
 
        
         
		19 B e s c h r y v in g   v a n   d e 
 * * tóU y   Hier  van  rijn mij  inharen aart bekend geworden*,«  
 byzondere  bijzondere foorten,  als i  _ 
 ioorcca.  J  SAMBUGUS  VULGARIS  FRUCTO  mcRO ,  OtGEmeen  
 e  V lier  met  b e n z w a r t e V r u c h t ,  welke  
 beeind  te  bloeyen in  ft begin van  Jumus.  I I.  Sam- 
 J c U S   T.RÜCTO  ALBO,  o fV L IE R   MET  EEN  WITTE 
 V rucht.  I I I .  Sambucus  foliis  laciniatis, ot  
 V lier  met  cesneedene Bladeren  ,  van een  aardige  
 aanfchouwing.  IV. Sambucus  baccis  rübris  
 MONTANA,  o f   BeRG-VLIER  MET  ROODE  BEZIEN. 
 V .   SAMBUCUS  AQUATICA  MAS  FI.ORE  F l ENO >  
 W atbr-vliêr  mannetje j  wet  een  ik$£  te  e e  
 Bloem  :  En  VI.  Sambucus  aqijatica  foemina 
 BacciferA) of V lier-wyfje,  welke groeyd in Waterachtige  
 plaatzen,  met Vruchten.  Meeft  alle  zijn ze  
 van eeven dezelve waarneeming. 
 Waarncc.  Zij  beminnen  een  gemeene,  zandige  ,  ook een an-  
 dere vochtige en wel-gemeftte grond:  een  opene, vrye  
 en  luchtige ,  Bever  als  een fchaduwachtige plaats,  en  
 veel Warer,  Geeven gemeenehjk  ieder jaar volkomeT  
 ne, rijpe Vruchten.  Geen fterke Vo rft o f  andere onge-  
 leegentheyd des Winter is  haar hinderlijk. 
 Aanwin-  A l de genoemde foorten werden aangewonnen op de  
 ning-  drie volgende  bijzondere 'wijzen.  iB B I 
 Door  haar  door haar Zaad,  't welk in denHerffi, met 
 £°d.  eenafgaande Maan van September,  OlloberofNovene  
 ber,  na geleegentheyd  des  tijds,  m  een goede Aarde 
 werdgezaayd,  niet digt,  maar van  een verfpreyd,  bol 
 en  luchtig.  , .   .  r , 
 Door Tak-  Ten anderen $ doorafgefheedene Takken^  in  e  ^  
 k«.  rins of M a er t,  met een volle Maan ,  op een donkere 
 vochtige plaats in de grond geftoken, dikmaal met water: 
  heloten,  en  vlijtig  onderhouden  :  dan vatten ze  
 in  een  korte  tijd;  Wortelen  wel,  en  groeyen  fpoe-  
 die  voort.  '  i 
 Door  nvt-  Ten  derden ,  door  hare  bij  de  wortel uytgelopene  
 loopzelen.  jonge fcheutjens,  die,  of mgefneeden,  of ook wel van  
 ze® ,  BchteUjk  Wortelen fchieten :  daar  na  met  eem  
 wallende,  of een afheemende Maan,  van M o e r t ,  of  
 November,  van d’oude afgenomen en verplantkonnen  
 worden.  . 
 Water-  D e   SAMBUCUS  AQUATICA  BACCIFERA  FOEMINA, 
 vlier Wijf-  o f   pVater-vlier,  Wijfje,  geeft  wel  Vruchten,  doch  
 ie-  brengt ze  in  deeze Geweften  zelden v o o r t ,  ten  Ware 
 bij  goede Zomers,  en op  een warme plaatsgefteld.'  D e   
 aangename  Bloemen komen'in  de May-maand te  voor-:  
 fchijn.  - 
 Berg-vlier  D e   Sambucus  baccis  rubris.  montana ,  o i  
 mer  roode  Ber g -vlieR ,  met  roode  Bedien  ,  welke  op  dezelve  
 Bczi,a-  tijd hare  Bloemen  u ytfchiet,  groeyd van  naturen hoger, 
   als  al  de  andere,  indien  men  hem bij  tijds  van  
 onder  op-fnoeyd  :  waft ook  zoo  wel  in  een gemeene  
 drooge aarde,  als op  een vochtige plaats:  doch moet,  
 gelijk ook  al de voorgaande foorten, met een afgaande  
 Maan verplant zijn. 
 k r a c h t e n . 
 E   Vlier werd  gehouden  voor droog  en warm  
 ‘ m den  eerftén Graad,  daar  bij‘bok-  voor  purg 
 e r e n d e , heelende,  en verteerende van  aart. 
