		B eschryving d e r   K r u y d e n , B o e l e n   e n   B l o e m e n  , III B o e k   ,  440  
 K R A C H T E N . 
 oyk. DE   Bladeren en  Wortelen  van  Klokjens,  o f  Cam-  
 panula, • zijn  zeer goed en gezond op een Salade,  
 o f  in  Moeskruyden  gedaan  ,  en  zoo  gegeeten.  
 Want z y  zijn  aangenaam  voor  de Maag■,  niet zwaar te  
 verteeren,  en  geeven taamlijk Voedzel.  Verwekken en  
 bevorderen ook de luft tot  ’t  echte werkt 
 C X V I I   H O O F D S T U K S 
 R  A  P  O  N  CE. 
 ,  Erd in *t Neederlandfch niet  alleen dus,  
 maar ook van veele £/^»Ha l s k r u y d   
 (om  dat het  voor al de gefwollene dee-  
 len  van  den Hals  zeer  dienftig  en  behulpzaam  
 is ),  defgelijks W i l d e   r a p 
 en   ‘ genoemd.  In  ’t  Latijn  R a p 
 u n cu lu s   ,  r a p o n t iu m ,  o f  R a pu n cu lum   i  In  
 het  Hoogduytfch  R a b u n t z e l   :  in  ’t  Franfch  R a i -  
 PoNc e   t   en  in  't Italiaanfch R a po n zo lo   ,  o f  R am- 
 PONCIOLT* 
 l x   Hier  van  zijn  mij  in  haren  aart x.es byzondere foorten 
 bekend  ;  natnentlijk:  ■  ■  ~ 
 byzondere  L   R a p ü NCULUS  ESCULENTüS  VULGARIS  $  o f   
 foorten.  gemeene,  kleyne  ,  eetbare  Raponce.  I I .   Sp jca tu s   
 mont*ANUS  i  o f  Berg-Raponce met  een geayrde  Bloem.  
 I I I .  U m b e l l a Tus  L u s i t a n i c u s ,  o f Portugalfche  
 Raponce ,  met  een kroon.  IV .  G r a mi neus  ,  o f  Raponce  
 met  teedere Bladeren  ,  op de wijze  van Gras.  V . 
 C aMPANULATUS L iNIFOLIUS  FLORE  CO£RULEO,& 
 a l b o   3  o f  Raponce  met  witte,  en  ook  blauwe  Bloemen  
 ,  als Klokjens ,  en boven  teedere Bladeren,  op  de  
 wijze  van  Zlaskruyd,  doch  onder  rond.  V I .  R a p u n -   
 c u lü S  f l o R e  viOLACEO  ,  o f  Raponce  met  een  uyt  
 den  blauwen  o f donker-paarfchverwige  Bloem ,  ook  
 genoemd  C e r v ic a r ia   m in o r .  Niet  alle  zijn  ze  
 van  eeven  de  zelve  "Bouwing  en  Waarneemingi  •■■  ■  
 wat voor  Eevenwel  beminnen ze  al  t’zamen  een  goede ,  ge-  
 een Grond meene,  zandige  aarde  ,  met  een-jarige Paarde-mift wel  
 zy bemin-  voorzien  .  liever -een opene  ,  vrije  ,  genoegzaam ter  
 nen‘  Zon geleegene,  als een  fchaduwachtige plaats,  ook matige  
 vochtigheyd.  Geeven niet alleen Bloemen  ,  maar  
 ook rijp Zaad.  Konnen  fterke  koude  ,  en  alle andere  
 ongeleegentheeden der Winter uytftaan. 
