5 5 7 H oe langer, hoe liever.: Wilde vlier. E latine, jjg
iHardheyd.
C C I H O O F D S T U K .
HOE LANGER HOE
L I E V E R .
\ÊbSÊMLarp ’ t Neederlandfch niet alleen d u s , maar
° ° k van vee^e A l f s r a n k g e n o em d ,
werd in ’ t Latijn gehceten D u l c a m A-
r a , A m a r a D u l c i s , S o l a n u m
L ig n ö s u m en C i r c /e a M o n s p e -
l i e n s iu m : in ’t Iloogduytjch H e in s -
k r au r , en J r l e n g e r j e l i e b e r : in't Italiaanfch
D o l c e a m a r a , e i iV n 'E S i l v e s t r W.
Hier van zijn mij in haren aart bekend drie veranderlijke
foórtën j namentlijk:
I . D u l c a m a r a f l o r e p u r p u r e o , o f Hoe lan-
Unger .hoe liever.met,een purpure TUoem. II. F l o r e
A L bo , o f met een witte Bloem. I I I . So l a n u m L i -
GNOJUM f o l i o v a r i e g a t ö , o f Hoe langer hoe liever
met z^eer Jchoone wit-, geel- en groen-bonte Bladeren.
A lle z ijn z e van de zelve- Bpuwing en Waarneeminr.
Zij beminnen uyt eygener aart een gemeene , zandige
i zoo wel gemeftte als ongemeftte , doch vochtige
aarde.. Hebben zoo ,geerne een donkere, als een ope-
ne luchtige, vrije, wel ter Zon geleegene plaats. W illen
veel Water. \
Bloeyen ieder Zomer, en geeven ook volkomen rijp
Zaad. Zijn hard van natuur, en blijven veele jaren in
Jt leeven. Konnen fterke koude, en alle' andere onge-
leegemheeden des tijds uytftaan. Werden vermeenig-
vuldigd, eerfi, door haar Z a ad ; *twelk met een waf-
fende Maan van ALaert o f September in een Pot de aarde
bevolen moet zijn. Ten a n d e r e n door hare aarigé-
groeyde jonge Loten, welke van zelfs ntortelen vatten 5
daar ha op de genoemde .tijd en ihet de gemelde Maan
van de oude afgenomen en-verplant werden.
Het So l a n u m l ig n o s u m v a r i e g a t u m Jivev'S-
RiEGATO f o l io , ó f Hoe langer hoe liever ;
feboone, wit- geel- en"gr oen-bonte Bladeren^ krijgt!
uyt een teedere bruyn-verwige worteiveele houtachtige
Scheuten; De oude zijn bleek, • o f 'grijsachtig ; dé
jonge\uyt den' groenen purperachtig van verwed- Van
binnen geheel groen ; :ook holachtïg Van aart, ejrniet
zeer dik.: Aan de zelve komen voort veele Bladeren ,
digt boven malkander-, doch regt-op gèfteld , nu uyt
dan uyt de andere zijde; de ee ven wel- gefnéehe-
I p1eftalte ‘
PrBloe.
lij k . zich. a l te zamen eenzijdig dtayende. Ruften op i
tamelijk-lange Steeltjens. Sijn óhgelijk. van grootte",
* doch niet zoo groot als die van de andere foorten: ook
met zoo liegt, maar van binnen met veele gekrulde hoog- ;
ten en laagten vÖorzieh.L Aan dè.randen krullen ze
zich.inwaarts on?.- De grootfte z ijn , met haar fiteelt-
Je j, een genjëede vinger lang; ruym,,een vinger breed;
ln midden op het breedfte j voor in een fpits punt
eyndigende; en agtery o f onder, met twee langaehti-
ge , ook doorgaans fmalle O oren gelijk als ingefn^e-
-den ; alhoewel' ook veele andere dezelve millên.' . Din
2lJn Zc agter op ’t breedfte, en werden na yöoren toe alleh-
xen fmaller; ook voor fpirs toegaande; W e y n ig , - o f ;
met , blinkende zijn ze ; inwendig dónker-gróen V akn
•<ie randen {legt, eh *uyc dert geelen wit?; -ook wel met
eenige witte plekteen van binnen aardig voorzjen : ' zagt i
lQ t aanraken; krachtig van geur, en inwendig begaaft
met een regt-doörgaande fyoote\^Ader, o f Ruggè| waar
-uyt verfcheydene:andere kleyner ter zijden uytvlöeyèri.