 D e  groene Bladeren,  met wat'Zout in Edikgezoo-  
 .3.  den,  en  gelegt op allerley flag van Zecrigheyd,  ook op  
 de Wijt,  o f ’'t Vinger-gezwel., geneeft  dezelve.  T o t   
 gebrand,  en  in  de Neus-geftoken,  ftild het Bloeden. 
   De reuk van  Vlier-bladeren en  Bloemen verjaagd  
 B o o m e n .  I  B o e k ,  So 
 Bladeren  geneeft  men allerley  ontfieeking  en  fchurftig-  
 heyd,  als men die daar meê wafcht. |  -  e i 1 '  -  ’ 
 de  Slangen.  In Wijn  o f  O ly  gekookt,  verzachtenze  
 de hartGgheyd der M ilt.  De W e  Bladeren gefloten,-  
 en met  ÏVleel van Garften-Mout  doormengd,  werden  
 met groot nut gelegt op de verbrandheyd ,   efi  de bee-  
 , 'ten van dolle Honden.  Met  Schapen-vet,  yerzachten  
 ze de ftnerten  van ft Podagra.  ’ t Zap der zelv e,  met  
 eenig gekookt  nat  ingenomen ,  veroorzaakt  een  zachte  
 Stoekan?.  Met  het  gediftilleerde  Water  van  deeze 
 De  jonge  Knoppen met wat  Zaffraan  in Wijn  tot op  f f i *   
 de helft gekookt,  verwekken de Maandftondtn, doen  f'  5-  
 Pnrgeeren,  en  drijven uyt alle Waterachtige,galachti-  
 ge en Jlijwerige vochten:  veroorzaken echter in teedere  
 Ligchaamen  eenige ontroering der Maag.  . 
 De  Bloemen,  buyten  de  lucht gedroogd  ,  in  E d t f  Nut der  
 gedaan,  daar op laten ftaan,  endeeze AzijnmSpijfen-“ “™ ^ -   
 gebruykt  maakt goede  eetens-lufi ;  is  de  Maag aan-  
 genaam  :  en  verdrijfd  ook  de  Roos,  als men er doe-  
 ken,  in deezen Edik nat gemaakt, oplegt:  doch droog 
 gewerden,  moet menze  t’eikens weer bevochtigen. 
 W ü   iemand  de  A i«   binnen  een korte tijd verdnj-  
 ven  ,   en  zelden weer krijgen  ,   die  neeme een nieuw- Weynig 
 gebakkeneBoeren-kan met  een engen hals:  doe  daar in tijd. zoo  .  
 varfch-gedroogde  VjUer-bloemen  ,  to t   boven  toe v o l «»«dr^. 
 geflopt:  zetze ,  wel  toegebonden,  in  een  kelder,  o p M Jéidcn  
 een  donkere plaats,  of'begraaf ze  tot  aan den  hals toe zal weer-  
 in de aarde:  als ze vervuyld zijn,  zoo haal men met een komen,  
 fpaantje  van  vuren-hout  wat  van  t  bovenfte  zwart-  
 j  verrotte daar u y t ,  en  ftrijk het  daar mee  (niet met de  
 vingeren)  op de R o o s ,  tweemaal daags,  alleen  een los  
 gebondene doek daar over doende. 
 I  Water ,  u yt Vlier-bloemen gediMeert  ,  neemt Ged.ftd-  
 wech de verbrandheyd van  de Z on,  de  hittigheyd der water_  
 Oogen,  de Hoofdgijn ,  veroorzaakt door hitte  ,  en  is  
 goed teegens oude Zeeren.  D e   Bloemen gedroogd,  in Deden. Ui:  
 een  Zakje gedaan,  en  in nieuwe Wijn  gehangen,  daar ^   >3: 
 na ieder dag fterk uytgedrukt,  geeft aan  de Wijn  een 
 Diofcor.1  
 eag. 7. 
 Xoeer qoeae ymmsm  -  . 
