
 
        
         
		g01  B eschryving der K ruyden , B ollen  en B loemen .  I l l  B oek,  8az 
 k r a c h t e n . 
 « I  g - “V E   Wortel van Panax Heraclettm,  o f  Panax, bij  
 Airt"  / de ^ad Hertelt* voortkomende,  is  verdrogen-  
 A —'   dCj  verwarmende,  en  afvagende  van  aart.  
 D .j.l.io .  De z e lv e ,  o f  de Schors daar van,  gedröogt,  geput-  
 u ,  verifeert,  en, met Honig vermengd,  op alle Wonden en  
 oude Zeereu gelegt, geneed ze,  en  doed op de ontblootte  
 Beenderen weer  nieuw  vleefch  groeyen. 
 Bhfc. 1 3.  Het Z.tad gefloten,  en met Wijn ingenomen  ,  ver-  
 c. ff.  drijft de  opfiijging  van  de Moeder. 
 CM. Ui. 8.  Het Z a „  o f  de Gom  deezer  Plant,  genoemd Of o-  
 Simf-**“ • ptmlXt  is droog in den  tweeden,  en warm  in den derden  
 graad  ;  daarenboven  verzachtende  en  verteerende  
 van  aart. 
 atverroei  Gedoten,  en  daar van  twee Drachmen met Wijn  ge-  
 Ub. Simp-  brviykt,  drijft,  door de Stoelgang,  uyc  ’t gchecle  Lig-  
 '  +  '  chaam  alle  tagje  Flnymen  en  flijmerige  vochtighecden. 
 W ord   ter  dier  oorzaak  ook  gepreezen  teegens  oüerlcy  
 koude  gebreeken  der Harjfenen,  Zcenuwen,  Lammigheid, 
   en de Kramp,  /.uyverd dc  Borft:  is goed voor  
 een  verouderde Hoeft',  de  Kortademheyd;  Koortr.cn, en  
 MtfneiUi.pij„  de Zijde.  Geneed  de  gebreeken  der M ilt;  en  
 eerd  aangekomese Waterzucht;  alle inwendige tjuctiu-  
 t:xi.  * ren,  Breuken,  en  de  koude Pis 3  met Honigwater  ge-  
 jEgin. 1. 7.  bruykt.  Doed  der  Vrouwen  Stonden  voortkomen:  
 ‘  I r   Ut  drijft u yt  de  doodt Pracht (maar andere zwangere Vrou-  
 SM.e.30. wen moeten'er zich nauw voor wachten),  en  de  Hinden. 
   Helpt  de  Mocdcrfmcrten,  en  verzacht  de  hardigheid  
 der  zelver,  van  onder  gebruykt  als  een  Pefserip. 
 hi.  O p  de  Bloedzweeren,  Klapooren,  Klieren,  ook  al-  
 simf.  caf. lerley  klejne o f  groote,  zelfs pcjUlcnlialc Gezwellen gelegt,  
 doed ze rijp worden,  en  uytbreeken. 
 Dw/c.  l.x.  Het Poeder der gedroogde  Bladeren van  Panax Chi-  
 c.yj.  ronittm  met Wijn ingenomen,  o f  de zelve in  Wijn  gezoden  
 ,  en  daar van  gedronken,  is goed  teegens vergif;  
 de  beeten  der  Slangen  en  anderer giftige Dieren:  voor  
 de roode Loop  :  voor  de  geene  die  Bloed opgeeven;  de  
 Ilin. I.  lp. zeereu van de Mond,  en Öer hejmelijkP  Leeden.  Stild  
 de vloeden  der  Vrouwen.  Kortelijk;  is zeer dienftig  in  
 allerley  gebreeken  ;  inzonderheyd  in  zu lk e ,  waar bij  
 Rilling,  heeling,  en  verfterking nodig is. 
 De  bovenfte  topjens  der  Steelen  en  Bladeren gefloten  
 ,  dan  op varffche  monden gedaan,  flild  het Bloeden  
 der z elve ,  en geneeflze haaftelijk. 
 C C C L X X   H O O F D S T U K . 
 M  A  N  K  O  1’. 
 ■ Iet  alleen  met  deezen  naam  ,  maar  
 ook  met  dien  van  E ul  o f   Heul ,  
 en  van  Slaapkruyd,  in het Needer-  
 landfeh  bekend.  Zommige  zeggen  
 wel  in  plaats  van  Mankop,  Manekop. 
   Word  in  het  Latijn  geheeten  
 Papaver  :  in  het  Hoogduytjch  Wagsamen ,  Mohn  
 ea  O lmag  :  in  het  Franfch  Pa vo t;  en  in het  Ita-  
 haanfeh  Papavero. 