 Gemeene,  Het R a p ü NCULUS  ESCULENTÜS,  o f  gemeene Ra-  
 enPortu-  ponce, en R a pu n c u lu s   u m b e l l a tu s  lu s it a n ic u s ,  
 galfche  I  0£ portugalfche gekroonde Raponce ,  bloeijen in  ’t  tweè-  
 de^Rapon-de jaar 5  en  gegeeven  hebbende,   verfterven ze.  
 ce.  Do ch  ’t  Portugalfche  krijgd  in  deeze  Geweften  geen  
 Z a a d ,  tot volkomene rijpheyd gerakende,  dan  alleen  
 met  een  heete  Zomer,  ’ t Welk dan  ,  gelijk  en  dat  
 van  ’t  eerft-genoemde,  in September o f  Maert jaarlijks  
 met  een afgaande Maan,  niet d iep,  weer gezayd moet  
 worden.  Dat  van  de  gemeene  Raponce  koomt  ,  op  
 d’aarde neergevallen  zijnde ,  dikmaal  van zelfs  genoeg  
 te voorfchijn, 
 Naarder  |tj Gedagte R a pu n cu lu s   um b e l l a t u s   lu s it a -  
 berigr van N i c u s  ,  o f  Portugalfche gekroonde Raponce,  is  van een  
 de laatft-  aardige aadfchouwing.  Groeyd zelden meer als  een voet  
 gcnoem-  hoogte Uy t  wortei op.  De Steden zijn  ruygachtig, 
 '  rond  ,  en  voorzien met  langwerpige bladeren ,  nu Uyt  
 d’een dan uyt d’andere  zijde  der zelve voortfchietende.  
 Zijn  een weynig  fcharp  ruyg  en hard van  aart, aan  de  
 randen wat rond;  met Tantjens,  doch niet diep;  donker  
 bleek-groen van  vefwe;  zomtijds  regt-uytftaande  ,  
 Bladeren  zomtijds ook gantfch neerwaarts geboogen.  U y t  welen  
 Blocr  ker bovenfte Hert v ijf ,  zes,  zeven o f  agt Bloemen,  uyt  
 men.  hare digt bij  malkander gevoegde Knoppen  ,  iri  ’t röndé  
 kroons-wijzoe gefield,  voortkomen;  groot,  van binnen  
 h o l ;  boven in  v ijf  deelen  als  ingefneeden  ,  en  onder 
 omcingeld met  vier  en  v ijf groene  Bladertjens, d’eene  
 om  hoögj  d’andere om laag gekeerd zittende. 
 Het  R a puncult ,js  m o n t an u s   s p ic a tu s   ,  ofGeayr<je  
 geayrde  Berg-Raponce  ,  vergaat  niet  zoo  haaft,  maar Ëerg-R*.  
 blijft langer in  ’t leeven.  Bemind  een warme  en droo- poncc,’  
 ge plaatst  Bloeyd ieder Zomer ,  doch  geeft geen  rijp  
 Zaad;  anders als bij  een  goede  Jaars-tijd.  Echter  kan  
 ze  alleenlijk  hier  door  vermeenigvuldigd  worden. 
 Men  zayd h è t ,  niet diep  ,  in  een Pot  (om  *s Winters  
 binnens  huys gebragt te  zijn )  gevuld  met  een zandige  
 aarde  ,  bij  een  wallende Maan van  September o f  Odo-  
 ber.  Dan  koomt  het in ’t  volgende  Foor jaar  op  ,  en  
 geeft in de tweede  Zomer d’eerfte Bloemen. 
 HetXAPÜ*ICULUS  Campanulatus Linifolius Raponc6 
 FLORE  a l b o ,  e t   cceRULEO ,  o f  witte  en  blauwe  Klofc.  