 Van  ’t Zag der zwarte Bezien, met Zuyker gekookt,  Z^oop^  
 werd een Zyroop  gemaakt,  welke bpend,  en  zeer geL Be2iea_  
 zond is voor de geene,  welke gequeld werden van  de  
 Roos,  o f  beladen zijn met waterige vpchten,  inzondeib  
 beyd  als men’er op  zweet.  Deeze  zwarte-Bexam  op  
 Brandewijn  g eze t,  en  zomtijds  een.weymg daar  van.-  
 gedronken  ,  hebben  dezelve  kragt.  Als ze  m  Edik<j»».M.  
 werden  gedaan ,  maken ze dezelve  rood ,  en  getoond;  '  
 defgehjks  ’r Hayr xtwart,  daar mee  beftreeken  zijnde,  
 j  ft Zaad ,  o f  de  Korlen  ,  der Bezien ,  tot  Stof'ge- ’ tZaad do  
 maakt,  en daar van een Drachma, E>f  t vierdedeel van  Bezien,  
 een lood,  in genomen,  jaagd uyt  alle ftjmerige,  gal-  
 achtige ,  en  waterige  vochten.  Anderhalve hand  vol  Bippotnu  
 van de middelfte Bafi deezes Booms, o f  der Wortel, m  **■   
 een Kan Rhijnfche W ijn ,  wat langer als een: half uur,  
 in  dnplici  vetfi'a  p f  Balnao Maria,  gekookt,  en  daar.  
 van-door den  dag gedronken  ,  heeft dezelve werking;  
 en drijft ook  ft Watervoört.  De groene Ao/rgeftoten,  
 dan  in Water,  o f W ijn , gezoden, en daar Van. gedi'on-  
 ken, doed braken.  ;  1-.  ,  -  a *,  _ . 
 .  Twee  oneen  van  't  Zap  der.Wortelen,  driemaal  
 achter  malkander  ingenomem, v een  weynig  voop.’t  
 aankomen  van .de  Koorts,  doed  dezelve  achter,  blijven. 
   Als de yrouws-pérfonen gaan  zitten over  ft wa- P/m. I. Mi  
 ter,"  daar  deeze-Wortel  in  gekookt  i s ,  zoö->wetd  d e c-8.  
 verftoptheyd der APoeder geopend,  t Geneeft ook de  
 gebreeken  der  zelve.  .... 
 De  Gom  deezes  Booms,  genoemd  Judas  Oor >  A/flÓl’.  ‘  
 zeer goed teegens allerley gezwellen  ,  zoo  wel  inwendige  
 als  uytwendige:  drie  o f  vier  uren  in  Water  g e ,  
 w e y k t , '   en  met  ft  zelye  de  Mond  .gefpoeld ,  .verdrijft  
 de verhitting  en  opzwelling der Amandelen ,   én  
 de  Huyg. • 
 X X X in   H   O   O   F  D   S  T   U   K. 
 RHYK BEZIEN. 
 Y n   in  deeze  Landen  aan  ieder  niet  be-  verfchef' 
 kend ;  en voeren  in  ft Neederdujifih geen iooasoeo, 
 andere  als  deeze  naam  :  in ft Latijn  wet-  
 den ze geheeten  R h amnus  solu tivu s,  
 ó f D oornige  R h yn e e z ien ;  welker 
 8 1   R h Y N B E Z Ï E N .   P u Y N ^ Z I l f t l .   S o p . B E N B D Q M .   8 X 
 Vrachten  den  Buyk  week  inaken  :  R h a m n ^ s  c a - 
 THARTICUS RECENTipfi.UM, o f  PURGEERENDE DOORNIGE  
 R hynbezien  der  nieuwe  Kruyd-bcfchrijyers;  
 en  spiNA  infectoriaj  o f  verwende doorn  :  (oni  
 Verwen  dat deeze  Vrachten^  eer ze noch rijp  z ijn ,  een weynig  
 van  eze -  gedroogd,  en  in gemeen  ,  o f  in Aluyn-water te weyk  
 g e le gt,  een geele,  doch  geheel  rijp  geworden,   een  
 gantfeh groene  vexive  geeven.  Q o k   werd  u yt deeze  
 rijpe Vruchten,  welke pytwendig  zwart zijn,  een Zap  
 geparft, o f  gedouwd,  *t geen, met een Weynig/Aluyn  
 gek o o k t,  van  de  konftige  Schilders  werd  gebruykt  
 voor  een  donker-grocne  verwe,  in  deeze  Landen  genoemd  
 Zap-groen,  ook Zaft-groen) :  in ’t Hoog-  
 duyfch Creutz-beer,  o f  W egedornt  in  ’t Franfch  
 V erd de vescie f   en in *t Italiaanfch Spino Merlo,  
 o f  Spin  Z erbino. 
 Waarnee-  2ij  beminnen een  gemeene,zandige, qok een  andere  
 ming.  luchtige doch  vochtige grond,  weegens  de  veelheyd  
 harer teedere Wortelen;  welke al <Ie waterachtigheyd  
 ontrent  haar pa  zich  trekken  ,  en andere neeyens haar  
 ftaapde Gewaflèn  daar van beroven:  een warme,  qpe-  
 ne,  v ry e , luchtige,liever als een  donkere o f  fchaduw-  :  
 achtige  plaats j  en zeer veel Reegen. 