 Veelerley  Hier van  zijn mij in haren aart eenige  fchoone, veran-  
 fborten/  derlijke  ,  en  bezienswaardige foorten bekend;  bij  veele  
 zeer  aangenaam  en  begeert,  vermits ze  een  gantfehen  
 H o f  konnen  verderen.  Zullen derhalven van  zommige  
 in  ’t  algemeen,  van  eenige een  weynig in bijzonder  
 fpieeken  ,  wijl  deeze  meerder  opdicht  en waarneeming  
 van nood en  hebben. 
 Tamme  Het Papaver  sativum ,  o f  tamme Heul,  zoo  wel  
 Heul, met met enkele,  als met  dubbele bonte,  o f  ook  een-verwige  
 enkele en  %ioemen  bemind uyt eygener aart een gemeene,  zan-  
 Bloemen,  dige,  varfch  omgefmeetene,  liever  gemeitte als onge-  
 meftte grond;  een vrije, luchtige,  welgeleegene  plaatsj 
 en  veel Water;  ook  matige  vochtigheyd.  Blijft  nieti  
 meer  dan  ccne  Zomer  in  *t  leevem  Geeft  ieder  jaar  
 volkomen  rijp Zaad)  cn  vergaat don  van  zelfsw  Moed  
 derhalven  alrij d met een  volle  IV] aam van Maert weer öp  
 nieuws;  hol  en  luchtig,  niet diep,  gezayd  z ijn :  doek  
 komen  ook  door  ’t  neergevallene Zaad overvloedig, ge^  
 noeg van  zelfs  voort,  en konnen  dfeezer wijs met mec-  
 tneten» vermeerderd worden. 
 W il  iemand  van  deeze  dubbele foort  zeer grom  en Om uyt  
 uytfteekcnde  Bloemen winnen,  van  wat voor een  couleur  
 de  zelve  ook mogten  zijn,  die verkieze een  Plant metgrootc  
 een  dubbele  Bloem.  Snijde bij  tijds  daar  van  a f  al  de Bloemen  
 zijdetakjens,  zoo  dat  maar  alleenlijk de middenfie,  en tc winnen,  
 daar  aan  niet  meer  als  alleen  een  eenige Hertknop  blij-  
 ve.  Winne daar van  ’t Zaad met  een  volle Maan  ;  en  
 zaye *t zelve weer met volle Maan  in M a er t;  zoo  zal  
 hij  niet  alleen  fchoone  coulemen,  maar ook meeft  alle  
 groote  en  dubbele Bloemen daar uyt bekomen. 
 Het  P a p a v e r   rhceas  ,   o f   E r r a t i c u m   ,   in  het Koorn-  
 Neederlandfch  gezegt  K o o r n r o o s e ;  f l o r e   p l e n o   
 r u b r o   08SCURO,  o f  met  een  donkere  roode  dubbele fcheydcne  
 Bloemx  F l o r e   r u b r o   p a l l e s c e n t e   p l e n g ,  o f  metco\Acma.  
 een  bleek^roode  dubbele  Bloem  :  F lo r e   p l e n o   phcb-   
 NICEO, o f  met een dubbele bruyn-roode brandende Bloem : 
 F l o r e   p l e n o   f im b r ia t o j   o f   met een  dubbele Bloem  
 met  witte  kanten;  en  F l o r e   p l e n o   I n c a r n a t o   ,   
 o f  met  een dubbele fchoone lijf-verwige Bloem,  moeten  
 ( voor  zoo veel men’er Zaad a f wil  vergaderen)  op de  
 gemeldde wijze opgefhoeyd en behandeld worden; doch  
 ten  minften drie Hertbloemcn  ( o f  meer,  indien  men  
 begeert)  daar  aan  behouden;  vermits  men  deeze niet  
 zoo  wel  als  de  voorgaande  kan  cultiveeren,  zoo  om  
 hare teederheyds w il,  als om de veelheyd der uytfchie-  
 tende Takjens.  Moeten o o k ,  met een  volle Maan van Hoedanig  I  
 M a er t,  op  een  gantfeh warme  plaats gezayd,  en  de ^   te  I  
 knoppen,  als  de  Bloemen  afgevallen  zijn  ,   wel  nauw w nn  
 voor  den  Reegen  gewagt  worden  ;  wijl ze  daar door  
 lichtelijk  komen  te  verderven,  zoo  dat  men dikmaal  
 geen  goed Zaad daar van kan winnen. 