n ^en Herffi vallen ze al te zamen öp dè aarde meer.-:
De Bloemen fpruytenvoort Uyt *t bovenfte der Stee-
en y ° f ook wel uyt ’t midden der zAjde-takJen , gemeenelijk
eenzijdig o f neerwaarts gebogen : hangende
aan hleyne donker-bruyne, o f u y t den zwart-roden pur-
pure veelvoudige Speelt jens, digt bij malkander gè-
° c c ’ aangenaam ptfrpür-verwigv Beftaan hiyt 7 ^tars“Wijze gefteldè Bladen jens ,- zich • ligtelijk na
•boven pmdrayende. Hebben iq ’t midden tien geele
ftipjens, teegens over ieder blad twee, te zamen een
ronde cirkel uytmakendê : in welkers, midden men ziet
voortkomen een tamelijk-dikke, pyramids-wijze geftel-
de, langweilige, ronde, g,eel-verwige kpop.. Als dee-
ze Bloemen eenige dagen hebben open geftaan K vallen
z e ter aarden peer ; nalatende, yeele oyaals-wijze d ikke .,.
korte, ronde knop jens; eerft bleek-wit, met eenige
groenè ftreépèn vermengd-, èn blinkende van. verwe,*
doch daar na werden ze fclioon rood j en bewaren binnen
in zich:een bleek, rond, en plat Zaadje.
K R A C H T E N .
f Oe langer hoe liever, o f Dulcamara , is verkoe- Qeugdcn.
lende f v erd ro g en d e , afvagende en verteerende
Een Pond , zoo van de Bladeren als Ranken , kleyn DoIJMaj*
gefneeden;, ip Wijn gezoden y en daar van gedronken ; cai ' 13'
o f ’t uytgeparftte Zap met Wijn gebruykt j opend de
verjloptheyd der Leeyer en Galblaas. Helpt de geene ,
welke gevallen^ hebben ^ _pf gejjagen9 ,_en.van binnen ge- Tragusl.i.
cjuetjl zijn : fcheyd het geronnen Bloed: is goed teegens ca^‘
rt Graveel)- vergif ;•: de Waterzcujrt, • èh-vod? Galzuchtige
Menfcheh , '*s morgens-eh-’s-avonds een Roemertje
daar van -gedronken ,7 eh daar öp gez weet-: Want het Lmtieer l
purgeè^jen zuyyérd'haar Vain alle waterachtige en gal- 1-caP-16^
achtige öhreyrtigheeden. | - Neemt wech de' Koortsen,
-wélke haren ‘ oorfprohg héëmen- uyt een vérdörvëne on-
reyne Maag ï waar door -dikmaal de Geelzugt öntftaat.
De zulke ^ welke ’bloed Jpouwen , konnen van deeze Bloed-
P-ldnt grööte baat-géniéten -, wanneer ze een hand vol Spouwen
der gefneedene Ranken en^ Bladeren in een ^ Kan Bier 2efenee'
ó f Wijri koken tót pp dë h e lft; dan daar van -s^ morr M A
gens en ’s avonds 't vierde 'deel van een. f Pintje drinken
; ook door den dag Garfte-water nuttigëh : maar
ondertuftehen zich nauw. wagten voor alleiley fcharpe ,
hitzige, en zuure dingen. "
He t Zap iriët Wijn, vermengd , en daar meê gewaf- Camer. L
'ttenyrmeèmt wêch allé fletyjin, Zomer-fpröetelen, en
:andere ónreynigheeden van ’i vel. Maakt dok een helder
en fchpön a'angezigt. -
De Bladeren gefloten 3 én' óp heeté^Gezwellen 'gdegf, LobeLl.xi
■ verkoelehy éh-geneézén de zelve. • ' fol.i 13.
Jt Zaad geftoten, en daar van eert Drachma m et Wijn
o f Meede ’s mórgens nuchteren, ■ drié dagen na malkan- •
der, ingenomen , dood de Wormen en drijft de G a l , .
uyt.
De WortèlT verwarmende van aart, geftótéri , vierentwintig
uren lang in Spaahfche Wijn g èw ey kt, en
daar van drie dagen agtéf een 5s mórgens gedronken,
reynigd dé A'Loeder.
,C C I I H O O F D S T U K.
WILDE VLIER.
■ Iet alleen met deczen naam in ’t Nee- verfcbcyzommige
Hadich geheeten : in het
Mi-Li s : i n Hoogduytfcb A tt-i-ch:
in het Franfch H iebde;: in HJta-
liaanfch E bulo,/Nebbio , P oD A G R A R iA , enKA-
MËAéTi s l ’ " r' - "■ ’'/.v'l 'V H t y ' '
- Deeze Plant bemind, uyt èygenèr aart, meer een Grond.
gpede% gemeene, zandige / als een andere, doch vet-
gemeftte grond : een opene ,• luchtige, vrije, en wel
ter Zöii gëleégénè, 'meer als een donkere o f fchaduw-
achtige plaats; W il ook veel Reegeh', wijl de vochtig- •'
'heyd haar aangenaam is.' - Verdraagd'geduldig- felle .'
Forfl, en dlerley khdere ongeleègeritheedèn dés gant-
jfchen Winter). < Bloeyd ieder Zomer : geeft in den
* Bol. f Mutsje. Herfjl