 Bloemen.  O u d  genoeg geworden,  bloeyen z,e ieder Jaar,  in de  :  
 Maand  Aday ,  en  geeven  in  den  Herfjl  volkoipene 5  
 Vruchten,  rijpe  Vrachten;. kleyn,  en veele bij malkander  ;  die  ,  
 als ze nu zwart zijn  ,  van  zelfs ligtelijk ter  aarden  vallen  
 ;  derhalven  moet  men  ze  dies  te  vlijtiger  in  acht  
 Bladeren,  neemen,  en bij  tijds afplukken.  Deeze Gewaflèn  blijven  
 in’ de  Winter  niet  groen,  maar  verliezen  in  den  
 Herjft  hare  Bladeren  :  welke  jaarlijks  in  Agr'tl  weer  
 uytlpruyten.  Verdragen  fterke Vorft, Sneeuw,  Stormwinden, 
   en  alle  ongeleegentheeden  des  tijds. 
 Aanwin-  In  deeze  Landen  konnen ze  alleen  door Zaad wer-  
 wng»  den aangewonnen;  het welke ,  als men  ’t gedurende de  
 Winter op een  drooge plaats heeft bewaard,  in ’t Voorjaar, 
   na ’t  laatfte  C^artier der Maan in Ag ril,  in Potten  
 ,   o f  ook op  een  warme ,   wel  ter  Zon  geleegene  
 plaats,  in de aarde gelegt werd, niet dieper als een vin-  
 .ger breedte. 
 Tijd der  •  Ms dit Zaad nu uytgefchoten is,  mag men  de jon-  
 Yerpian-  ge  Gewajfen niet  voor  ’t  derde jaar opneemen ,   ,en met  
 ÜD^‘  een a%aande Maan  van Maert o f  Ag r il,  na dat de  tijd  
 zich aanfteld,  op andere plaatzen verplanten:  maar die  
 m Potten gezayd en opgekomen  zijn,,  mag men wel in  
 *t tweede jaar verzettep. 
 Ondertuflchen  moet  men  in  de  verplanting  acht  
 neemen,  dat mende aarde  zoo  veel doenlijk is ,  om  
 de Wortel Iaat blijven. 
 K R A C H T E N . 
 I  Gel lil.  •   X l t  Gewas is koud in  den  eerften  ,  en  droog  in  
 I  sioip.Utj.  I   1 den  tweeden  Graad  ,   met  eenige  te  zamen-  
 takkende kracht. 
 I  De  Bladeren  gedroogd  ,  en  tot  Sto f gemaakt, 
 I  t   teeg ens  T>os,  en  allerley  voort-lopende I  ^weeringen ,  als  men  het  daar  op.  ftroyd.  Dezelve 
 I  '  Bladeren  ,  o f   de  middelfte  Bafi  ,  met  een  wey-  
 nig Aluyn  iu Wijn  gek oo kt,  en  de  Mond wel.  daar  
 mee  gcjpocld  ,  geneeft  de  Zweeringen  van  dezelve.. 
 ■  Verwevan  De Bezien  gedroogd,  gefloten,  en met AJuyn-in  
 I  >hBezien.  Water g ew ey kt,.  geeven.  een geele verwe,  welke ge-  
 bruykt werd  tot de verwing van: Papier en Leer. 
 I  Muth. Ut  *c ‘Tap  daezer Bezien met  Zuyker Lereyd.,.  op  zulk  
 I  '■ «f.'io,!een wijze als Matthiolus befchrijft, en  dan  een once  . 
 daar van  ingenomen  ,,  is goed voo rde  geene die.van  ft  ; 
 I   Podagra  werden  gequeld  :  want het doed  purgeer en, 
 |W « J . i ..en  drijft u^t alle fiijmerige,  tape,  ook dunne o f  wate-  
 I   1 rige vochten: verfterkt te gelijk  al de inwendigeDeelen,  
 volgens  ft getuygenis van L obel. 
 XXXIV  H O O F D S T U K , 
 DUYNBEZ IEN. 