 •  Het P a p a v e r  rhceas  simplici , o f  Koornroors met Koorn-  
 een enkele  Bloem ,  heeft  geen  opdicht  o f  waarneeming  
 van  noode ,  wijl ze  haar  Zaad  laat  vallen  ,  en  in  elk  jjioem.  
 Voorjaar, ter  plaats daar ze geftaan  heeft, van  zelfs ruym  
 genoeg weer opflaat. 
 Het  P a p a v e r   s p in g s u m   f i o r e   l u t e o   s im p l i -  Man^ r;  I  
 c i ,   o f  Mankop met Doornen, en een enkele geele Bloem,  en 
 een  zeer  aardig  Gewas,  en  h et  P a p a v e r   c o r n i c u -  eenenkele  
 l a t u m   MINUS  FLORE  RUBRO  ,  o f   klejne  Mankop geele  
 met een roode  Bloem  en gehoornd Zaadhuysje\ ook  C o r -   I 
 NICULATUM  MINUS  FLORE  VIOLACEO  ,  o f   kleyne j^p met 
 Heul  met  een  paerjfche  Bloem  en gehoornd Zaadhuysje,  gehoorn-  I  
 worden  met  een  waflfende  Maan  in 'Maert  delgelijks |?  I 
 op  een  warme  plaats  gezayd.  Geevén  ook  in  den  I 
 Herffi  volkomen  rijp  Z a a d ,  en vergaan gelijk de andere  
 ,  vermits ze  niet  langer  dan  eene Zomer in  *t lee-  
 ven konnen  blijven. 
 Het  Zaad  van  deeze foorten,  inzonderheyd van de ZeldGuffl*  
 Mankop  met  Doornen  en  een  geele  Bloem,  is van  zulk ^ aAm  
 een aart,  dat  het, gezayd zijnde,  noyt al  te zaam  in  ’t  
 eerft  jaar zal opkomen,  maar ook  in  ’t  tweede,  derde,  
 vierde,  vijfde,  zefde,  ja  dikmaal in ’t tiende  jaar daar  
 na;  als maar de aarde weer komt  omgeworpen  te worden  
 ,  in welke het verborgen  legt. 
 Het  P a p a v e r   c o r n i c u l a t u m   m a ju s   f l o r e   £ r00J*  
 r-  mz  z.-*  Mankop 
 PHceNïCEO  ,  e t   f l o r e   l u t e o   ,  ot  groote Mankop j mcteea 
 zmo  wel  met  een  roode  brandende,  als  geele  Bloem,  en gehoorn-  
 gehoornde  Zaadpeul,  worden Ook op de gemeldde  tijd de Zaa -  
 en  plaats  gezayd.  Zijn  harder van  aart dan  al de ande- Pcu *  
 re,  ook langer  leevende.  Verdragen geduldig de  fter-  
 ke  koude  der  Winter,  en  allerley  andere ongeleegent-  
 heeden  des  tijds.  Geeven  ,  van  Zaad  voortgekomen  
 ïijnde  ,  in  de tweede Zomer Bloemen,  en  voorts  ieder  
 I jaar,  200  lang  als ze  in  ’t leeven blijven  { ’t   welk  men  
 zelden  langer  als  drie  jaren  ziet 0 gebeuren)  volkomen    ~  ruP 
 Cal l- 7- 
 Si wp. Me tl. 
 Vicfc. 1 4. 
 Opium  
 uyt Man-' 
 imhf.hift.  
 U c. 196. 
 Lnjit.  I. 4, 
 ‘T  '* 
 Ionic. I.  1 
 Üurant.  
 hft. Plant. 
 ;  f°Liiv 
 803  M a n £ öï>.  P asser 
 rijp Zaad:  waar door ze  alleenlijk aangewonnen en  vermeerderd  
 konnen worden.  T e r   plaats  daar ze  geftaan  
 hebben  ,  komen  ze  dikmaal  genoeg  van  zelfs  v o o r t,  
 door het neergevallene. 
 k r a c h t e n . 
 AL   de  .foorten  der  tamme  Mankop  ,  of Papaver  
 fativum,  zijn  van  een  verkoelende  aart,  tot  in  
 den  vierden  graad. 
 De  ronde  Hoofdjens  in  Wijn  g ek oo kt,  en  daar  
 van  gedronken  ,  o f  ’t Zaad der zelve droog  gegeeten  ,  
 verwekt  de  Slaap.  Stild,  en  bedwingd allerley dunne  
 en  fcharpe  neer^ak^ende  vochtigheeden  op  de  Borft.  
 Verzacht  alle  fmerten:  is  zeer goed  teegens den Hoef.  
 ftopt  de  Buykfoop;  defgelijks  ook de onmatige Floeden  
 der  Vrouwen. 