 Raponce met Klokjens,  en Bladeren van Flas-kruyd,  blij-  
 ven  lange jaren  in  *t  leeven.  Werden  niet  alleenlijk aan- van vk  
 gewonnen door  haar  Z a a d ,  ’t welk men  in Maert o f kruyd,  
 September, met  een wallende Maan,  d’aardè moet aan-  
 beveelen, maar  ook door aangegroeyde jonge Wortelen,  
 die men met de gedagte Maan in Zp r il  van  d'onde  af-  
 neemd,  en verplant; 
 Het  R a p u n c u l u s  f l o r e   v i o l a c e o ,  ö f  RapomRaponcot  
 ce met  een donkère Violette Bloem;  anders  oök genoemd  
 c e r v i c a r i a  m i n o r ,  o fkleyn H a ls k .r u v “d j duurd BloemtC  
 ook  veele jaren.  Gèeft in den Herfjl,  bij  goede droo- anders^   
 ge  tijden ,  völkoomen  rijp Zaad.  Is  zeer hard van na-  
 tuer.  Kan  niet wel door andere  middelen  $  als  alleen-  
 lijk door haar Zaad,  Werden vermeenigvuldigd:  ’twelk  
 met een wallende Maan van Maert  in een  Pot  gezayd,  
 warm  gezet,  en  bij  drooge dagen  een weynig van  boven  
 befprengd moet zijn.  De daar van voortkoomende  
 Jongen geeven  in  ’t  tweede ,  ook wel  in  ’t  derde Jaar^  
 voor d’eerfte maal hare Bloemen.  Laten  *s Winters hare  
 Bladeren niet  vallen,  maar blijven altijd groen. 
 K R A C H T E N . 
 D E   Wortelen  van  Raponce , o f  Rapunculus, zoo Dumtn  
 wel rauw als  in Water g ek o o k t,  zijn gematigd Mf f i s   
 van aart,  zeer  goed  en  lieflijk,  om  op  Salade i n gedaan  
 ,  en  zoo gegeeten  ;  ook met Meel  en Boter  in  
 een  Pan gebraden  te werden. 
 Maken  een goede Maag, verfrilfchen  de mond,  ver- Lmctr.  
 wekken  eetens ,  defgelijks Byjlapens-lufi.  Vermeerde- ^   
 ren  ’t Sog,  o f  de  Melkjn  der  Vrouwen  Borften  ;  en  
 geneezen de  Gefwollene  deelen  ontrent den  hals,  paps-  
 wijze  daar op gelègt. 
 ’t  Gediftilleefde  Water  deezer  Wortelen  ,  ook  de Dob.lf  
 W ijn ,  waar  in  men  de  zelve  gantfch  week  g e k o o k t^ '" 1  
 he eft,  neemd  wech  al  de  Sproet den  en  Vlekfen;  en  
 maakt,  daar mee gewalfchen,  een  klaar,  zuyvervel. 
 C X V I I I   H O O F D S T U K . 
 MA RI ET TEN. 
 N   h et  Neederlandfch  niet  alleen  dus ^ Verfchcy-  
 ,  J  H  *  dcnamen* 
 maar  o o k   van  zom m ig e   W il d e   r a p 
 é   v a n   d io s c o r id e s   g en o em d :  irt  
 *t Latijn  v io l a   m a r i a n a ,   t h a CHE-  
 l iu m   ;  van  eenige  M e d iu m   ,  ó f  ra-  
 PA  sYLVESTRis  D io s c o r ïd i s   :  m  t   
 Pranfch  M a r ïe t T es  ,   en  in  ’t  Italiaanfch.  M e d ió , 
 RAPO  SALVATICO  D l  DIOSCORIDE  ,   en  Oök  VlOLA 
 m a r iAn a . 
 Hier van zijn mij  in  haren aart bekend geworden *   Zecvco  
 ven byzondere foorten;  als:  ,  .  .  , 
 I .  V io l a   m a r ia n a   f l o r e   a l b ö   s im p l i c i   ,  o t^ r  ■  
 Mariene met een witte  enkele  Bloem*  II.  V ïo lA ma-  0  
 r ï An a   a l b a   p l e n i f l o r a   ,  o f  witte dubbele Mariet-  
 te.  III.  V io l a   m a r ia n a   f l o r e   p l e n o   cceRULEO,  
 o f  Mariene met een dubbele  blauwe Bloem*  IV«  F^o