 ■  It  Boomachtig Gewas werd ip ’t Nee-  Verfchey. 
 derlandjih  niet  geep  andere  al$  deeze  dcnameiv 
 Spïna  alba ,  o£ P ‘leAster  
 G ermanicus  cordi, dat is,  wilde  
 Ö lyfbóom van D uttsChland :  ih  
 t Hoogdaytfch Sand-dorn ,  o f  ook W  eiden^dorn :  
 in  t Franfch ^urguespin  ,  o f  Neprun  :  ‘vti't Italiaanfch  
 Ranno. 
 i  "9 ^ flach VaP  Geboomt bemind een gemeerte  zandige iVaarncf,  
 aarde,  voorzien  met  flechts  een  weynig  twee-jange  ^ing.  
 Paardemift,  want veel zou  fchadelijk  zijilj  een opene,  
 v ry e ,  luchtige,  en op geen^rley wijze donkere plaats;  
 ook veel Reegen.  Geeft in  ’t laatfte van Ag r il,  o f  ’t  
 begin van M a y ,  veele bij  malkander  zittende  groene  
 Bloemtjens;  en  teegens den Winter  een volkomén-pjpe  
 Vracht.  Laat piet anders,  als door ouderdom,  zomtijds  
 eenige onderfte Bladeren  vallen.  Blijft voorts ge-  
 durig groen:  yerdraagd felle  fterke Winden,  en  
 alle vérdere ongeleegentheeden der tijden. 
 ^Zij  werden  alleenlijk  vermeenigvaldigd  door  twee Aanwin-  
 .  bijzondere middelen.  '  ning. 
 Eerft,  door Z a a d ,  kt wélk met een  afgaande Maan Door Zaad.  
 I "van  de  Maert  moet  gezayd werden ,   beyde,  op  een  
 warme,  wel  ter Zon  geleegene plaats,  en in Potten. 
 Ten anderen,  door hare bij  de Wortel uytlopende,  Door Uyt-  
 wijd  én  breed  door  de  aarde  heenen  fchietende  en doopzelen,  
 voortkruypende  jonge Scheut jen s ;  d ie ,  o f   van  zelfs  
 Wortel vatten,  o f ,  om Wortelen  te bekomen,  ten  hal-  
 ven  met  een  Mes  werden  ingefiieeden,  op  zulk  een  
 wijze  als  men  de Angelieren  doed.  Als  zè  nu  jonge  
 Wortelen  hebben  gekreegen,  neemt men ze  a f van  de  
 ou d e ,  ,en men  verplant ze met  een  afgaande Maan in  
 Maert\  niet in  den Herf/l,-wa.nt  dan willenze veel bezwaarlijke! 
  beklijven,  en niet zoo wel gróeyen. 
 K  R  A  C   H  T E N . 
 DE  Bladeren  en  Vrachten  der Dtiynbèz>iè‘n  zijn devin. 
 koud  en  droog  van  aart.  Vertfaan  den' dorfl Ltrf f imdt.  
 der Koprtzige lieden;  drijven  ook u y t alle [lij- Htrb'  
 merige en taye Vochten. 
 Van het Zag deezer Vrachten  werd  een  Verjuys gemaakt, 
   zeer bequaam  ten gebmyk in  de Spijzen. De Takfen,  binnens huys gelegt,  dienen de May- Cordus.  
 XXXV  H O O F D S T U K . 
 z>en tot een lekkere koft ,  zoo daar na toe komen lopen. dat ze met rtieenigten  
 S O R B   E N   B O O M . 
 ■  P  het  Neederlandfch  dus  ;  ook w.el VeWchejr*  
 SpREEBEEREN-  o f S.PR,REUWBEZ^EN- .denamen^ 
 in ’t Hoogdaytfch Siierber-baum , ook  
 Wrd. Speyer-^,  o f Sp-er-.bawm ,  en  
 Spierna :  in ’t Franfch Cörmier , ó f  
 SoRBiER  ;  en  in  ’t  Italiaanfch  Sorbe  of  C or-  
 Niolo. 
 Hier  van  zijn  mij  in  haren  aart  bekend  geworden  Vier bij-  
 vier bijzondere  foorten;  nameritlijk:  I.  Sorbus po-  
 mestica;  dat is, tamme ,  o f  ogrechte Sorbenboom. 
 IL   SoR,BUS  SYLVESTRIS ,   of W.I.LDE  SORBENBOOM ;  
 ook  geheeten  Sorbus  tqrminalis  ,  gehouden  een  
 zeer  goed middel  te  zijn  teegens  de  Baylj-  en  Roode  
 loog.  I I I .  Sorbus alpina ,  o f Ber.g-sorbenboom,  
 ook  van  veele  genoemd’  A ria  T hèqphrasti  ,  o f   ' 
 A ria  van T heophrastus:  en  IV .  Sorbu«s  agcu-  
 paria  ofVoGELVANGERS Sorbenboom*  Al- te zamep  F  ver