 De  Bladeren van  tamme  Mankop  in  Edik gek oo kt,  
 met Garftenmout vermengt, en  dan  gelegt  op  ’t fprenkt  
 Huur,  ook op  allerley  heete  Gezwellen,  geneezen deeze  
 qualen. 
 Het Zap,  door een  infnijding  vloeyende  uyt  deeze  
 ronde  Hoofdjens,   inzonderheyd  uyt  die  met  witte  ,  
 en  roode  enkele  Bloemen,  word  van  ieder  genoemd  j  
 Opium.  Is  van  een  zeer  gevaarlijken  aart,  en  mag  
 niet  zonder  groote  voorzichtigheyd gebruykt worden.  
 Want maar alleen  een weynig  te veel  daar  van  ingenomen, 
   o f  ook dikmaal  van  buyten  aangelegt,  verwekt  
 een  zware flaap*,  ontroering  des  verftands,  razernij  des  
 Hoofds;  lammigheyd  en  onmagtigheyd  der  Leeden 1  
 krenkt bet  vernuft  zeer  fchadelijk,  en  leeverdeyndelijk  
 den  menfeh  aan  de  dood  over.  Eevenwel  word  dit  
 Zap  in  veele  Medicinale  Compoftien  gedaan  met goed  
 voordeel  en  nut. 
 Het  Me co nium ,  zijnde  niet  anders  als  het  Zap  ,  
 geparft uyt de  Bladeren  en  Steelen van  Mankop,  is niet  
 zoo  fterk  van aart,  als  ’t gedagte Opium. 
 De  Koornroos,  o f   Papaver  Rhoeas,  is  de  nu  genoemde  
 foorten  in  krachten  gelijk;  daarenboven  ook  
 dikmakende,  verteerende,  en  fubtyl van  deelen,  waar  
 door ze  ook  de  vergaderingen  op  de  Borfi zich lichtelijk  
 doed  fcheyden,  in  een  Syroop  ingenomen  zijnde. 
 Het  Zap  deezer  Bloemen  gediftilleert,  matigd  de  
 hitte  van  alle  inwendige  deelen  des menfehelijken  Lig-  
 chaams.  O o k   de  Keel  daar  mee  gegorgeld,  o f   de  
 Mond  daar  mee  gefpöeld  ,  neemt’er  de  ontfieekjng  
 van  wech., 
 Het  Papaver  Corniculatum ,  o f   Mankop  met  een  
 gehoornde Zaadpeul,  is  doorihijdende en  afvagende van  
 aart;  ook  verwarmende  en  verdroogende  tot  in  den  
 derden  graad.  Heeft  daarenboven  al  de  deugden,  
 welkè wij  van  de voorgenoemde hebben aangeweezen. 
 D e  Wortelen,  een uur lang in Wijn  gekookt, en  daar  
 van  gedropken,  is goed voor de  gebreeken  en  verfiopt-  
 heyd der Leever,  de pijn der Lendenen;  en doed  in  genoegzame  
 veelheyd Water lofien. 
 ■  Een  Leepel vol  van  het  Zaad met  Wijn ingenomen,  
 verwekt een  zachte Stoelgang. 
 C C C L X X I   H O O F D S T U K . P A S S E R I N E . 
 |E n   teeder  en  aardig  Gewas,  meede-  
 ^ J  foort  van  Linaria  ,  o f   wild  Hlas.  
 W o rd ,  mijns  weetens,  met  geenen  
 anderen  dan  deezen  naam genoemt. 
 Hier  van  ' zijn  mij  in  haren  aart  
 drie  onderfcheydene  foorten  bekend 
 geworden,  als: 
 I.  Passerina  umbel lat a  ;  Pajferine  met  een  gehoornde  
 ,  o f  in  het  ronde  ,  Wacyers-wijze  ,  zittende  
 Bloem.  II.  R amosa,  of  Pajferine  met Takjens.  III. 
 INE.  Gt A SKR U YD . 804 
 Passerina L0B05A  L usitanica ,  o f   Pajferine  itit  
 Portugal,  met ronde I-Ioofdjcm.  Alle zijn ze van eeven  
 de zelve Bomving  en Waarneemmr. 
 Zij  beminnen  een  goede,  gemeene,  zandige  aarde, Grond;  
 met  een weynig  tweejarige Pacrdemift  vermengd:  een  
 opene,  luchtige,  vrije,  warme,  Wel  ter Zon geleege-  
 ne  plaats,  en  tamelijk  veel  Reegen.  Blijven  niet langer  
 dan  ccne  Zcmer  in  ’t leeven.  Geeven  teegens de  
 Winter  volkomen  rijp  Zaad;  en  verdierven dan  door  
 een  kleyne Forfi.' 
 Worden  derhalven  ,  met  een  wadende  Maan  van  Aanwin.  
 Maert  o f  a lf ril,  ieder Voorjaar weer op nieuws,  niet ning-  
 diep,  m  een P ot, of op een  andere  plaats gezayd.  Hier  
 door konnen ze alleenlijYaangtrwonnen en  vermeenirvuL  
 cligd worden.  * 
 k r a c h t e n . 
 PUfferine is verwarmende en verdrogende tot in den Gebrayit.  
 tweeden graad;  ook openende  van  aart. 
 In  Wijn  gekookt,  en daar van  door  den  dag  van  dit  
 gedronken,  is goed  voor de Geel- en Waterzucht;  00k O w .   
 voor  de  Koudepit.  Opend  de  verflof theid  vin  Zeeveren  
 Milt;  doed gemakkelijk water loffen:  drijft uyt  
 On Nageboorte;  verwekt  der Vrouwen Maandftouden;  
 en  doed net geronnen e Bloed zich  fcheyden. 
 C C C L X X I I   H O O F D S T U K . g l a s k r u y d . 
 ^ Ord  in  het  Neederlandfch  niet  alleen  Namen et  
 dus,  maar  ook  wel  Parietarie ge- waaroni.  
 noemd  :  in  het  Latijn  V itraria Qoen^i' 
 C  dat  het Glas,  met  dit Kruyd ge-  
 wreeven,  door  des zelven  fcharpheyd  
 zuyver  en  zeer klaar word  gemaakt),  
 H e l x in e   ,  en  Parietaria , -vermits het óver al  zeer  
 geeme aan de Steen en Muur en groéyd.  Gelijk dan ook  
 voortijds  de  Romeynen  de  Keyzer  T rajanus  plee-  
 gen  te  noemen  Parietaria,  om dat men zijn  naam  
 veeler  weegen  vond  gefchreeven  en  uytgehouwen  in  
 .Marmor-fteenen  en  Muuren  :  In  ’t Hoogduytfch  T ag  
 und Nachtkraut,S ant  Peterskraut, en Maur-  
 xraut  :  in  het  Franfch  Parietaire  •  in  het  Ira-  
 liaanfch  V etriola,  Parietaria,  en  Herba  M u- 
 ;RALE. 
 Hier  van  zijn  mij  in  haren  aart  bekend  geworden  vier  
 vier  bijzondere foorten;  namentlijk:  bijzonder« 
 I.  Parietaria  major ,  o f  groot  Glaskruyd.  I I . fooncQ‘  
 Minor  ocymi  fol io ,  o f   kjeyn  Glaskruyd,  met  
 Bladeren van  Bafilicum.  III.  Pa lustris,  ofWaser-  
 G las kruyd.  IV; Parietaria  latifolia  trimestris  
 -Lusitanica,  o f  breed-bladerig  Glaskruyd  uyt  Ponu-   
 gal,  ruym drie Maanden in  't  leeven  blijvende.  Niet  
 alle  zijn ze  van  de  zelve Bouwing en Waarneemine. 
 Zij  beminnen  uyt  eygener  aart  een gemeene,  goe- Grond,  
 de,  zandige,  welgemeftte grond:  een opene,  warme,  
 wel  ter Zon geleegene plaats  :  matige vochtigheyd,  en  
 ook  veel  reegen.  Blijven eenige jaren  in  ’t leeven,  en  
 verdragen allerley  ongeleegentheeden  der  Winter.  Van  
 Zaad opgekomen zijnde,  bloeyen ze de tweede Zomer,  
 en  geeven wederom  volkomen  rijp Zaad\  ’t welk met  
 een wallende  Maan  van  Maert o f  November de aarde,  
 met  diep gelegt,  bevolen  moet  zijn.  Hier door wor- Aanwio-  
 den ze  aangewonnen  en  vermeenigvuldigd,  veel bequa- n^nS*  
 mer  als  door hare aangewaflene  Wortelen die men ieder  
 Foor jaar met een wallende Maan  in April van  de  oude  
 afheemt,  en  verplant. 
 Het  Parietaria  palustris  ,  o f   Hater-GUs- Witer-  
 kruyd,  moet  gefteld  zijn  op  een  vochtige  plaats,  o f  giiskr«j£  
 geplant in  een P o t ,   en  dan dikmaal met Water  voorzien  
 worden. 
 E e e *   DDeeeezzee